Uit een gelekt document blijkt dat de FBI een beveiligingsprogramma heeft opgezet voor bedrijven, waarbij nepdata op de servers wordt gezet. Dit moet zorgen voor verwarring bij inbrekers, en voorkomen dat er belangrijke bedrijfsgegevens worden gestolen.
Het programma is niet door de FBI aangekondigd, maar kwam naar buiten via Ars Technica. De site heeft een document ingezien waarin wordt uitgelegd hoe de Amerikaanse autoriteiten bedrijven helpen om hackers buiten de deur te houden, waarna bevestiging volgde via een woordvoerder van de FBI. Het programma heet IDLE, en staat voor Illicit Data Loss Exploitation.
Via IDLE helpt de FBI onder meer om bedrijven nepdata op hun servers te laten zetten, gemaakt op basis van echte bedrijfsgegevens en verweven in de bestaande bestandsstructuren. Dat moet ervoor zorgen dat hackers niet weten welke gegevens ze kunnen vertrouwen als ze die bij een hack buitmaken. Ook moet het plaatsen van 'lokaas' helpen om indringers op de servers op te sporen. Dat kan bijvoorbeeld als de gegevens elders op het web opduiken. Overigens is het niet de bedoeling dat de FBI de bedrijfsservers monitort; dat moeten de bedrijven zelf doen.
Ook nemen de autoriteiten proactief contact op met bedrijven als zij denken dat er gevaar dreigt. Waarbij er in het verleden met name werd gewacht tot er een hack plaatsvond, probeert de FBI nu juist van tevoren in te grijpen, om de impact van een mogelijke hack te beperken.