Eind juni treedt de vernieuwde richtlijn 'Audiovisuele mediadiensten zonder grenzen' in werking. Deze breidt regels die gelden voor televisie-uitzendingen uit naar audiovisueel materiaal dat commercieel wordt aangeboden via internet en mobiele telefoon.
Zowel het Europees Parlement als de Raad hebben zich achter de gemoderniseerde regelingen voor de audiovisuele dienstenindustrie geschaard. De regels bestrijken nu 'alle audiovisuele mediadiensten, ongeacht de gebruikte transmissietechnologie', wat inhoudt dat ze van toepassing zijn op traditionele tv-uitzendingen tot video on demand, en commerciële content die op een andere manier wordt aangeboden via internet, mobiele telefoon en p2p-netwerken. Producenten krijgen volgens de Europese Unie te maken met soepelere en minder gedetailleerde regels waardoor de productie van content gestimuleerd moet worden. Onder de nieuwe richtlijn krijgen mensen met een visuele of auditieve handicap het recht op goede toegankelijkheid tot audiovisuele mediadiensten. Bovendien voorziet de richtlijn in aangepaste regels voor product placement, die de aanbieder ertoe verplicht consumenten te informeren over deze vorm van reclame. De richtlijn verplicht lidstaten ook maatregelen te treffen om minderjarigen te beschermen tegen pornografisch en gewelddadig materiaal en om een verbod uit te vaardigen op content die op ras of godsdienst gebaseerde haatgevoelens opwekt.
'Deze belangrijke modernisering van de wetgeving leidt het Europees audiovisueel beleid de 21e eeuw binnen en vormt een hoognodige stimulans voor de industrie. De richtlijn staat voor minder regels, een betere financiering van Europese inhoud en meer zichtbaarheid van de belangrijkste Europese waarden, culturele diversiteit en bescherming van minderjarigen', aldus Viviane Reding, Europees Commissaris voor Informatiemaatschappij en media. De lidstaten krijgen twee jaar de tijd om de nieuwe bepalingen uit de richtlijn om te zetten naar nationale wetgeving.