Wat hebben kaartendienst HERE en houtpulp voor de papierindustrie met elkaar gemeen? Nou, ze komen allebei uit de koker van het Finse bedrijf Nokia. Dat bestaat dinsdag exact 150 jaar. Een mooi moment voor een beknopte terugblik.
De meeste tweakers zullen Nokia kennen van de 'onverwoestbare' 3310-telefoon en de smartphones in de Lumia-reeks, maar 150 jaar geleden bestonden die apparaten natuurlijk nog lang niet. Nee, in 1865 richtte de 27-jarige Fredrik Idestam het bedrijf op als fabriek bij Tampere voor het maken van houtpulp voor papier. De basis voor communicatie was daarmee wel vast gelegd.
De naam Nokia bestond echter nog niet. Die volgde pas in 1871, toen Idestam een tweede molen bouwde bij een stadje vijftien kilometer ten westen van Tampere. Dat stadje, toen nog officieel een dorp, heette Nokia. Houtpulp was een tijdje de core business van het bedrijf.
Nokia groeide stevig en breidde in de daaropvolgende jaren flink uit. Behalve houtpulp hield de onderneming zich bezig met rubberproducten, zoals schoenen en autobanden. Pas na de Tweede Wereldoorlog nam Nokia de kabelfabriek Finnish Cable Works over en verschenen de eerste contouren van het tegenwoordige communicatiebedrijf. De eerste stappen voor het maken van telefoons waren al gezet. Het bedrijf maakte toen namelijk al telefoons voor onder meer het leger.
De ontwikkelingen volgden elkaar daarna in rap tempo op. Zo bouwde Nokia in 1978 de DX 200, een digitale telefooncentrale die was gebaseerd op de 8086-processor van Intel. Drie jaar later ontwikkelde Nokia de eerste autotelefoons voor het eerste mobieletelefonienetwerk dat was opgericht in Scandinavië. Na een uitstapje naar personal computers als Mikromikko, richtte Nokia zich in de jaren negentig op de productie van mobiele telefoons. Het bedrijf werd in 1998 marktleider door Motorola te verslaan.
De eerste smartphone van Nokia was de 9000 Communicator. De term smartphone bestond nog niet, maar het was een combinatie van twee zaken die later de basis vormden voor smartphones: telefoon en pda, een personal digital assistent voor het bijhouden van de agenda en contactpersonen, en het versturen en ontvangen van e-mails.
Later volgden telefoons als de bekende 3310 en een boel Symbian-telefoons, waarvan Nokia er in totaal een slordige half miljard verkocht. De Finse fabrikant domineerde de markt en de Nokia's konden alles, maar het bedrijf werd arrogant en log. Ondanks innovatie was Nokia er niet klaar voor toen in 2007 de iPhone verscheen - een telefoon die op de dag van vandaag de smartphonemarkt domineert.
Het overrompelde Nokia stippelde een strategie uit die duidelijk was: alles inzetten op Windows Phone. Het begin bleek stroef, maar veelbelovend. De smartphones waren mooi, innovatief en ouderwets stevig. Misschien wel het hoogtepunt van de comeback was de illustere Lumia 920; die telefoon was maandenlang slecht verkrijgbaar door tekorten - al kwam dat niet alleen door de vraag, maar ook omdat Nokia zo bang was met Lumia 920's te blijven zitten dat het weinig exemplaren produceerde.
Toch mochten de Lumia-smartphones niet baten en was het voor Nokia moeilijk om rond te komen. Microsoft zag zijn kans schoon en kocht de telefoondivisie van het bedrijf, waarmee een eind kwam aan Nokia als telefoongrootmacht. Klein is Nokia overigens nog lang niet: er werken nog altijd 57.000 mensen bij het bedrijf, dat zich nu vooral bezighoudt met communicatietechnologie, r&d en kaartendienst HERE. Die laatste tak wil Uber naar verluidt overnemen, werd pas bekend.
Na 150 jaar leeft Nokia echter in meer dingen voort: de bekendste is misschien wel Jolla, een bedrijf waar vooral oud-technici van de Finse fabrikant werken. De eerste Jolla-telefoon kwam eind 2013 uit en inmiddels is er ook een tablet van Jolla verschenen. Daarmee lijkt Nokia, hetzij wellicht met een andere naam, na anderhalve eeuw nog lang niet uit de communicatiemarkt verdwenen.