Het onderzoeksinstituut MIT heeft een manier ontwikkeld om het slaapgedrag van mensen te meten met radiogolven. Door het weerkaatsen van de draadloze signalen kan het postuur van de persoon worden gemeten. De toepassingen zitten voornamelijk in de medische hoek.
Op zijn website heeft MIT zijn vondst uiteengezet. Het gaat om een apparaatje dat op de muur kan worden bevestigd, en waar vervolgens radiogolven mee worden uitgezonden. Volgens het Amerikaanse onderzoeksinstituut worden de golven door objecten in de kamer weerkaatst, en uit de verandering in de teruggekaatste patronen kan worden opgemaakt in welke houding de persoon ligt te slapen. Om dit te bepalen maken de onderzoekers gebruik van zelfontwikkelde algoritmes, die onder meer gebruik maken van ademhalingspatronen.
Volgens de onderzoekers is het ontwikkelde systeem, genaamd BodyCompass, een privacyvriendelijke manier om slaappatronen te onderzoeken. Er zijn namelijk geen camera's voor nodig of apparaatjes die door de gebruiker gedragen moeten worden. Toepassingen ziet MIT voornamelijk in de medische hoek; door het analyseren van slaappatronen kunnen onder meer sneller doorligplekken worden ontdekt, of kunnen symptomen van de ziekte van Parkinson worden gemeten.
Met experimenten hebben de onderzoekers aangetoond dat het systeem in de meeste gevallen het postuur van de proefpersoon correct aangeeft. Met een week aan slaapgegevens kon BodyCompass in 94 procent van de gevallen het postuur achterhalen. Met minder gegevens liep de precisie wel terug; met 16 minuten aan slaapgegevens was het systeem in 84 procent van de gevallen correct.
MIT gaat het systeem op 15 september presenteren, tijdens de UbiComp 2020-conferentie. Het systeem is in het verleden al ingezet voor onderzoek, onder meer naar slapeloosheid.