Uit het Verenigd Koninkrijk komt het nieuws dat het Duitse Grundig faillisement heeft aangevraagd. Na de Tweede Wereldoorlog is het bedrijf opgericht door Max Grundig en wordt het beschouwd als het levende voorbeeld van het Duitse Wirtschaftwunder. In de bijna zestig jaren die volgen ontwikkelt het bedrijf verschillende vernieuwende producten, waaronder televisies, radio's en stereo-apparatuur. De producten werden in heel Europa bekend door het "Made in Germany" wat ieder product sierde. In 1984 neemt het Nederlandse Philips een belang van 32 procent in Grundig. In 1997 doet Philips dit belang echter alweer van de hand. In 2001 volgt een grondige reorganisatie waarna het bedrijf er weer tegenaan denkt te kunnen.
Dit blijkt echter niet zo te zijn: verschillende overname- en samenwerkingsbesprekingen met andere bedrijven hebben geen resultaat en het bedrijf ziet zich uiteindelijk genoodzaakt faillisement aan te vragen. De voornaamste reden hiervoor is dat de productie te hoge kosten met zich meedraagt en dat de producten van het bedrijf te duur zijn in vergelijking tot producten uit Taiwan en Japan. In 2001 leed Grundig een verlies van 150 miljoen euro op een omzet van 1,5 miljard euro. Het personeelsbestand was al teruggebracht van 40.000 eind jaren tachtig tot 3500 nu.