Het nieuwe registratie-, ticketing- en boordcomputersysteem ReTiBo van de Vlaamse ov-maatschappij De Lijn kost ten minste 41,9 miljoen euro meer dan verwacht. In 2009 werd het totale bedrag nog geraamd op 112,8 miljoen euro, maar dat wordt 154,7 miljoen euro.
Dat schrijft het Belgische Rekenhof naar aanleiding van een audit. De extra kosten zouden voornamelijk komen doordat het oude Prodata-systeem met magneetkaarten in stand gehouden moest worden. Ook moeten reizigers nu nog op de oude manier worden geteld, wat volgens de Rekenkamer extra geld kost. De Lijn heeft deze kosten echter niet meegenomen in zijn eigen ramingen, waardoor het lijkt alsof het project minder geld kost dan het daadwerkelijk doet.
Volgens het Rekenhof zijn dit ook niet de volledige bedragen, aangezien De Lijn extra personeelskosten heeft door het gebruik van het oude systeem. Die kosten worden volgens het Rekenhof door de ov-maatschappij echter niet bijgehouden, waardoor deze ook niet door het Rekenhof kunnen worden geraamd. In totaal komt het Rekenhof aan een projectkostprijs van 154,7 miljoen euro, exclusief de extra personeelskosten.
Het Rekenhof schrijft verder dat De Lijn stelt dat 'de bijkomende onvoorziene kosten worden gecompenseerd door andere kosten te schrappen'. Het ov-maatschappij geeft volgens het hof niet aan op welke kostenposten precies zijn bespaard en welke impact dit heeft op het project. Zo zag De Lijn af van zeventien procent van de 'softwarevereisten' en ontwikkelde het bedrijf deze via 'andere kanalen'. "Het is dan ook onzeker of alle initieel voorziene goederen en diensten worden gerealiseerd en of dat binnen het budget zal kunnen."
Het bedrag van 41,9 miljoen euro is inclusief een volgens het Rekenhof onterecht betaalde boete. Zo was één aannemer onder meer verantwoordelijk voor de installatie van de benodigde hardware op de voertuigen van De Lijn. Die aannemer stelde volgens het hof dat 'de verscheidenheid van de bekabeling op de voertuigen onvoorzienbaar' was. De Lijn ging daarin mee waardoor de aannemer aanspraak kon maken op een vergoeding van zo'n drie miljoen euro. In het contract tussen de aannemer en De Lijn stond echter dat de aannemende partij op de hoogte had moeten zijn van de bestaande installaties. Het bedrijf kon dus volgens het Rekenhof niet na het accepteren van het contract claimen dat het niet wist hoe verschillend de kabels waren. Het bedrijf kon daarmee geen aanspraak maken op die boete.
De directeur-generaal van De Lijn Roger Kesteloot geeft tegen HLN toe dat de invoering van ReTiBo 'een problematisch project was'. Volgens Kesteloot komen de extra kosten doordat het project een vertraging van vijf jaar heeft opgelopen en zijn de kosten van nu niet te vergelijken met de kosten op het moment van de ramingen. Hij is het ook niet eens met de claim van het Rekenhof over de onterecht betaalde boete.
In het artikel geeft Kesteloot aan dat het nieuwe kaartjessysteem eind dit jaar wordt opgeleverd. Dit systeem is onderdeel van ReTiBo, een project van De Lijn om de registratie-, ticketing- en boordcomputersystemen te digitaliseren. Het houdt onder meer in dat de huidige magneetkaartjes komen te vervallen, reizigers kunnen in plaats daarvan reizen met bijvoorbeeld de Mobib-kaart, vergelijkbaar met de Nederlandse ov-chipkaart. Ook moeten de bussen haltes kunnen aankondigen, al is de complete oplevering daarvan wel vertraagd tot 2022.