Volgens onderzoek van het Centre for International Governance Innovation onder ruim 24.000 personen is zestig procent van de mensen tegen de ontwikkeling van technologie die kan voorkomen dat de overheid toegang kan verkrijgen tot privéberichten.
Deelnemers kregen de stelling 'bedrijven zouden geen technologie mogen ontwikkelen die voorkomt dat de politie toegang krijgt tot online gesprekken' te zien. Daarna moesten ze aangeven of ze het er sterk of licht mee eens of oneens waren. Deelnemers aan de poll kwamen uit 24 landen, waaronder Duitsland en Frankrijk. Nederland en België waren niet vertegenwoordigd. Van de gevraagde bevolkingsgroepen uit de 24 gekozen landen waren die uit 23 landen het met deze stelling eens. Alleen van de Zuid-Koreaanse ondervraagden was 54 procent het oneens, waarmee dit land een uitzondering vormt.
Een andere stelling was dat de politie het recht moet hebben tot toegang tot de inhoud van online gesprekken voor 'valide redenen' van nationale veiligheid. Hoe het onderzoek valide redenen definieert is onbekend, wat in een wereldwijd onderzoek in verschillende gerechtsgebieden tot een onrepresentatief resultaat kan hebben geleid. Desondanks is zeventig procent het eens met de stelling, maar in onder andere Duitsland was het resultaat minder eenzijdig. Daar was 55 procent het eens met de stelling.
Verder werd er in het onderzoek gevraagd of de politie uit mocht zoeken met wie een verdachte online contact had gehad. Van de deelnemers vond 85 procent dat de politie hiertoe in staat moet kunnen zijn. Ook in de Europese landen was ongeveer 85 procent het hiermee eens. In het algemeen blijkt dan ook uit het onderzoek dat de meerderheid zich aan de kant van de overheid schaart in de discussie rondom encryptie.
Uit andere vragen van de poll blijkt dat slechts 38 procent van de ondervraagden denkt dat zijn of haar activiteiten op het internet niet worden gecontroleerd. Een gemiddelde van 54 procent van de deelnemers denkt dat zijn of haar internetactiviteiten worden gecensureerd.
Het onderzoek liep van 20 november tot 4 december 2015 en vond daarmee plaats voor de rechtszaak tussen de FBI en Apple, waarin encryptie centraal stond. De FBI heeft de zaak laten vallen omdat deze uiteindelijk zonder Apple het probleem van de encryptie van de betreffende iPhone heeft weten op te lossen. Overheden vermelden steeds vaker moeite te hebben om toegang tot belangrijke gegevens te kunnen verkrijgen vanwege de nieuwste beveiligingsmethoden.