Omdat de iPhone 11-modellen ondersteuning voor ultrawide band hebben, vragen de toestellen de locatie via gps op zonder dat gebruikers dit via een toggle kunnen uitschakelen. Dat heeft Apple bevestigd nadat er vraagtekens rond de locatieopvragingen gezet werden.
Apple bevestigde woensdag al dat sommige processen in het systeem van iOS geen handmatige toggle hebben om het opvragen van de locatie te voorkomen, maar het bedrijf meldt nu in een toelichting dat dit te maken heeft met de uwb-ondersteuning. "Ultrawide-bandtechnologie is een standaard die internationaal gereguleerd is en vereist is dat deze op bepaalde locaties uitgeschakeld moet worden. Location Services van iOS helpen iPhones bepalen of ze op dergelijke locaties zijn om ultrawide band uit te zetten en aan de regels te voldoen", meldt Apple aan TechCrunch.
Verder belooft het bedrijf dat hier in een toekomstige iOS-update wel een toggle voor komt. Apple zou de locatiegegevens niet verzamelen, deze zouden op het toestel blijven. De iPhone 11-modellen hebben ultrawide-bandondersteuning dankzij de speciaal hiervoor ontwikkelde U1-chip. De radiotechnologie maakt precieze locatiebepaling van het apparaat, en van het apparaat ten opzichte van andere apparaten met U1-chip mogelijk, dankzij time of flight.
Apple gebruikt de techniek onder andere voor Airdrop, waarmee gebruikers bestanden draadloos kunnen uitwisselen met apparaten in de buurt, en voor Find My, voor het lokaliseren van producten. Daarnaast is er het gerucht dat Apple met tags komt, waarmee gebruikers dan items zoals bijvoorbeeld sleutels kunnen tracken.
Uwb maakt gebruik van 500MHz of meer van het radiospectrum, op ongelicenseerde frequentiebanden tussen 3,1GHz en 10,6GHz. De techniek is al bijna twintig jaar oud en leek aanvankelijk een belofte voor het verzenden van multimediabestanden. Nadat andere technieken hier wat bereik en snelheid beter voor geschikt bleken, leek de techniek tot een kwijnend bestaan gedoemd, maar recent heeft onder andere de automotive sector uwb herontdekt.