De Tweede Kamerfractie van de PvdA vindt dat consumenten op termijn moeten kunnen overstappen van internetprovider zonder dat ze een tijdje zonder internet zitten. Vanaf 1 januari moet het overstappen al sneller gaan.
Staatssecretaris Frank Heemskerk heeft afspraken gemaakt met de grootste isp's om de overlast bij overstappen sterk te verminderen. De zes providers, Bbned, Online, KPN, Tele2, UPC en Ziggo, beloven dat ze in het eerste kwartaal 95 procent van de klanten binnen 24 uur zullen overzetten. De providers bedienen volgens Heemskerk meer dan negentig procent van de consumenten.
Volgens PvdA-Kamerlid Martijn van Dam is de afspraak een goede stap, maar hij twijfelt of het wel ver genoeg gaat. "Het is helemaal niet moeilijk om ervoor te zorgen dat een consument helemaal niets merkt van een overstap: als de ene provider de verbinding verbreekt, zet de andere hem weer open. Dan hoeft niemand meer zonder internet te zitten." Bovendien, zo zegt Van Dam, zou een consument niet hoeven te betalen als de verbinding nog niet actief is. "Dat zou me niet meer dan logisch lijken."
De staatssecretaris moet volgens Van Dam scherp gaan toezien op de naleving van de afspraak. "In principe zou de markt dit zelf moeten regelen, maar providers hebben er belang bij om het overstappen niet té makkelijk te maken. Ik denk dat het ministerie van Economische Zaken goed moet monitoren of deze afspraak wordt nageleefd."
