De naam 'grid' is geïnspireerd door het elektriciteitsnet, het electrical grid. Het idee van het lichtnet is dat je simpelweg een stekker in de muur kunt stoppen en dat je dan zoveel stroom krijgt als nodig. Hetzelfde zou idealiter gelden voor grids; gebruikers moeten op verzoek zoveel rekenkracht krijgen als ze nodig hebben, zonder zich te hoeven afvragen wie daarvoor zorgt of waar deze vandaan komt.
Hoewel toegang krijgen tot een grid nog lang niet zo eenvoudig is als een stekker in de muur steken, kunnen gebruikers dankzij grids wel via het internet toegang krijgen tot krachtige computersystemen. Dat is handig voor wetenschappers die complexe problemen willen oplossen. Grid computing kan van pas komen bij onderzoek naar de oerknal, naar een medicijn tegen malaria of kanker, of naar weermodellen.
"Het is een belangrijke infrastructuur", zegt Maurice Bouwhuis van het SARA-instituut. "Het maakt baanbrekend onderzoek mogelijk, zonder dat elke wetenschapper of elk instituut in zijn eigen rekencluster hoeft te investeren", stelt hij. Volgens Bouwhuis was het vroeger wel gebruikelijk dat 'iedereen een eigen cluster had'.
Grids zijn krachtig. Een berekening waarmee een huis-, tuin- en keuken-pc weken bezig zou zijn, is voor een in zware berekeningen gespecialiseerde server een stuk minder zwaar. Een paar uur ligt dan binnen de mogelijkheden. Bovendien is een grid efficiënt; de capaciteit kan zo worden verdeeld dat het een zo hoog mogelijke bezetting heeft. Daardoor worden zo weinig mogelijk processor-uren 'weggegooid' en worden de servers in een grid goedkoper; er hoeven er minder te worden aangeschaft om hetzelfde te bereiken en wordt er minder energie verbruikt.