De effectiviteit van de inzet van Amerikaanse cyberwapens tegen terreurorganisatie IS is een voortdurende teleurstelling. Dat meldt The New York Times op gezag van Amerikaanse overheidsfunctionarissen.
Volgens Joshua Geltzer, die tot maart een hoge directeur van de National Security Councel was, stelt de capaciteit om IS met cyberaanvallen een flinke slag toe te brengen teleur. Hij licht toe dat het succesvol inzetten van cyberwapens in de praktijk veel moeilijker is dan mensen denken, en dat het vrijwel nooit werkt door in te breken in een systeem en eenvoudigweg bestanden permanent te verwijderen.
Dat de cyberaanvallen niet heel effectief zijn, komt doordat IS door zijn methodes en gestelde doelen een lastige organisatie is om te treffen met cyberwapens. De groepering maakt veelal gebruik van encryptie, waardoor het onderscheppen van communicatie niet eenvoudig is. Daarnaast maakt IS gebruik van computers en sociale media om mensen te rekruteren, geld in te zamelen en operaties te coördineren; deze middelen worden niet ingezet om wapens te gebruiken of bepaalde installaties te controleren. Bij het tegen Iran ingezette Stuxnet en de mogelijk door de VS gesaboteerde raketlanceringen van Noord-Korea was wel sprake van effectief ingezette cyberwapens, waarmee wapens en installaties zijn gesaboteerd, ook al was het effect daarvan tijdelijk.
Tot de meest complexe cyberaanvallen die de VS heeft uitgevoerd tegen IS, behoren het saboteren van de video's en propaganda die de groepering online zet. In het kader van deze operaties heeft de VS wachtwoorden van verschillende accountbeheerders van IS bemachtigd om zodoende bijvoorbeeld bepaalde content te verwijderen en IS-strijders te blokkeren. Dit leek in eerste instantie een succes omdat vanaf het slagveld gemaakte video's verdwenen. Deze resultaten bleken echter tijdelijk van aard, want later werd ontdekt dat het verwijderde materiaal was hersteld of naar andere servers was verplaatst. Tegelijkertijd wordt getracht de coördinaten van strijders te verkrijgen via hun telefoons, om daar aanvallen met drones op uit te voeren.
Er is wel een succesvolle operatie uitgevoerd tegen IS waardoor de VS achter plannen van IS is gekomen om explosieven te fabriceren die niet door de scanners op vliegvelden kunnen worden gedetecteerd. Het zou daarbij gaan om explosieven die er net zo uitzien als batterijen van laptops. De VS kwam hierachter via de samenwerking met Israëlische spionnen; zij waren in Syrië in een kleine groep bommakers van IS geïnfiltreerd. Volgens The Washington Post heeft president Trump in mei deze zeer geheime informatie gedeeld met de Russische minister van Buitenlandse Zaken. Deze informatie leidde ertoe dat de VS een laptopverbod instelde voor een achttal Arabische landen.
Een Amerikaanse generaal heeft gezegd dat andere geallieerde landen dan de VS ook cyberwapens hebben ingezet tegen IS. De VS zou deze wapens niet tot zijn beschikking hebben. Hij liet echter in het midden om welke landen het gaat en welke wapens en technieken het precies betreft.