The New York Times is begonnen met het inzetten van een systeem dat automatisch reacties op artikelen op de website van de krant modereert. Het gebruikte algoritme is gebaseerd op een api van Jigsaw, een bedrijfsonderdeel van Alphabet.
The New York Times heeft het systeem Moderator in gebruik genomen. Daardoor kunnen bij de meest gelezen verhalen op weekdagen gedurende acht uur reacties worden toegelaten. Bij andere nieuwsverhalen en opiniestukken is het nu 24 uur per dag mogelijk om reacties te plaatsen. Tot voor kort moesten moderators van The New York Times gemiddeld zo'n twaalfduizend reacties per dag doornemen en beoordelen. Een team van veertien medewerkers had er een dagtaak aan om alle commentaren van lezers te modereren.
Moderator is gebaseerd op een api van Jigsaw. In februari maakte dit bedrijfsonderdeel van Alphabet bekend de api Perspective uit te gaan brengen. Perspective is in staat om commentaren met ongewenst taalgebruik te herkennen. Het is bedoeld om de moderatie op nieuwssites te vereenvoudigen en daarmee de discussie te bevorderen. De api werkt door middel van het toekennen van een beoordelingsscore aan elke individuele reactie. Een algoritme bekijkt daarbij in hoeverre de taal in een reactie overeenkomsten vertoont met het taalgebruik in commentaren waarvan mensen hebben gezegd dat ze als 'toxic' moeten worden beschouwd. Daaronder vallen schelden, flamen en ander boosaardig, negatief taalgebruik.
Om dit mogelijk te maken heeft Perspective honderdduizenden reacties geanalyseerd die door menselijke moderators als giftig werden betiteld. Bepaalde woorden die overwegend als toxic worden gezien, komen op een zwarte lijst. Daarbij helpt de feedback van lezers. Als via Perspective een commentaar ten onrechte als giftig is aangemerkt en eventueel zelfs is verwijderd, en een lezer blijkt daar terecht over te klagen, dan leert de api daar weer van. In de toekomst merkt de api soortgelijke reacties dan niet meer als ongewenst aan.
Jigsaw heeft Perspective al een tijd bij The New York Times getest. Het door de krant gebruikte Moderator, dat samen met Jigsaw en het bedrijf Instrument is ontwikkeld, maakt deel uit van het Perspective-project. Het systeem gebruikt machine learning om reacties te vinden die voor handmatige moderatie in aanmerking komen. In sommige gevallen keurt het systeem de reacties automatisch goed. Daarbij baseert Moderator zich op meer dan 16 miljoen commentaren die sinds 2007 bij The New York Times zijn geplaatst. Moderator plaatst elke reactie visueel als een stip in een histogram. De plaats van de stip is gebaseerd op de waarschijnlijkheid van een afwijzing door een moderator. Daarbij probeert het systeem ook te voorspellen waarom een reactie zou worden afgewezen.
Moderatoren van The New York Times zijn in staat om de keuzes van Moderator te beoordelen door in de visuele interface bijvoorbeeld de commentaren te bekijken die volgens het systeem met een waarschijnlijkheid van tussen de nul en twintig procent zouden zijn afgewezen. Als de medewerkers van de krant oordelen dat deze reacties door de beugel kunnen, kan worden besloten om alle reacties in dit scorebereik goed te keuren. Op deze manier kan veel tijd worden bespaard.
Vooralsnog krijgen reacties een 'samenvattingsscore' die is gebaseerd op drie factoren: een voor obsceniteit, een voor 'giftigheid' en een voor de waarschijnlijkheid dat een moderator het commentaar zou blokkeren. The New York Times wil op den duur, als er meer vertrouwen komt in het systeem, overgaan tot het automatisch laten modereren van reacties die waarschijnlijk wel door de beugel kunnen.
Jigsaw heeft eerder laten weten dat het bedrijf de api Perspective verder wil ontwikkelen, zodat niet vooral giftig taalgebruik wordt gesignaleerd, maar dat ook offtopic commentaren en irrelevante bijdragen worden geïdentificeerd. Of dit op termijn ook deel gaat uitmaken van Moderator, is niet duidelijk. Evenmin is duidelijk of Moderator in andere talen beschikbaar komt. Perspective was alleen in het Engels te gebruiken.