Onderzoeksbureau iSuppli is aan het rekenen geslagen en heeft becijferd dat de 60GB-versie van de Playstation 3, die voor 599 dollar over de toonbank gaat, niet voor minder dan 840 dollar gebouwd kan worden. De 20GB-versie, met een prijskaartje van 499 dollar, kost de fabrikant 805 dollar om te bouwen. Daar moet de kostprijs van de accessoires overigens nog bij opgeteld worden.
Het concept van verlies maken op de hardware, om dat verlies later weer goed te maken met de opbrengst van de verkochte games, is niet nieuw bij consolefabrikanten. Toen Microsoft de Xbox 360 een jaar geleden lanceerde voor de prijs van 399 dollar, maakte het bedrijf 71 dollar verlies per verkochte spelcomputer. Op dit moment zou de markt echter dusdanig veranderd zijn dat Microsoft het break-evenpoint al overschreden heeft: het bedrijf zou zelfs 76 dollar winst maken, telkens als er een Xbox 360 verkocht wordt.
In het laatste kwartaalrapport uit Redmond stond te lezen dat de entertainmentafdeling het bedrijf met een verlies van 96 miljoen dollar opzadelde op een omzet van 1,03 miljard. Ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder, was dat een stijging van de verkoopcijfers met 400 miljoen dollar en een daling van het verlies met 77 miljoen dollar. Tot nu toe zijn er zowat zes miljoen Xbox 360-consoles verkocht. Als het bedrijf erin slaagt tegen het einde van dit jaar de grens van 10 miljoen te bereiken, zou de afdeling die verantwoordelijk voor de spelconsole is, ergens in 2007 winstgevend kunnen worden.
Sony kijkt echter op tegen een torenhoge kostenberg. Dat de console zo duur is om te produceren, wordt volgens analist Andrew Rassweiler veroorzaakt door het feit dat niets aan de Playstation 3 'gewoon' is. Alle onderdelen, van processor over Blu-ray-drive tot geheugenchips, zijn op maat van Sony ontwikkeld, wat inhoudt dat de Playstation 3 in principe een soort van supercomputer geworden is die toch nog betaalbaar moet blijven. Een eerste blik op het moederbord doet volgens de analist eerder aan een high-end telecomapparaat dan aan een spelconsole denken. Het duurste onderdeel zou echter nog de videochip van nVidia zijn, die 129 dollar van de productiekosten voor zijn rekening neemt. Het Blu-ray-station wordt op 125 dollar geschat en voor de Cell-processor wordt 'amper' 89 dollar gerekend.
In de toekomst zal echter ook de markt voor de onderdelen die Sony gebruikt veranderen en zal dus ook de productie van de Playstation 3 goedkoper worden. Een kandidaat om de kostenbesparing te realiseren in de revisie van de PS3 is de Toshiba-chip die compatibiliteit met Playstation 2-spellen mogelijk moet maken. Als Sony erin slaagt deze compatibiliteit volledig softwarematig te realiseren, zou deze 27 dollar kostende chip alvast overboord gezet kunnen worden, aldus de analist.
Met zijn winkelprijs die honderd tot tweehonderd dollar hoger ligt dan die van de Xbox 360, heeft de Playstation 3 een fors nadeel voor de minder gefortuneerde consument. Bovendien zullen Playstation-spellen voor vergelijkbare prijzen over de toonbank gaan als de Xbox 360-varianten, wat betekent dat er veel meer spellen per console verkocht moeten worden om aan het einde van de rit winst te maken. Analisten becijferden al dat er ongeveer vijf Xbox 360-spellen verkocht worden per console, maar hoeveel ervan verkocht moeten worden om winst te draaien op een Microsoft-spelcomputer is onbekend. In elk geval lijkt het er volgens de analisten op dat Sony dat aantal zal moeten zien te overstijgen om financieel voordeel uit de consolemarkt te halen.
