Alle laders en oortjes die niet in telefoonverpakkingen zitten, kunnen geen e-waste worden. Dat klinkt logisch en dat is het ook. Maar hoeveel is dat dan precies? Iemand die dat weet is Kees Baldé, in dienst van denktank United Nations University en daar verantwoordelijk voor vraagstukken op het gebied van duurzaamheid.
De impact van de stappen van Apple en Samsung specifiek zijn nog lastig te overzien, maar er is een rekenvoorbeeld te maken. Als alle telefoons in 2021 zonder laders en oortjes zouden komen, scheelt dat 150 miljoen kilogram aan e-waste. Op de jaarlijkse berg van 50 miljard kilogram aan e-waste is dat geen enorm verschil.
Sowieso is de invloed van smartphones op e-waste al gering, want het is relatief kleine elektronica. E-waste is al het afval met een accu erin of een stekker eraan, en er zijn veel elektrische apparaten groter dan een smartphone: laptops en tv's natuurlijk, maar ook ijskasten bijvoorbeeld. "Maar zelfs binnen het gebied van telefoons is deze stap niet heel invloedrijk", aldus Baldé.
Het verschil zit dan niet alleen in de afvalberg. "Maar het heeft wel maatschappelijke impact, temeer omdat veel telefoons in Nederland nog wel eventjes meekunnen nadat ze zijn afgedankt, en ze gaan in grote aantallen naar Afrika voor een tweede leven. Soms zijn ze al stuk bij aankomst, of het wordt na een paar jaar gebruik alsnog afval. Plastic wordt dan in de open lucht eraf gebrand en koper blijft over. Dat is een zeer schadelijke en laagwaardige vorm van recycling."
Met deze stap volgen Apple en Samsung dus het voorbeeld van Fairphone, die nooit adapters heeft meegeleverd bij telefoons. Miquel Ballester, design lead van Fairphone, zegt te hopen dat dit deels een effect is van het bestaan van Fairphone. "We zijn blij om te zien dat de industrie onze filosofie ter harte neemt. Onze missie is altijd geweest om het voorbeeld te stellen, de boodschap te verspreiden en zo te bewijzen dat een duurzamer verdienmodel mogelijk is. We zien dat elk jaar meer en meer."
Zijn er dan stappen die fabrikanten kunnen doen om telefoons te verduurzamen en die meer impact hebben? Ja, zegt Baldé. "De belangrijkste stap zou zijn om telefoons veel langer bruikbaar te maken. Dat betekent dus dat fabrikanten telefoons langer moeten ondersteunen en makkelijker repareerbaar moeten maken. Het stoppen van updates na een paar jaar is natuurlijk een variant op planned obsolescence."
Wat ook zou helpen, is telefoons ontwerpen met recycling alvast in het achterhoofd. "Het zou schelen als fabrikanten hoogwaardige recycling meenemen in het design." Ook is er een rol voor overheden, denkt Baldé. "We kunnen wetten opstellen zodat er voldoende financiering is om alles in te zamelen als producten eenmaal afval worden. Regels kunnen ook helpen bij het op een goede manier inzamelen en vervolgens recyclen in ontwikkelingslanden."
Ballester van Fairphone is het daarmee eens: telefoons repareerbaarder maken en zorgen voor een langere levensduur staat bovenaan. "Als je de levensduur verlengt tot vijf jaar, is er een reductie van 30 procent in CO2-emissie en als je tot zeven jaar komt, is dat 45 procent. Dat zou een groot verschil maken. Ook zouden andere fabrikanten hun bevoorradingsketen van mineralen moeten verbeteren en meer gerecycled materiaal gebruiken."