Wellicht komen de statistieken die de RIAA zo nu en dan vrijgeeft over gedaalde cd-verkopen niet overeen met de werkelijkheid, omdat de organisatie de verkeerde cijfers gebruikt. Dit schrijft Ars Technica naar aanleiding van een interview dat Moses Avalon van MusicDish hield met een vertegenwoordiger van Soundscan. Dit bedrijf van Nielsen Ratings maakt een systeem waarmee onder andere de Billboard Top 200 wordt samengesteld. Het systeem verzamelt zijn gegevens op basis van het aantal daadwerkelijk verkochte cd's waarbij de barcode gescand wordt. In tegenstelling tot wat de RIAA steeds beweert zijn de verkopen volgens Soundscan in het eerste kwartaal van 2004 juist gestegen, en wel van 147 tot 160 miljoen platen. Avalon neemt aan dat dit komt doordat de RIAA en Soundscan van andere cijfers uitgaan. Waar Soundscan dus elke cd die de toonbank over gaat telt, gaat de RIAA uit van de afzet bij de platenmaatschappijen. Het is waarschijnlijk dus niet zo dat de verkopen dalen; alleen bestellen de detailhandelaren minder.
Dit verklaart Avalon als volgt. In het verleden distribueerde de RIAA aanmerkelijk meer cd's dan er uiteindelijk werden verkocht. De markt is echter veranderd en winkels willen minder voorraad hebben, ook wanneer ze meer verkopen. Op die manier zou de detailhandel in de platenwereld meer richting een on-demandmodel gaan. Advocaat Roger Goff, specialist op het gebied van de entertainmentindustrie, bevestigt deze visie. Volgens hem voltrekt zich sinds de opkomst van Napster een verandering onder de retailers, waarbij zij liever voor twee weken dan voor tien weken voorraad in huis hebben. Om te kunnen concurreren met de online distributie van muziek, moeten conventionele winkels in de kosten snijden en het verkleinen van de voorraad is één van de manieren daartoe. Mochten de veronderstellingen van Avalon waar zijn, dan betekent dat dat de RIAA zijn uitspraken over cd-verkopen baseert op gegevens die niet direct de verkopen betreffen.