Microsoft schendt de AVG-wetgeving met 365 Education door niet te voldoen aan verzoeken voor inzage van persoonsgegevens en door gebruikers zonder toestemming te volgen. Dat oordeelt de Oostenrijkse privacytoezichthouder DSB.
De gegevensbeschermingsautoriteit DSB heeft een klacht van een minderjarige 365 Education-gebruiker, vertegenwoordigd door privacystichting noyb, gegrond verklaard. Volgens de privacytoezichthouder heeft Microsoft de AVG-privacywetgeving geschonden door de klager geen volledige inzage te geven in de gegevens die Microsoft verwerkt van het 365 Education-account. Het bedrijf zou de klager bij het verzoek tot het delen van gegevens hebben doorverwezen naar diens school, maar die had geen toegang tot alle informatie. DSB beveelt de techgigant om binnen tien weken alsnog te voldoen aan het gegevensverzoek.
Daarnaast oordeelt de toezichthouder dat Microsoft zonder toestemming gegevens heeft verwerkt van het 365 Education-account van de klager die niet strikt noodzakelijk zijn. Daaronder vallen onder meer trackingcookies als MC1, FPC, MSFPC en MicrosoftApplicationsTelemetryDeviceId. Als het bedrijf momenteel nog steeds gegevens verzamelt met dergelijke cookies, moet het deze gegevens binnen tien weken verwijderen.
Hoewel de uitspraken in deze zaak alleen betrekking hebben op de specifieke klager, hebben ze volgens noyb ook implicaties voor andere zakelijke Microsoft 365-gebruikers, aangezien de toezichthouder nu heeft geoordeeld dat de techreus zelf transparanter moet zijn over persoonsgegevens die ze verwerkt, in plaats van dat de organisaties daarvoor verantwoordelijk zijn.