IBM Research en Sony hebben tapeopslag ontwikkeld met een recordopslagdichtheid van 201Gb/in2. Die ligt twintig keer hoger dan IBM's huidige maximum bij beschikbare tapesystemen en kan gebruikt worden om datacartridges van 330TB te maken.
Tapeopslag heeft nog altijd flinke potentie voor de opslag van grote hoeveelheden data, claimt Sony, door de capaciteit in combinatie met energiezuinigheid, lage kosten en lange levensduur. Om de opslagdichtheid te vergroten, richtte Sony zich op verbeteringen van de tape. IBM Research in Zwitserland ontwikkelde de lees- en schrijfkoppen, verbeterde de servomechanismen en maakte de algoritmes voor signaalverwerking efficiënter.
Sony's tape bestaat uit verschillende lagen. De opslaglaag bevat magnetische nanodeeltjes en Sony heeft een nieuwe methode toegepast om de deeltjes met een gemiddelde grootte van 7nm aan te brengen. Dankzij een elektrostatische ontlading botsen argon-ionen met het bronmateriaal en spatten de nanodeeltjes uniform op het substraat. Op de resulterende dunne laag legt Sony een beschermende laag en daarbovenop gebruikt het bedrijf een smeermiddel.
Dit middel vermindert de wrijving bij het contactpunt tussen de tape en de kop, waardoor de tape soepeler langs de koppen loopt. Dat moet het uitlezen en schrijven op hoge snelheid ten goede komen. Daarnaast verlengt het middel volgens Sony de levensduur.
De verbeteringen leiden er wel toe dat de tape iets dikker is dan voorgaande versies, wat gevolgen heeft voor de lengte. Met de techniek kan IBM een kilometer tape per cartridge gebruiken, rekening houdend met de afmetingen van een JD-cartridge van de IBM TS1155, het huidige tapesysteem van IBM, van 109x125x24,5mm. In 2015 ontwikkelde Sony tape die met een lengte van 1255 meter in de cartridges past. De vermindering van de lengte wordt ruimschoots gecompenseerd door de verhoging van de opslagdichtheid naar 201Gb/in². Het huidige maximum voor commerciële tapeopslag ligt op 9,6Gb/in², maar IBM demonstreerde in 2015 al een opslagdichtheid van 123Gb/in². De productiekosten liggen volgens IBM wel wat hoger, maar de kosten per terabyte zouden uiteindelijk lager uitvallen.
Met name bij grote bedrijven en instellingen is tapeopslag nog in gebruik voor back-ups en gegevens die niet frequent benaderd hoeven te worden. Daarnaast worden supercomputers vaak gecombineerd met tapeopslag, zoals die bij CERN en de Nederlandse Nationale Supercomputer Cartesius. De tapelibraries bevatten robotarmen die op verzoek cartridges kunnen pakken om deze te kunnen laden.