Door Jeroen Horlings

Redacteur

De zin en onzin van veel megapixels

Vier superscherpe camera's vergeleken

19-09-2015 • 06:00

213

Multipage-opmaak

Inleiding

Hoeveel megapixels zijn voldoende? Er is geen simpel antwoord. Ooit, in een tijd waarin 2 of 3 megapixel nog gangbaar was, vonden we 6 megapixel veel. In 2009 deed Akira Watanabe van Olympus een gewaagde uitspraak door te stellen dat 12 megapixel voor de meeste consumenten voldoende zou zijn en het bedrijf weigerde mee te gaan in de megapixelrace die op dat moment aan de gang was. Mensen die meer resolutie wilden, zouden hun heil moeten zoeken bij fullframe-camera's, aldus Watanabe. Zijn uitspraak hield redelijk stand, want anno 2015 tellen de sensors die Olympus gebruikt 16 megapixel, slechts een fractie meer dus.

Toch is Watanabes stelling niet oneindig houdbaar. Hoewel fabrikanten als Olympus en Fujifilm momenteel nog niet verdergaan dan 16 megapixel, zijn er legio smartphones die al op 20 of meer zitten. Vrijwel alle andere cameramerken hebben systeemcamera's en dslr's in het consumentensegment op de markt met 24 megapixel of meer. Misschien is een hogere resolutie uit praktisch oogpunt voor de meeste mensen niet noodzakelijk, maar je wil als fabrikant niet dat je product cijfermatig enorm achterloopt bij de concurrentie.

Vergelijking

In het hogere segment was Nikon sinds 2012 heer en meester met een fullframe-sensor van 36 megapixel in de D800, die een jaar later ook in de Sony A7R verscheen. Lang bleef het stil, tot halverwege dit jaar. Canon had lange tijd geen antwoord op de resolutiesprong van zijn concurrenten. Vroeger had Canon twee 1D-series: de reguliere 1D voor actiefotografie en persfotografen, en de 1Ds voor studiofotografen die meer resolutie wilden. Dat veranderde eind 2012 toen de 1D X met een 18-megapixelsensor werd geïntroduceerd. Een vervolg op de 1Ds Mark III met 21 megapixel bleef uit. De Canon-camera met de hoogste resolutie was tot afgelopen februari de 5D Mark III met 22 megapixel. Toen werd de 50 megapixel Canon 5Ds (R) aangekondigd, die in juni op de markt kwam, en in diezelfde maand kondigde Sony de A7R Mark II aan, die met een bsi-cmos-sensor van 42 megapixel is uitgerust.

Al met al is er dus een nieuwe situatie ontstaan door het doorbreken van de 36-megapixelgrens. En in het aps-c-segment heeft Samsung de resolutie opgevoerd naar 28 megapixel. Wie het nieuws heeft gevolgd weet dat het eind nog lang niet in zicht is.

Hieronder zie je vijf fullframe-camera's op volgorde van resolutie, waarvan we er vier nader bespreken in deze vergelijking.

Camera Resolutie Laagste prijs
Canon 5Ds (R) 50Mp 3550 (3750)
Sony A7R Mark II 42Mp 3300
Nikon D810 36Mp 3100
Sony A7R 36Mp 1650
Canon 5D Mark III 22Mp 2750

Megapixeloorlog?

Dit lijkt het begin van een nieuwe megapixeloorlog. Wat is de zin en onzin van meer megapixels? Welke gevolgen heeft het verhogen van het aantal pixels op een sensor voor het dynamisch bereik en ruisniveau? Wanneer heeft meer resolutie echt zin en wat zijn de voor- en nadelen van meer resolutie? We stelden het op de proef tijdens een praktijktest waarbij we de Canon 5Ds R, Sony A7R II en Nikon D810 tegenover elkaar zetten en er een Canon 5D Mark III als referentie naast hielden om vast te stellen hoe groot de resolutiesprong in de praktijk is.

Ontwikkelingen op sensorgebied

Meer megapixels, dus kleinere pixeldiodes op een sensor, leidt tot meer ruis, toch? In algemene zin zou je dit kunnen stellen, ware het niet dat dit mede afhankelijk is van de sensortechnologie en de beeldprocessor, en uiteraard van het sensorformaat, het gebruikte objectief en de lensopening. In algemene zin geldt: hoe groter de pixeldiodes, hoe beter dat is voor de signaal-ruisverhouding. Bij een grotere sensor zijn de pixels ook groter. Als een min of meer gelijkwaardige sensortechniek gebruikt wordt, zal een sensor met grotere pixels over het algemeen minder ruis produceren dan een sensor met kleinere.

gapless

Door het lagere aantal pixels en de fysiek grotere fotodiodes zijn er immers minder transistors nodig en zijn de microlensjes groter. Dat leidt tot een betere well capacity, wat staat voor de hoeveelheid lading die een afzonderlijke pixel kan vasthouden, en tot minder crosstalk, oftewel interferentie van het signaal door nabijgelegen pixels. Dat alles leidt tot minder ruis. Dat verklaart waardoor een fullframe-camera meestal beter presteert dan een aps-c-sensor, met 1,5x crop, en die laatste weer beter dan een mft- en een 1"-sensor, met een 2x- en een 2,7x-crop, uitgaande van een gelijk aantal megapixels en een vergelijkbare brandpuntsafstand en lichtsterkte.

Het sensorontwerp is in de afgelopen jaren echter op de schop gegaan, waardoor dit uitgangspunt al lang niet meer leidend is. Zo zagen we enkele jaren terug de opmars van de backside illuminated sensor of bsi, allereerst bij smartphones en compactcamera's, maar onlangs ook in aps-c-formaat, in de Samsung NX1, en zelfs fullframe, in de Sony A7R II.

bsi cmos

Het verschil tussen een traditionele cmos-sensor en een bsi-cmos-sensor (beeld: Sony)

Bsi

Een traditionele front illuminated sensor is min of meer op dezelfde manier opgebouwd als het menselijk oog: een lens aan de voorzijde, de elektronica en bedrading in het midden en de fotocellen aan het eind. Deze volgorde is ook de meest praktische en goedkope manier van fabricage, maar omdat de bedrading voor de lichtgevoelige fotocellen zit, gaat er wat licht verloren door reflectie.

Een bsi-sensor heeft een andere opbouw. De bedrading zit onder de fotogevoelige laag en de fotodiodes vangen dus meer licht. Dit proces is niet zonder risico, want de siliciumwafer is een stuk dunner dan normaal en de yields zijn wat lager. Tegelijk hebben praktijktests uitgewezen dat bsi niet altijd tot een enorme sprong in beeldkwaliteit leidt. Zo scoorde de bsi-sensor van 28 megapixel van de Samsung NX1 weliswaar zeer goed, maar de 16-megapixelsensor die Fujifilm in zijn X-serie camera's gebruikt, kan zich er, los van de scherpte, prima mee meten. Toch lijkt de bsi-sensor van de A7R II zijn vruchten af te werpen. Net als bij de NX1 is er geen sprake van een revolutie van de lichtgevoeligheid, maar het lijkt wel een methode om meer pixels toe te voegen en tegelijk een betere signaal-ruisverhouding te realiseren. Tegelijkertijd zijn de gegevens ook sneller uit te lezen.

Pixelgrootte

Hieronder zie je een overzicht van recente camera's, gesorteerd op pixel-pitch, oftewel de omvang van de individuele pixeldiodes. Daaruit kun je afleiden dat de 50-megapixelresolutie van de Canon 5DS weliswaar enorm is, maar dat de pixels alsnog groter zijn dan die van een aps-c-sensor van 24 megapixel.

Camera Sensor MP Pixelgrootte
Sony A7S FF 12 8,4µm
Nikon D4S FF 16 7,3µm
Canon 1D X FF 18 6,9µm
Canon 5D Mark III FF 22 6,2µm
Nikon D750 / Sony A7 (II) FF 24 6,0µm
Sony A7R / Nikon D800/D810 FF 36 4,9µm
Sony A7R Mark II FF 42 4,5µm
Canon 700D APS-C 18 4,3µm
Canon 5DS (R) FF 50 4,1µm
Nikon D5500 / Sony A77 (II) APS-C 24 3,9µm
Panasonic GH4 / Olympus E-M1 MFT 16 3,7µm
Sony RX100 (II/III/IV) 1" 20 2,4µm

Meer of minder pixels

De megapixelstrijd heeft in de afgelopen jaren een beetje stilgestaan. Nikons D800 met 36 megapixel kwam begin 2012 uit en tot enkele maanden terug bleef deze camera, samen met de D810 en Sony's A7R, onbedreigd de ranglijsten aanvoeren. Consumentencamera's bleven lang hangen in de orde van 12 en 16 megapixel tot en met 20 en 24 megapixel. De vraag die menigeen terecht stelde, is of de consument wel gebaat zou zijn met meer megapixels. En of het punt van verzadiging niet bereikt was: de heilige graal wat resolutie betreft, waarbij de voordelen van nog meer niet langer zouden opwegen tegen de nadelen en waarbij de vooruitgang te gering zou zijn. Wie heeft immers 50 megapixel nodig?

Toch lijkt het conservatief om te denken dat de resolutie van camera's niet verder zal groeien. Het verleden heeft anders aangetoond, want in het 6-megapixeltijdperk, toen een enkele professionele camera 11 megapixel aantikte, werd al hardop getwijfeld aan het nut van meer pixels, maar ze kwamen er toch. De beruchte '640 kB'-uitspraak spreekt wat dat betreft boekdelen. De wereld is en blijft in beweging, en wat wij nu veel vinden, kan over tien jaar weinig zijn. Los van middenformaatcamera's biedt de Canon 5Ds momenteel de meeste pixels, maar dat het daarbij niet zal blijven blijkt al uit Canons aankondiging dat het werkt aan een 120-megapixel-dslr.

Canon 5D3 vs 5Ds

Het verschil in resolutie tussen de Canon 5Ds R (links) en de 5D Mark III

Voordelen van meer resolutie

Meer resolutie heeft voordelen, al zijn die niet voor iedereen relevant. Je hebt bijvoorbeeld veel meer speelruimte om een uitsnede te maken en houdt alsnog voldoende pixels over voor een fatsoenlijke afdruk. Dat maakt het achteraf aanpassen van de compositie een stuk makkelijker. Fotografeer je bijvoorbeeld met een 36-megapixelsensor, dan hou je nog steeds 15 megapixel over in een aps-c-crop. En bij 42 en 50 megapixel hou je er respectievelijk 18 en 20 megapixel van over. Daarmee kun je in theorie ook probleemloos croplenzen gebruiken, wat in uitzonderlijke situaties een uitkomst kan zijn. En stel dat je van een aps-c-camera als de Canon 7D overstapt naar een fullframe-camera, dan hoef je je met een 5Ds geen zorgen te maken over het verlies van wat telebereik, want dat kun je dankzij de toegenomen resolutie makkelijk compenseren.

De extra resolutie is natuurlijk niet verhoogd om meer te kunnen croppen. De primaire reden is dat het extra scherpte en detail biedt. Dit is vooral van belang voor studiofotografen, die bijvoorbeeld producten, modellen en kleding fotograferen, al dan niet voor reclamedoeleinden. Met een hogere resolutie kun je details nog beter vastleggen en op grotere formaten afdrukken, zoals voor abri's en reclame op gebouwen. Soms worden foto's tientallen meters breed afgebeeld en dan kan de beschikbare resolutie simpelweg niet groot genoeg zijn. Dergelijke fotografen werken nu met middenformaatcamera's, maar de beschikbaarheid van spiegelreflex- en systeemcamera's met een vergelijkbare resolutie biedt een veel kleiner en minder duur alternatief.

Verder kun je een grote foto altijd downscalen, maar andersom kan dat niet, althans niet zonder kwaliteitsverlies. Het downscalen naar een lagere resolutie heeft als voordeel dat storende elementen als ruis wat minder zichtbaar worden. Als je een foto van een 36-megapixel-A7R verkleint naar de 12 megapixel van de A7S, is het verschil in ruis veel minder groot dan wanneer je de originele bestanden op 100% naast elkaar houdt, helemaal wanneer voor het verkleinen al ruisreductie is toegepast. Om dezelfde redenen wordt er in de videowereld vaak in 4k gefilmd, terwijl het materiaal uiteindelijk in 1080p gebruikt zal worden. Door de extra resolutie ben je als filmer en fotograaf vrijer om achteraf een afwijkende uitsnede te kiezen en de overtollige pixels terug te rekenen.

Nadelen van meer resolutie

Naast voordelen zijn er uiteraard ook nadelen. Allereerst neemt de bestandsomvang toe naarmate de resolutie stijgt. Dit telt nog zwaarder als je in raw fotografeert. Over het algemeen kost 1 megapixel circa 1MB aan opslag, dus een 50-megapixelfoto in rawformaat is circa 50MB groot. Afhankelijk van wat er gefotografeerd wordt en de mate van lossy en lossless compressie kan dit meer of minder zijn. Wie tweeduizend 50-megapixelfoto's per maand maakt, is dus maandelijks minimaal 100GB aan extra schijfruimte kwijt. Nu is schijfruimte niet zo duur meer, dus te overzien. Het is echter wel iets om rekening mee te houden en het is raadzaam om bij aanschaf van een nieuwe camera ook meteen de opslag van de computer te upgraden. En neem meteen een nieuw back-upplan mee in de overweging.

In directe zin zul je vooral merken dat het laden van foto's in beeldbewerkingssoftware als Photoshop en Lightroom wat meer tijd vergt. Dat begint al met het overzetten van de foto's naar de computer, hoewel dat met usb 3.0 of thunderbolt nog best rap gaat. Vooral het laden van foto's, en kleine bewerkingen als inzoomen en het toepassen van een actie of effect, kosten met een 40- of 50-megapixelfoto merkbaar meer tijd dan met een 20-megapixelfoto. Uiteraard hangt dit ook sterk af van de snelheid van de ssd of harde schijf waarop de foto's staan, evenals van de gebruikte processor en grafische kaart. Op een Mac met 3,4GHz-Intel i7-processor, een Nvidia 2GB 680MX GTX- grafische chip en een Intel Xeon 3,1GHz-pc met ATI FirePro V4800, was het verschil tussen het werken met 22-megapixelbestanden tegenover 42- en 50-megapixel absoluut merkbaar. Bij iedere nieuwe foto in Lightroom moesten we enkele seconden wachten, waarbij het beeld in drie fasen werd opgebouwd.

Een hogere resolutie leidt ook tot beperkingen op een camera. De D810, A7R II en 5DS gaan niet verder dan 5 foto's per seconde. Dat is snel genoeg voor de meeste situaties, maar voor actie ligt het gebruik van een camera met een lagere resolutie en hogere burstsnelheid voor de hand. Als de bufferomvang niet met de resolutiesprong is meegegroeid, zal dit eveneens consequenties hebben voor het vollopen van de buffer. De 5Ds is al na 14 rawfoto's vol, oftewel binnen 3 seconden bij maximale burst. Bij de Sony A7R II is dat na 22 foto's het geval en bij de Nikon D810 bij 28 rawfoto's.

Canon 5Ds R vs Sony A7R II vs Nikon D810

De camera's in deze vergelijking
De camera's in deze vergelijkingDe camera's in deze vergelijkingDe camera's in deze vergelijkingDe camera's in deze vergelijking

De drie camera's in deze vergelijking verschillen onderling sterk, maar hebben één grote overeenkomst: ze produceren foto's met een aanzienlijke resolutie. Die varieert van 32 en 36 tot 50 megapixel, maar in alle gevallen is dat een significant verschil met andere fullframe-camera's, die op het niveau van 12 tot 24 megapixel zitten.

Canon EOS 5Ds R

Canon heeft vlak voor de zomer de EOS 5Ds uitgebracht. Er zijn twee uitvoeringen: de reguliere versie en de R-versie, die 200 euro duurder is. We hebben bewust de R-versie in deze vergelijking opgenomen, aangezien deze een geneutraliseerd low pass filter heeft, wat nog iets scherpere beelden oplevert. De camera laat zich daardoor ook eerlijker vergelijken met de Nikon D810 en de Sony A7R II, waarbij het low pass filter helemaal weggelaten is. Tijdens de introductie van de D800 in 2012 had Nikon eveneens twee versies, met en zonder actief filter, maar de algemene redenering is sindsdien dat problemen als moiré door de hoge pixeldichtheid in de praktijk erg meevallen. Dat is ook onze persoonlijke ervaring. Moiré laat zich zelden zien, behalve als je bijvoorbeeld iets heel specifieks als een 4k-tv fotografeert. Wie geen enkel risico wil lopen kan dus ook voor de 5Ds gaan.

De 5Ds (R) bouwt voort op de 5D Mark III en los van de sensor is er maar weinig veranderd. Voor wie vertrouwd is met de bediening is dat een voordeel, maar wie zat te wachten op nieuwe functionaliteit als wifi, meer videofuncties of andere verbeteringen zou teleurgesteld kunnen zijn. Desondanks zijn er kleine verbeteringen, zoals een sd-kaartslot met uhs-i-ondersteuning en enkele nieuwe menufuncties, onder andere voor het maken van timelapse-opnamen en een betere zoomfunctie tijdens live view. De buffer van de camera lijkt door de grotere bestanden wel aanmerkelijk kleiner; hij kan 14 rawfoto's achter elkaar maken in plaats van de 18 van de 5D III. De A7R II en D810 hebben op dat vlak betere papieren, met respectievelijk 22 en 28 raws. Ook de lichtgevoeligheid is een stuk lager: 12.800 iso op de 5Ds in plaats van 102.400 iso op de 5D III.

Nikon D810

De D810 volgde de D800(E) in 2014 op. Net als zijn voorganger gebruikt hij een 36-megapixelsensor, maar volgens eigen zeggen was dit een nieuwe versie, die bovendien nog betere resultaten produceerde dankzij een nieuwe beeldprocessor. Een verbetering is dat de camera nu native begint bij 64 in plaats van 100 iso, wat in sommige situaties erg handig is. Na de goede bevindingen met de D800E is Nikon helemaal afgestapt van het gebruik van een low pass filter; er is dus geen versie meer mét een dergelijk filter. De videomogelijkheden van de D810 zijn wat beter dan die van zijn voorgangers, met minder moiré en een 60fps-modus op 1080p. Van de drie primaire camera's in deze vergelijking biedt de D810 de laagste resolutie, maar zoals eerder genoemd is dat verschil in de praktijk niet groot.

De 36-megapixelsensor is gebaseerd op een beproefd ontwerp, dat ook in de D800(E) en de Sony A7R te vinden is en bekendstaat om zijn kwaliteit. De balans tussen resolutie, dynamisch bereik en ruis is prima. Hij biedt met afstand de grootste buffer, met ruimte voor 28 raws en 5fps. Er is verder nog een 7fps-modus met aps-c-crop. Van alle camera's heeft hij de hoogste flitssynchronisatie, met 1/250e.

Sony A7R II

De A7R II, of voluit Alpha 7R Mark II, heeft een wat complexe naam, maar is momenteel het topmodel in de A7-serie systeemcamera's met fullframe-sensor. De A7S (II) is gericht op video en de A7 (II) is het instapmodel. Toch is de camera meer dan een opvolger van de A7R, omdat hij elementen bevat van de twee andere camera's in de reeks, zoals ingebouwde beeldstabilisatie en een volledig stille stand met elektronische sluiter.

Daarboven zien we nog enkele andere unieke eigenschappen die we nog niet eerder in de camera's van Sony zagen: een backside illuminated sensor met 42 miljoen pixels, 399 geïntegreerde fasedetectiediodes op de sensor, een buffer van 22 raws en een zeer grote zoeker. Die zoeker is met zijn 0,78x-vergroting groter dan die van de 5Ds en de D810, maar uiteraard gaat het hier om een elektronische variant. De evf biedt dus een digitale weergave, wat zowel voor- als nadelen heeft. Voor de beeldkwaliteit, waar we ons in dit artikel op richten, is dat verder irrelevant. Verder biedt hij 4k-video. Dat laatste verklaart overigens de wat vreemde resolutiesprong van 36 naar 42 megapixel. In de Super35-modus wordt een 16:9-crop van de sensor gebruikt, waarbij geen pixel binning hoeft te worden toegepast, wat een beduidend hogere videokwaliteit oplevert. In die modus wordt oversampling gebruikt om pixels terug te rekenen naar 4k, waarbij rolling shutter en moiré geminimaliseerd worden. In vergelijking met de A7R is de beeldkwaliteit op hoge iso's flink toegenomen, ondanks de verhoging van het aantal pixels.

In deze vergelijking hebben we rawbestanden als uitgangspunt genomen. Bij de A7R II moeten we op dat vlak twee kanttekeningen maken. Sony gebruikt twee verschillende kwaliteitsniveaus: 12bit en 14bit. Dat is bij sommige camera's een optie, maar bij de A7R II en andere A7-camera's treedt dit soms in werking, onder andere als je de stille elektronische sluiter gebruikt en wanneer je in burst fotografeert. Voor deze test hebben we steeds 14bit-raws gebruikt.

Een tweede kanttekening is dat Sony in tegenstelling tot Canon en Nikon een andere compressiemethode gebruikt. Waar Canon en Nikon 14bit-raws wegschrijven met lossless compressie, gebruikt Sony een 11+7bit-systeem, waarbij gedeeltelijk lossy compressie wordt gebruikt. In zeldzame gevallen, zoals bij zeer lange sluitertijden, kan dit leiden tot lokale degradatie van beeldkwaliteit. We kunnen ons echter ook voorstellen dat dit ten koste gaat van het dynamisch bereik. Sony heeft ondertussen aangekondigd dat er een firmware-update komt voor de A7R II - en misschien voor andere A7-camera's - met een optie voor ongecomprimeerde 14bit-raws, maar deze was op het moment van onze vergelijking nog niet beschikbaar.

Specificaties

Cameramodel Nikon D810 Canon 5Ds R Sony A7R II
Mount Nikon F Canon EF Sony E-Mount

Sensor

Cameraresolutie 36,3Mp 50Mp 42,4Mp
Sensortype CMOS CMOS Back-illuminated CMOS
Sensorformaat 35mm (fullframe) 35mm (fullframe) 35mm (fullframe)
Cropfactor 1.0x 1.0x 1.0x
Minimale ISO-gevoeligheid ISO 64 ISO 100 ISO 100
Maximale ISO-gevoeligheid ISO 12800 (51.200) ISO 6400 (12.800) ISO 25.600 (102400)
Beelden per seconde 5fps (28 raw) 5fps (14 raw) 5fps (22 raw)

Video

Videoresolutie 1920x1080 1920x1080 3840x2160 (Ultra-HD)
Videoframerate 60fps 30fps 25fps (1080p 60fps)
Videocodec h264 h264 h264

Focus

Aantal autofocuspunten 51 61 399
Focusmechanisme Automatische Focus (motor in lens), Automatische Focus (motor in body), Handmatige Focus Automatische Focus (motor in lens), Handmatige Focus Automatische Focus (motor in lens), Handmatige Focus

Eigenschappen

Eigenschappen body Ingebouwde flitser, Live view, Video-opname Live view, Video-opname Live view, Stabilisatie, Video-opname

Schermdiagonaal

De schermdiagonaal is de schermmaat gemeten van linksonder naar rechtsboven en uitgedrukt in inches ("), 1 inch staat voor 2,54cm.

3,2" 3,2" 3"
Gewicht body 980g 845g 625g
Kleur body Zwart Zwart Zwart

Opslag

Geheugenkaarttype (Camera) Compact Flash , Compact Flash I, SD, SDHC, SDXC Compact Flash , Compact Flash I, SD, SDHC, SDXC Memory Stick Pro Duo, Memory Stick Pro HG Duo , microSD, microSDHC, microSDXC, SD, SDHC, SDXC

Verbindingen

Verbinding (Extern) Audio (3,5mm), Microfoon, Mini-HDMI, USB 3.0 Microfoon, Mini-HDMI, USB 3.0 Audio (3,5mm), Micro-HDMI, Microfoon
Verbinding (wlan) - - 802.11b, 802.11g, 802.11n

Overige specificaties

Bijzonderheden - - Elektronische sluiter, kantelbaar scherm

Testopzet

Het vergelijken van drie verschillende camerasystemen is complex, omdat het al snel over appels en peren gaat. Het zijn weliswaar alle drie fullframe-camera's, maar ze hebben elk een eigen lensmount, een andere sensor, en natuurlijk een afwijkende body en bijbehorende hard- en software. De lensmount is de lastigste factor, want welke lens gebruik je voor zo'n vergelijking? We wilden immers de beeldkwaliteit en dan vooral het resolutievoordeel en de gevolgen daarvan testen, en niet de lens zelf.

Omdat Canon, Nikon en Sony elk een lensmount gebruiken die niet compatibel is, moet je voor een dergelijke vergelijking in principe verschillende lenzen gebruiken. Daarnaast moeten die lenzen kwalitatief gezien voldoende geschikt zijn voor de hoge resoluties die deze camera's bieden. Tot slot moeten de verschillende lenzen op zoveel mogelijk fronten gelijkwaardig zijn. Je kunt in een dergelijke situatie twee dingen doen: testen met native lenzen of testen met één enkele lens die op alle camera's gebruikt wordt. Beide methoden hebben voor- en nadelen. Wij besloten daarom beide scenario's uit te voeren om een zo goed en eerlijk mogelijk beeld te krijgen.

Drie 16-35 f/4's

We begonnen met drie native 16-35mm f/4-lenzen. Alle drie de cameramakers bieden een dergelijke lens en in alle gevallen zijn ze onlangs uitgekomen, zijn ze even lichtsterk en zitten ze ongeveer in dezelfde prijsklasse. Het voordeel van native lenzen is dat je een praktijksituatie test en daardoor een realistisch uitgangspunt hebt, dat aansluit bij de manier waarop deze camera's in de echte wereld gebruikt worden. Het nadeel is dat je kleine verschillen kunt zien die aan de lens kunnen worden toegeschreven, zoals een verschil in scherpte en contrast.

Een andere methode is het gebruiken van dezelfde lens op alle camera's. Dat is een veel minder realistisch uitgangspunt, maar het neutraliseert wel de invloed van de lens op de prestaties. Die is immers voor alle camera's gelijk. We kwamen uit op de Sigma 50mm f1.4 Art, die bekendstaat om zijn optische prestaties. We gebruikten een Nikon- en een Canon-versie, waarbij die Canon-versie door middel van een Metabones-adapter ook op de A7R II is gebruikt.

Situaties

Voor de vergelijking hebben we verschillende situaties gefotografeerd die volledig statisch zijn. Naast de thuis- en kantooromgeving, hebben we voor dit doel een bezoek gebracht aan Groningen. We hebben daar onder andere het Groninger Museum en de Aa-kerk van binnen vastgelegd, wat praktijkfoto's gemaakt in de binnenstad en 's middags én 's avonds een bezoek gebracht aan de Reitdiephaven. Een aantal GoT F&V-crewleden was daar van de partij en heeft bijgedragen aan het maken van testmateriaal, individuele praktijkfoto's en het algehele denkproces, waarvoor dank!

Variabelen

Bij de vergelijking speelt een groot aantal variabelen: de instellingen, de lichtmeting, de brandpuntsafstand, de diafragmawaarde, de gebruikte lens, de weersomstandigheden en het veranderende licht, de witbalans en de (handmatige) scherpstelling. Dat luistert allemaal heel nauw; als een van deze variabelen niet klopt, wordt een reeks van vier foto's met dezelfde instelling direct onbruikbaar. Het wisselen van de verschillende camera's en lenzen kost minimaal enkele minuten en in die tijd kunnen de weersomstandigheden veranderen. Ben je bijvoorbeeld begonnen met de zon in de rug, maar verdwijnt deze achter de wolken, dan zit je met foto's die onderling niet meer goed te vergelijken zijn. Goed licht levert veel contrast op, waardoor de beleving van scherpte verandert. En hoewel we de instellingen zoveel mogelijk op elkaar afgestemd hebben, is de lichtmeting van camera's niet gelijk, waardoor de belichting dus vaak iets afwijkt.

We hebben steeds een vaste diafragma- en iso-waarde gebruikt en in raw gefotografeerd. Verder is er in de meeste situaties handmatig scherpgesteld door het beeld vooraf maximaal te vergroten. Dat is in de praktijk accurater dan autofocus, omdat daar toch kleine variaties in zitten. Om alles uit te sluiten hebben we in enkele situaties naast de handmatige focus ook autofocus gebruikt. En uiteraard hebben we te allen tijde vanaf een statief gewerkt vanaf hetzelfde standpunt, op dezelfde brandpuntsafstand en in combinatie met de zelfontspanner om beweging te voorkomen. Omdat de camera's fysiek in omvang verschillen, zijn er wel kleine variaties in de beeldhoek.

Diffractie

Bij het vaststellen van de diafragmawaarde moet je rekening houden met diffractie, dus met de f-waarde waarop de beeldkwaliteit afneemt. Hoe hoger de resolutie en hoe dichter de pixels op elkaar zitten, des te groter dit probleem is. Vandaar dat compactcamera's met kleine sensors bijvoorbeeld meestal niet verder gaan dan f/8. Bij fullframe-camera's ligt de aanbevolen waarde doorgaans tussen de f/8 en f/11, maar door het enorme aantal pixels van de 5Ds R ligt de diffractielimiet van 50 megapixel net iets onder de f/8. We hebben daarom zoveel mogelijk de sweetspot van de lens aangehouden. De 16-35mm f/4 lenzen zijn één stap afgestopt op f/5.6 en de Sigma 50mm f/1.4 is gebruikt op f/2.8.

Meer camera's?

Je vraagt je misschien af waarom we niet meer dan vier camera's in de vergelijking hebben meegenomen. Het antwoord is simpel; dat was voor ons logistiek niet behapbaar. Voor iedere camera moet je een situatie op exact dezelfde manier vastleggen. Dat betekent dat je na iedere reeks foto's camera's en lenzen moet wisselen, de instellingen op moet elkaar afstemmen en handmatig moet scherpstellen. Uiteraard ben je ook niet na één foto klaar. Per testcamera worden verschillende foto's gemaakt met een reeks variabelen, zoals belichting, isowaarde en in sommige situaties diafragmawaarde. Meer dan vier beelden zijn niet te vergelijken in één venster, waardoor je dus geen goed overzicht hebt als je meer dan vier camera's wil vergelijken. Daarnaast kost iedere extra camera uiteraard meer tijd bij het verwerken en beoordelen van de beelden. Al die camera's en lenzen moeten ook fysiek vervoerd worden. We sleepten nu al met twee volle tassen met voor 15.000 euro aan apparatuur.

Natuurlijk zou het interessant zijn geweest om een aps-c-, mft- of misschien zelfs een compactcamera in de vergelijking mee te nemen, maar los van de bovenstaande problemen zit je dan met nieuwe variabelen, zoals een vergrotingsfactor vanwege de afwijkende sensormaat en lenzen die niet rechtstreeks te vergelijken zijn. Tot slot was de huidige testopzet met vier camera's al tijdrovend, meer was niet te verantwoorden. Tegelijk is het goed om te benadrukken dat het hier om een steekproef gaat en dat dit een allesbehalve wetenschappelijk verantwoorde test is. Anders hadden we nog meer camera's en lenzen in de test moeten betrekken om minuscule afwijkingen uit te sluiten, wat om de genoemde redenen niet behapbaar was. Alles testen is onmogelijk; we moesten keuzes maken. We hebben ons dus vooral op de praktijksituatie gericht, met de nadruk op de gevolgen van meer resolutie.

Vergelijking: scherpte

Wat scherpte betreft zien we eigenlijk geen verrassingen. De camera's presteren zoals verwacht en een hogere resolutie leidt daadwerkelijk tot meer details. Vooral de stap van de 22-megapixelsensor van de 5D Mark III naar de 36-, 42- en 50-megapixelsensors van de andere camera's is duidelijk zichtbaar. De detaillering in foto's neemt flink toe en kleine details zijn ook beter zichtbaar. Het verschil tussen 36, 42 en 50 megapixel is echter niet extreem groot. Meer resolutie is meer details, maar de onderlinge sprong is een stuk kleiner. Of een dergelijke sprong in resolutie voor jou een goede investering is, is erg persoonlijk en sterk afhankelijk wat je zoal fotografeert.

Museumbordje

De onderstaande twee foto's zijn 100%-uitsneden van een bordje in het Groninger Museum. Deze foto's tonen het resolutieverschil goed aan. Vooral bij de tweede uitsnede is het goed zichtbaar, want daar komt de 5D Mark III duidelijk resolutie tekort om de kleine letters weer te geven.

MuseumbordjeMuseumbordjeMuseumbordjeMuseumbordje

Vlnr: 5D III, 5Ds R, A7R II, D810 met Sigma 50mm f1.4 op f/5.6, 100 iso

Museumbordje 1

Museumbordje 2

Reitdiephaven

De Reitdiephaven in Groningen bestaat nog maar een paar jaar, maar is nu al een van de meest gefotografeerde wijken van Nederland. De pastelkleurige houten huizen aan het water zijn dan ook een lust voor het oog en tegelijk een goed testonderwerp voor onze vier camera's. We begonnen met een contrastrijk zonnetje, maar tijdens het maken van de testfoto's verdween dat achter de wolken om voorlopig niet meer terug te komen. De zonnige testfoto's konden dus in de prullenbak, omdat we die met slechts een deel van de camera's hadden geschoten. We doen het daardoor met de onderstaande reeks, die verder overigens prima bruikbaar is. De resultaten zijn zoals verwacht; de 5Ds R biedt de meeste details, hoewel de A7R II ook opvallend gedetailleerde plaatjes aflevert.

Reitdiephaven overdagReitdiephaven overdagReitdiephaven overdagReitdiephaven overdag

Vlnr: 5D III, 5Ds R, A7R II, D810 met Sigma 50mm f1.4 op f/5.6, 100 iso

Reitdiephaven 1

Reitdiephaven 2

Fossiel en stenen

We zien vergelijkbare resultaten bij een foto van een fossiel en stenen. Alle camera's slagen erin het stilleven scherp en gedetailleerd vast te leggen. De 5Ds R biedt overtuigend de meeste details en de 5D III de minste.

Fossiel en stenenFossiel en stenenFossiel en stenenFossiel en stenen

Vlnr: 5D III, 5Ds R, A7R II, D810 met Nikkor 50mm f/1.8 op f/11, 100 iso

Stenen close-up

Vergelijking: dynamisch bereik

Het verhogen van de pixeldichtheid door een toename van het aantal pixels kan negatieve bijwerkingen hebben. Op de vorige pagina werd duidelijk dat meer pixels zichtbaar leiden tot meer details en daardoor bepaalde voordelen bieden, zoals de mogelijkheid om een uitsnede te maken met behoud van een fatsoenlijke resolutie. Een hogere pixeldichtheid kan echter ook negatieve effecten hebben voor de signaal-ruisverhouding en het dynamisch bereik. Op deze pagina gaan we in op het laatste.

Het dynamisch bereik betreft de minimale en maximale hoeveelheid licht die een camerasensor kan vastleggen. Simpel gezegd: de zwarte en witte tonen, oftewel de mate waarin de sensor in een contrastrijke situatie de details in schaduwen en hooglichten kan vastleggen. Je hebt vast wel eens gemerkt dat een deel van je foto te licht of te donker was. Overbelichten helpt om schaduwen beter uit te lichten, onderbelichten om fel licht te onderdrukken, maar het is altijd een uitdaging om beide facetten in één enkele foto goed te krijgen.

Als licht zo fel is dat het als 100% wit wordt opgeslagen, dan is dat deel van de foto overbelicht. In het geval van een jpeg-foto is dit niet te corrigeren. Wie foto's in het rawformaat opslaat, heeft meer speelruimte en kan waarschijnlijk nog wel wat redden, maar ook hier geldt dat 100% wit echt wit is. De mate van over- en onderbelichting is terug te zien in het histogram; de pieken aan de linker- en rechterkant. Hoe goed een camera in staat is beeldinformatie in zowel schaduwen als hooglichten vast te leggen wordt het dynamisch bereik genoemd. Dit is grotendeels afhankelijk van de sensor en wordt mede bepaald door de pixeldichtheid en het sensorontwerp.

In onze tests merkten we dat de Nikon D810 en Sony A7R II beter in staat waren om details in schaduwen en hooglichten vast te leggen dan de twee Canons. Vooral met hooglichten hebben zowel de 5D Mark III als de 5Ds R het moeilijk en ook in raw zijn overbelichte delen lastig te corrigeren in vergelijking met de concurrentie. Onze bevindingen worden gestaafd door DxOMark, dat volgens eigen tests het hoogste dynamisch bereik, 14,8 EV, toekent aan de Nikon D810, gevolgd door de Sony A7R II (13,9 EV). Canon loopt wat achter met 12,4 EV voor de 5Ds R en 11,7 EV voor de 5D Mark III, waarbij het dus wel positief is dat het dynamisch bereik er in ieder geval niet op achteruit is gegaan. Desondanks vonden wij onze 5Ds R wat minder accuraat met de belichting en wat gevoeliger voor overbelichting. Dat is ook aan de onderstaande beelden te zien.

Geoptimaliseerde foto (-2 EV, bewerkt, HDR)

Een geoptimaliseerde foto van de entree van het Groninger Museum

De bovenstaande foto van de entree van het Groninger Museum toont een contrastrijke situatie met fel licht dat door de ramen komt. Deze foto, gemaakt met de Nikon D810, was oorspronkelijk 2 stops onderbelicht om de details in de ramen goed te tonen, waarbij in Lightroom de belichting, schaduwen en hooglichten zijn aangepast. Het resultaat is vergelijkbaar met een hdr-foto met verschillende belichtingen die samengevoegd zijn. Daardoor zijn er details te zien in het raam links en de gang achter de trap. In een enkele opname met automatische belichting hadden de camera's daar aanmerkelijk meer moeite mee, zoals je aan de onderstaande foto's kunt zien.

Dynamisch bereik - Groninger MuseumDynamisch bereik - Groninger MuseumDynamisch bereik - Groninger MuseumDynamisch bereik - Groninger Museum

Groninger Museum met native 16-35mm f/4 op f/5.6 en 100 iso

Hetzelfde geldt voor een nachtscène van de Reitdiephaven, waarbij de Canon 5Ds R een langere sluitertijd koos en waardoor de felle lampen op de huizen, die vanwege een festival waren opgesteld, tot overbelichte delen leidde. De overbelichting van +1 EV was achteraf niet te corrigeren. Deze beelden hebben we overigens niet gebruikt voor de beoordeling, vanwege de inconsistente belichting, maar we willen ze wel tonen.

Reitdiephaven avondfoto's

Vergelijking: ruis

Een grotere pixeldichtheid heeft meestal een negatief effect op de signaal-ruisverhouding, wat in de regel leidt tot meer ruis in foto's. Dat hoeft niet voor iedereen een probleem te zijn; studiofotografen werken doorgaans in een gecontroleerde lichtomgeving op 100 iso, maar wie ook onder slechte lichtcondities werkt, zoals bij binnensport, een concert of stad in avondlicht, zal hoge isowaarden niet altijd kunnen vermijden. Dankzij verbeterde sensortechnologie produceren veel camera's nu acceptabele beelden op 3200 en 6400 iso, al is dat relatief. Een voordeel van een camera met veel megapixels is dat de beelden kunnen worden teruggerekend naar een lagere resolutie, waardoor de ruis veel minder zichtbaar is.

Aa-kerk 6400 isoAa-kerk 6400 isoAa-kerk 6400 isoAa-kerk 6400 iso

Als we de bovenstaande beelden op 100%-weergave naast elkaar leggen, valt een aantal zaken op. De resolutie van de 5Ds R is het hoogst, maar door ruis biedt deze camera niet de meeste details. De bewuste foto is gemaakt op 6400 iso, de hoogste native stand van de 5Ds R. Hij kan tot 12.800 iso, maar dat is gepusht. De 5D Mark III geeft aanmerkelijk minder ruis, maar biedt daarbij veel minder details. De ruisniveaus van de Sony A7R II en de Nikon D810 lijken min of meer gelijk, maar de Sony biedt de meeste details en scherpte.

Ruis op 6400 iso - originele resolutie

Gelijke resolutie

Omdat het lastig is om beelden met verschillende resoluties op 100% te bekijken, hebben we de foto's via Photoshop teruggerekend naar 16 megapixel. Ook dan blijft de 5Ds R ruiziger dan de 5D III. De Nikon D810 en Sony A7R II doen het zichtbaar beter. Als we naar zowel ruis als scherpte kijken, lijkt de Sony A7R II de beste papieren te hebben. Dat is vooral te zien aan de derde uitsnede, die we tot 150% hebben uitvergroot om het verschil ook op het scherm goed zichtbaar te maken. Op iso 12.800 neemt de ruis bij de 5Ds R onevenredig toe, terwijl de andere camera's neutraler blijven, wat vermoedelijk wordt veroorzaakt doordat 12.800 bij de 5Ds R geen native waarde is. Zouden we voor het verkleinen ruisreductie toepassen op de bestanden van de 5Ds R en de verscherping verlagen en dat bij de andere camera's juist verhogen, dan worden de onderlinge verschillen op iso 6400 kleiner en meer gelijkwaardig.

Ruis op 6400 iso - teruggerekend naar 16 megapixelsRuis op 6400 iso - teruggerekend naar 16 megapixels
Ruis op 6400 iso - teruggerekend naar 16 megapixels

De entree van het Groninger Museum hebben we ook voor hoge-isofoto's gebruikt. Daarbij valt op dat de 5Ds R weliswaar wat ruizig is, maar op het maximale niveau nog wel scherpe beelden produceert. Op 51.200 iso produceert alleen de Sony A7R II nog acceptabele beelden. Let wel, er is geen ruisreductie toegepast op de testfoto's, die allemaal in raw zijn opgeslagen.

Close-up's van 12.800 en 51.200 isoClose-up's van 12.800 en 51.200 iso

Klassieke gadgets

Vergelijkbare resultaten zien we terug in de foto van de bovenstaande opstelling met klassieke gadgets. Op 12.800 iso zijn de verschillen niet schokkend, maar aan de close-ups op het extreme niveau van 51.200 valt op dat de 5D Mark III last heeft van kleurruis en banding. De Nikon verliest veel kleurverzadiging, maar blijft wel redelijk scherp. De schaduwpartijen van de Sony blijven relatief schoon.

Close-ups klassieke gadgetsClose-ups klassieke gadgetsClose-ups klassieke gadgets

Conclusie

D810, 5Ds R, A7R II

De vergelijking heeft een aantal interessante zaken aan het licht gebracht. Over het algemeen zijn de resultaten eigenlijk precies zoals je zou verwachten. De Canon 5Ds R produceert met z'n 50-megapixelsensor de meeste details en is een flinke sprong voorwaarts vergeleken met de 5D Mark III. Hij doet het ook beter dan de Nikon D810 en Sony A7R II, al zijn de verschillen daarmee minder groot. Bij de 5Ds R gaat die resolutiesprong wel ten koste van de lichtgevoeligheid; de camera gaat slechts tot 12.800 iso en loopt op dat niveau zichtbaar achter bij de andere camera's, zelfs als je de resultaten terugrekent naar een lagere resolutie. Beide Canons moeten in de andere camera's bovendien hun meerdere erkennen op het vlak van dynamisch bereik. Ze zijn minder goed in staat schaduwen en hooglichten vast te leggen en bieden daarbij minder speelruimte tijdens de beeldbewerking.

De 36-megapixelsensor van de D810 is een goede allrounder, die op alle fronten goed meekomt en een prima balans lijkt te vinden tussen scherpte, ruis en dynamisch bereik. De verschillen met de Sony A7R II zijn in veel situaties niet extreem groot, al legt de nieuwe bsi-sensor van 42 megapixel de lat nog wel een stukje hoger. Dat is vooral te merken op hoge lichtgevoeligheden boven de 6400 iso, waar de sensor zich prima thuisvoelt en het bsi-ontwerp zijn vruchten lijkt af te werpen met een betere signaal-ruisverhouding.

Alles is relatief; we willen dan ook benadrukken dat pixelpeepen een belangrijk onderdeel was van deze steekproef. Op 100%-weergave zijn er duidelijke verschillen, ook als je beelden verkleint naar een lagere resolutie, maar ze zijn niet wereldschokkend. Los van het dynamisch bereik, waarmee Canon nog steeds achterloopt, zijn de verschillen te overzien. Op normaal formaat zijn de resultaten allesbehalve wereldschokkend. Iedere camera in deze vergelijking produceert dan ook prima beeldkwaliteit in zijn eigen niche, met veel of weinig pixels.

Meer pixels heeft voordelen, maar ook nadelen. Het is grotendeels een persoonlijke afweging en de meerwaarde van meer pixels zal per fotograaf sterk verschillen. De studiofotograaf zal blij zijn met meer pixels en aangezien hij meestal onder goede lichtomstandigheden fotografeert, zijn de prestaties op hoge iso's niet echt van belang. De verschillen tussen 20, 30, 40 of 50 megapixel zijn aanwezig, maar lang niet iedereen zal voor zijn type fotografie gebaat zijn bij meer pixels. Het is ook maar net wat je zelf belangrijk vindt; meer pixels of meer dynamisch bereik en betere ruisprestaties.

Reacties (213)

213
212
181
12
0
0
Wijzig sortering
In 2009 deed Akira Watanabe van Olympus een gewaagde uitspraak door te stellen dat 12 megapixel voor de meeste consumenten voldoende zou zijn en het bedrijf weigerde mee te gaan in de megapixelrace die op dat moment aan de gang was. Mensen die meer resolutie wilden, zouden hun heil moeten zoeken bij fullframe-camera's, aldus Watanabe. Zijn uitspraak hield redelijk stand, want anno 2015 tellen de sensors die Olympus gebruikt 16 megapixel, slechts een fractie meer dus.
Klopt, maar Olympus doet nog iets veel slimmers: High-res mode! Doordat de Olympus camera's zo'n geavanceerde sensor-shift stabilisatie hebben kunnen ze hun sensor een fractie(!) van een pixel verschuiven. Op die manier kunnen ze, door meerdere opnamen snel achter elkaar te maken, een 40MP plaatje uit een 16MP sensor persen. Het maken van de meerdere opnamen maken kost momenteel nog wat tijd waardoor deze mode alleen geschikt is voor gebruik vanaf statief maar de resulterende plaatjes zijn uiterst indrukwekkend. In sommige gevallen scherper als een D810 omdat de high-res mode van Olympus mooi afrekent met Moire effecten.

Eigenlijk dus het beste van twee werelden :P . Het was leuk geweest als Tweakers deze camera ook had meegenomen in de vergelijking. De high-res mode van Olympus is namelijk super innovatief en interessant imho!

Imaging resource heeft een mooie test gedaan tegenover een D810, een A7R en een 645Z (pentax).
http://www.imaging-resour.../olympus-e-m5-iiTECH2.HTM

[Reactie gewijzigd door Verwijderd op 22 juli 2024 15:39]

"super innovatief": nope. Is al eerder gedaan bij digitale middenformaat camera's.
Daarnaast werkt het enkel bij stillevens goed. Zelfs landschappen waarin bomen/struiken staan met bewegende blaadjes leveren artifacten op.
Bovendien blijf je tegen de diffractielimiet aanlopen en heb je verschrikkelijk goede lenzen nodig om op groot diafragma al van hoek tot hoek scherp te zijn.
Super innovatief is het idd niet. Wel leuk dat de functie naar een betaalbare camera is gekomen. Want hoe duur waren die middenformaat camera's van Hasselblad?

Op dit moment werkt het bij stillevens goed (denk bijvoorbeeld productfotografie) en bij de rest niet echt denderend volgens mij. Maar Olympus kennende zullen ze het doorontwikkelen en zal het sraks ook prima zonder statief te gebruiken zijn en dus ook veel geschikter voor bijvoorbeeld landschappen. Momenteel is focusstacking ook via een update erbij gekomen en dat zorgt wel voor wat potentie voor bijvoorbeeld macrofotografie.

Goede objectieven blijf je altijd nodig hebben, gelukkig maken Olympus en Panasonic die ook. Wel tegen een prijs, zoals bij elk ander systeem ook het geval is.

[Reactie gewijzigd door Verwijderd op 22 juli 2024 15:39]

Zonder statief en met bewegende onderwerpen zal een mega-uitdaging worden. De verschuiving is namelijk maar een halve pixel per keer. Wil je dit met de hand gaan stilhouden, dan heb je het over verversingen die sneller moeten zijn dan de sluitertijd (tenzij je buiten met volle zon op 1/8000sec bezig bent). Ik weet dat technologie dingen mogelijk kan maken, die we ons nu (bijna) niet kunnen voorstellen, maar ik blijf sceptisch wat dit betreft.

Wil overigens niet zeggen dat ik het geen interessante oplossing van Olympus vind. Al vind ik de uitvoering van Pentax nog wat beter. Zij maken dan een soort foveon sensor door te verschuiven, maar dan zonder de ruisnadelen.
Ik ben het met je eens dat de high--res modus niet voor alle onderwerpen werkt. Voor onderwerpen zoals genoemde product fotografie is het echter ideaal. Te meer daar de resulterende plaatjes dus soms scherper zijn dan die van een D810. Het grote voordeel is dat je veel minder tot geen moire effecten meer hebt (in de test van imaging resource heel duidelijk te zien). Hasselblad heeft het inderdaad eerder gedaan. Hasselblad noemt het ontbreken van moire ook een van de grootste voordelen wat ze met voorbeelden in hun folder laten zien.

Maar ik zou Olympus niet onderschatten; het zou me niks verbazen als het straks ook werkt vanuit de losse hand op bewegende onderwerpen!
Moderne TV's kunnen beweging in video (video is feitelijk meerdere foto's achter elkaar genomen) herkennen. Dit wordt gebruikt om beelden te de-interlacen of om tussenliggende beelden te berekenen. Zo werken de "200Hz" LCD TV's immers. Waarom zou dit ook niet kunnen voor een verbeterde high-res modus? Toegegeven, het word een mega uitdaging. Maar dat was de huidige high-res mode ook 8-)

En wat betreft stilhouden, ook bij een 40Mpixel native sensor moet je de boel goed stilhouden om niet een pixel te verschuiven gedurende de belichting. En olympus heeft een zeer effective sensor-shift stabilisatie om dat nou net te voorkomen. :)

EDIT:
links naar de folders van Hasselblad:
static.hasselblad.com/2014/11/H5D-50cMS_Datasheet_EN_v3.pdf

[Reactie gewijzigd door Verwijderd op 22 juli 2024 15:39]

Moiré is ook op andere manieren tegen te gaan. En als je last hebt van moire in je werk, kun je ook gaan voor de gewone 5Ds.
Bewegende beelden zijn wel heel anders dan stilstaande beelden in dat opzicht. 40MPixel in 1 shot kan lastig zijn, maar als je rekening houdt met de pixeldichtheid en bijbehorende sluitertijd, is dat geen punt.
Het is wel een gigantisch probleem als je halve pixels wil gaan verschuiven en de camera in tussentijd niet mag bewegen. Althans niet meer dan een kwart pixel. Je hebt het dan over een micrometer verschuiving maximaal. Good luck with that.
Moiré is ook op andere manieren tegen te gaan. En als je last hebt van moire in je werk, kun je ook gaan voor de gewone 5Ds.
Moire wordt veroorzaakt door informatie die is "terruggevouwen" in het frequentiedomein (aliasing, zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Aliasing). Dit is achteraf met processing eigenlijk niet weg te krijgen. Alleen door een laagdoorlaatfilter voor de sensor is het goed weg te krijgen, zoals de 5Ds doet. Maar dat gaat ten koste van ultieme scherpte en daarom laten veel fabrikanten het tegenwoordig weg. Bovendien, met een 40Mpixel+ sensor en een niet al te scherpe lens zal moire zowiezo wat minder snel optreden :P
Het is wel een gigantisch probleem als je halve pixels wil gaan verschuiven en de camera in tussentijd niet mag bewegen. Althans niet meer dan een kwart pixel. Je hebt het dan over een micrometer verschuiving maximaal. Good luck with that.
Maar het punt is nu juist dat met een nog betere sensor-shift stabilisatie de camera in tussentijd wel mag bewegen! Toegegeven, het is niet makkelijk maar het zou zo maar kunnen dat het Olympus straks wel lukt. Ze hebben al gezegd dat de volgende generatie van de high-res modus hand-held shots mogelijk zal maken. :)
En dan blijft alleen nog het probleem van beweging in het onderwerp over dat misschien met bewegings voorspelling is op te lossen.
Het blijft uiteraard leuk maar beperkt in gebruik. Met een 36 of 42 Mp sensor kan je altijd dit soort foto's maken, uit de hand en bij bijna elke sluitertijd.
Kortom, bij gebrek aan pixels wordt zo'n techniek belangrijk maar feitelijk is hij allang overbodig.
Nog eerder al bestond er software om de output van een video digitizer op te waarderen. Geen idee hoe goed dat werkte, maar het idee is simpel: neem een reeks beelden, bereken aan de hand van de gemiddelde verschuiving hoeveel elk beeld verschoven is (in fracties van pixels) en voeg ze samen tot een beeld met hogere resolutie. Je kan ook nog onscherpte wegwerken door alleen de scherpe componenten te gebruiken. Bewonen van boven naar onder? Verbeter de spijlen van het hek dan met dit beeld.
Wil overigens niet zeggen dat ik het geen interessante oplossing van Olympus vind. Al vind ik de uitvoering van Pentax nog wat beter. Zij maken dan een soort foveon sensor door te verschuiven, maar dan zonder de ruisnadelen.
Olympus doet beide. Zie de review van dpreview:
http://www.dpreview.com/reviews/olympus-om-d-e-m5-ii/4
Super innovatief is het idd niet. Wel leuk dat de functie naar een betaalbare camera is gekomen. Want hoe duur waren die middenformaat camera's van Hasselblad?
Dat valt tegenwoordig zelfs nog mee. Een Hasselblad H1D van 39 megapixel zit ongeveer in dezelfde prijsklasse als een Canon 5Ds, wel tweedehands. Hoe de middenformaatcamera's van bijvoorbeeld Mamiya in verhouding geprijsd zijn weet ik niet direct.

Nieuwe digitale Hasselblads zitten rond de 10K, dus dan zit je wel wat boven een professionele fullframe body met high-end lens, maar bijzonder veel is het niet meer.

Ik zou best graag een vergelijk willen zien tussen een digitaal middenformaat (dus een H1D of een CFV) tegenover een hoge resolutie fullframe zoals deze nu is getest.

[Reactie gewijzigd door Stoney3K op 22 juli 2024 15:39]

En die Hasselblad H1D heeft die sensorshift functie die we hier aan het bespreken zijn? En wat kost een lensje erbij voor zo'n Hasselblad?

Zo'n Canon is 3500 euro (body only). Dat zijn geen betaalbare camera's. Ik ken professionals die dat niet kunnen betalen iig, laat staan dat veel hobbyisten het er voor over hebben.
Inderdaad, nope. Vrijwel alle low budget scanners doen dit om aan hoge 'dpi' getallen te komen.
Een bijkomstig probleem is natuurlijk ook dat de overlappende pixels gemeenschappelijke informatie bevatten. Die kun je er in post processing voor een deel weer uit halen, ten koste van signaal/ruis.
Overigens zit kan sensor in de Sony bewegen om bewegingsonscherpte te compenseren, die zou dit in principe ook kunnen.
Er was al een lange tijd dat Mega Pixel race, en zeker meer pixels moet niet ten kosten gaan van het dynamisch bereik en ruisprestaties.

Maar voor mij wordt mijn volgende camera er een die op native 8K werkt, zodat mijn foto's ook op toekomstige TVs gewoon kunnen worden weer gegeven in de resoluties van de TVs die gebruikt worden.

Want tegenwoordig zijn TV's de meest gebruikte manier om je foto's weer te geven, en daar na Tablets, en beide krijgen steeds hogere resoluties, en beide worden ook steeds groter, en dat verschil zie je wel degelijk.

Dus de foto's die ik nu neem, wil ik dat die klaar zijn voor de toekomstige TV's, en over 5 of iig 10j, is een 8K net zo normaal als huidige HD TVs, want de prijzen van 4K TV dalen erg hard, en zijn al te krijgen voor maar 50% meer dan de HD modellen, en als die trend door zet

en is het nu al goed te zien dat foto's die ik vroeger met mijn eerste 2MP camera schoot en nog heel goed uit zagen op mijn HD TV, zien er in verhouding een heel stuk minder uit dan op materiaal dat op hogere resoluties is geschoten op mijn huidige 65'' 4K TV.
Je hebt een goed punt mbt je 2MP foto's op een Full HD tv, maar ik geloof niet dat er voor gewone consumenten iets is na de 4K tv. Deze resolutie is pas zinvol op schermen die groter zijn dan 50", en jij ziet op een 60" tv echt geen verschil tussen 4K en 8K, dus voordat 8K kans maakt op de consumentenmarkt, moet er eest een grote behoefte aan 80" tv's komen. En die gaat er niet komen!
Er zijn nu al 5.5'' telefoons met 4K schermen, dus ik zie 8K Tablets, monitoren, TVs en Beamers zeker binnen 10j als gemeen goed zijn.

En ik denk dat je al bij een 60'' het verschil zal al zien, het zal zeker niet zo een enorme stap zijn als HD > UHD, maar ik denk dat het zeker wel zichtbaar zal zijn.

En ook de fabrikanten zullen hun rat race blijven doen, en dat moeten ze doen met "New and improved" producten, zich om te kunnen onderschrijden van andere.
Full HD (2K) telefoons en UHD (4K) tablets zijn zinvol. 4K telefoons en 8K tablets niet, maar die komen ongetwijfeld. Telefoons en tablets heb je in je hand, je ogen zitten er een paar cm vanaf.

Een film kijk je vaak onderuitgezakt op de bank. De tv staat er een paar meter vanaf. Ja, met je neus op het scherm zie je op een 60" scherm vast het verschil tussen 4K en 8K, maar op een paar meter ga je dat niet zien.

Geen voordelen, geen vraag, alleen nadelen (opslag/bandbreedte), geen ondersteuning vanuit de filmindustrie, geen aanbod! Zo simpel is het!
4K is al zinvol op een 10'' Tablet, en zelf zou ik best een 15'' tablet willen hebben, en dan is meer dan 4K ook weer zinvol, zeker voor foto's, het zelfde geld voor TVs, niet echt voor bewegende beelden, maar wel voor foto's zal er een waarschijnlijk een verschil zichtbaar zijn.

En opslag met foto's is lang niet zo een groot probleem als met films, en 4K films kan je nog steeds prima zien op een 8K TV.
Dat zeg ik: 4K is zinvol op een tablet. 15" tablets bestaan niet, maar daar zal 5 of 6 K ruimschoots volstaan.

Maar:
tablet resoluties <> tv/film resoluties

Die 8K tv, die gaat er niet komen, daar geef ik de ict consultant gelijk!
Die 8K tv, die gaat er niet komen
Die 8K TV is er nu al, en heeft ongeveer de zelfde prijs als de alle eerste 4K TVs.

Als het mogelijk is, komt het er ook, soms kan het wat extra brengt, soms is het nutteloos, in de praktijk.

En er zijn al 20'' (Pro 4K), 18'', 15'', 14'' en 13'' Tablets, en er komen steeds meer grotere grotere Tablets als voor heen.
Technisch gezien kunnen ze natuurlijk 8K tv's maken, en over niet al te lange tijd ook 16K en 32K.

Maar wat is het nut ervan? Wat zijn de plussen en wat zijn de minnen?

Ik ben geen helderziende, maar ik zie het niet gebeuren dat er 8K tv's in gewone huiskamers komen te staan. Ja, voor bioscopen, met een scherm van 10 meter, daar gaat het gebruikt worden!
Ik heb het net even uitgetest, mijn 4K TV is 60'', en daar zit ik 4m vandaan.

Heb op mijn drie 30'' monitors, een 7680 pixels brede foto weer gegeven (het zelfde aantal pixels as 8K), en daar na die zelfde foto verkleint naar 3840 (4K), en ook op volle scherm weer gegeven, effectief dus een 4K plaatje op een 90'' scherm.

En ben daar ongeveer 6m van af gaan staan, om het zelfde effect te krijgen als een 60'' TV op 4m, en ik zag wel degelijk verschil tussen de twee foto's, was het een enorm verschil, nee, maar het was wel degelijk goed zichtbaar, dat de 8K foto er beter uit zag.
Dan heb jij zeer goede ogen!

Ik, met mijn normale ogen, heb al moeite om op 4m van mijn 40" Full HD tv het verschil tussen een 720p en een 1080p film (natuurlijk beide in onberispelijk goede kwaliteit) te zien.

Met mijn neus op het scherm zie ik het verschil duidelijk. En als ik dezelfde film tegelijk op 720p en 1080p naast elkaar zou zien, dan zie ik het verschil vast ook. Maar gewoonlijk kijk je een film voor de inhoud van de film, niet om de pixels te tellen.

Want ik kijk een film, ik zit geen films te pixelpeepen. Een slecht shot, of teveel compressie, ergert me meer dan een paar pixels resolutie. Geef me mooi en helder en scherp beeld, doe er een indrukwekkende soundtrack bij, en ik geniet van een film.

En ik blijf bij mijn standpunt, 99,99% van de mensheid wil geen 8K tv, die zien er geen toegevoegde waarde in. En ik hoor bij die meerderheid.
Waar heb ik het over films, ik heb het duidelijk alleen maar gehad over foto's, vanaf de eerste reactie!

Daar bij bewegende beelden het verschil veel minder zichtbaar is dan bij een bewegingsloze foto met veel contrast.

Echt appels en peren.
En ik blijf bij mijn standpunt, 99,99% van de mensheid wil geen 8K tv, die zien er geen toegevoegde waarde in. En ik hoor bij die meerderheid.
Het zou mij niks verbazen, dat jij voor 10% meer prijs over 5~10j een 8K TV over een 4K TV, kan kopen, dat jij gewoon een luxere 8K TV koopt, al is het maar om je foto's er beter uit te laten zien.

Daar naast als ik nu foto's laat zien op mijn 60'' UHD TV, zie ik veel mensen ook wat dichter naar de TV gaan om de details nog beter te zien
Waar heb ik het over films, ik heb het duidelijk alleen maar gehad over foto's, vanaf de eerste reactie!
Oké, prima!

Ook hier geldt: 99,99% van de tv kijkers kijkt op dat scherm naar video en film bewegende beelden dus.

32" computerschermen, waar je met je neus bovenop zit, die komen er vast in een 8K variant. De 27" iMac is er al in een 5K variant, dus iets groter en een iets hogere resolutie: het is een kwestie van tijd voordat dat er is. Ideaal voor enthousiaste PhotoShoppers en ideaal om foto's eens goed te bekijken, zoals jij al zei.
En ik blijf bij mijn standpunt, 99,99% van de mensheid wil geen 8K tv, die zien er geen toegevoegde waarde in. En ik hoor bij die meerderheid.
Tja, dat gezegd hebbende doet mij denken aan 640Kb is genoeg uitspraak van jaren terug. :/
Als je toch de wijsneus wilt spelen: het was 640kB, geen Kb...

Je vergelijkt nu appels met meloenen. Apparatuur wordt steeds beter en veeleisender, onze ogen verbeteren niet. De grens van onze ogen is bereikt, dus verder verbeteren heeft dan geen zin meer.

Natuurlijk, in de bioscoop zie ik wel toekomst voor 8K video (je zult maar op de eerste rij zitten en het idee hebben een pixel te zien: megaramp!!!), maar voor 99,99% van de mensen, dus ook voor de tv in de normale huiskamer, zie ik het nut niet.
Inderdaad, dynamisch bereik is zó waardevol.
Ga eens naar deze pagina op DPreview:
http://www.dpreview.com/previews/canon-eos-5ds-sr/7
En vergelijk de 5DS op 6 stops pushen vergeleken bij een D810 of D750.
De ruisniveaus zijn een wereld van verschil.
De schaduwpartijen zijn al jaren zoveel beter bij Nikon.
Daar heb je alleen wat aan bij beelden zonder beweging zoals een landschap
zelfs bij landschappen is het nut discutabel.

bladeren bewegen door de wind en lieten veel artifects zien in tests.

het is een mooie techniek zeker in de toekomst als ze het proces kunnen versnellen. Voorlopig is het niet meer dan een gimmick.
Je doet het overkomen alsof alle Olympus camera's over deze techniek beschikken, maar volgens mij geldt dat alleen voor de E-M5-II.
Het meerdere foto's maken is vor een kleine doelgroep op statief, daar werkt het principe wat je beschrijft met shift.

Tweakers gaat met dit review wel leuk in op de sensor en en het aantal pixel maar ze slaan wat mij betreft helemaal de plank mis door lenzen er niet in te betrekken.

Als ik op de canon met hoogste resolutie een goedkope lens zet blijft er weinig meer over van de resolutie. Het resultaat, de foto is een samenspel tussen camera / sensor mogelijkheden en lens.

Er zijn niet voor niets lenzen van duizenden euro's. Zet een dure lens op een 16mp camera en je kan hele mooie foto's maken.

De lens is wat men in de megapixel race vergeet. Meer pixels heeft voor en nadelen maar de lens is net zo belangrijk als de sensor. Door dit niet mee te nemen in het verhaal slaan ze de plank weer mis.
De titel van de review is toch 'de zin en onzin van veel megapixels', en niet 'de zin en onzin van een dure lens'?

Er zijn veel variabelen in de fotografie en megapixel is daar 1 van, misschien dat ze in een volgende review kijken naar verschillende lenzen. Bij een review over megapixels hoor je de overige variabelen constant te houden en dat ga je niet doen als je lenzen gaat zitten wisselen.
Daarom zijn er statische situaties gefotografeerd. En naast drie native lenzen zijn er dus ook twee lenzen gebruikt op alle camera's (Sigma 1.4 en Nikkor 1.8) zodat dit geen variabele meer is.
Nee hoor. Ze doen een vergelijk tussen body's met veel megapixels. Ik neem aan dat ze vergelijkbare lenzen hiervoor hebben gebruikt die onderling de testresultaten niet beïnvloeden.
Ik had in mijn vorige blog ook al iets geschreven over megapixels (De blog van mrc4nl: De megapixelrace) , en met name de diffractie limiet.
Als de diffractie groter is dan een pixel verlies je scherpte. bij lage f stop (f2,f1.4) is de diffractie een stuk lager dan bij f5.6.ik heb even een groot grafiekje gemaakt.
http://static.tweakers.net/ext/f/np9kGwOFRhaLhJ4XajhSazci

als je sensformaat onder de gestippelde lijn is ie op die f stop gelimiteerd door diffractie.
Maar lezen in de praktijk zijn niet het scherpst wide open, dan heeft het zin op af te stoppen om zo toch meer scherpe te leveren dan dat je zou verwachten.

[Reactie gewijzigd door mrc4nl op 22 juli 2024 15:39]

Met als kanttekening dat de genoemde en getoonde limiet geen harde limiet is maar het punt van "diminishing returns". Met andere woorden, de winst in detail neemt af (niet de totale hoeveelheid bij dezelfde diafragma opening) met het toenemen van het aantal pixels. Zie ook MTF grafieken voorbij het punt waar diffractie een rol gaat spelen, waaruit blijkt dat zelfs ruim voorbij f/11 op bijv. APS-C formaat, 16 of 24 MP meer meetbare resolutie op kan leveren met dezelfde lens, dan bijvoorbeeld 12 MP. Alleen door diffractie bij de genoemde diafragma waarden dus niet tot 2 keer zoveel detail.

[Reactie gewijzigd door Jortio op 22 juli 2024 15:39]

Mooie test! Vraagje aan de auteur: misschien heb ik er overheen gelezen, maar op welke wijze zijn de RAWs geconverteerd naar JPEGs? Telkens in Lightroom?

Waarom dat uitmaakt...als voorbeeld Nikon camera's. Deze hebben allerlei alghoritmes aan boord om een RAW om te zetten naar de JPEG render die je op je LCD ziet. Denk onder andere aan Active D lighting en ruisonderdrukking.

Als je vervolgens je RAW in Lightroom importeerd, dan schrik je je de pleuris. De kleurtonen zijn totaal anders, de belichting is anders, en er is veel ruis. Deze initiele omzetting is zo slecht omdat Adobe geen beschikking heeft over de gesloten algoritmes van Nikon, dus raad het maar wat.

Open je vervolgens de RAW in de Nikon software, dan is het exact zoals het bedoeld was, zoals jij het zag toen je de foto nam.

Wanneer je dus de kwaliteit van foto's beoordeeld in Lightroom, dan kijk je mogelijk naar een ernstig vertekend beeld, en kunnen er verkeerde conclusies getrokken worden.
Ja, Lightroom is gebruikt om de RAW's te importeren. Maar vervolgens hebben we nog diverse scenario's bewandeld om de beelden op zo eerlijk mogelijk en in verschillende condities te beoordelen. Zo hebben we ruwe beelden vergeleken, maar ook versies waarbij de belichting en kleuren geoptimaliseerd zijn, evenals camera en lensprofielen en ook verkleinde versies met ruisreductie. Welke versie we gebruikt hebben hing af van wat er vergeleken werd; ruis, scherpte of dynamisch bereik.

Capture NX2 heb ik ook zijdelings gebruikt (evenals Canon's Digital Photo Professional), puur om te controleren of er geen grote afwijkingen waren. Met de bovenstaande optimalisaties was dat niet of nauwelijks het geval.
In de praktijk zie ik erg weinig verschil tussen mijn eindresultaat dat ik uit LR haal of als ik de Nikon software gebruik. CaptureOne doet het nog het beste, maar een overtuigend verschil is het m.i. niet. Ik denk overigens dat Adobe wel degelijk toegang heeft tot de Nikon ins en outs.
In het eindresultaat zie je mogelijk weinig verschil, mijn punt was het beginresultaat, direct na de import. Verder, nee, Adobe heeft absoluut geen toegang tot de Nikon internals. Daarom maken vrijwilligers op internet speciaal profielen voor Nikon die je kunt importeren.
Sinds 2005 heeft Adobe toegang tot in ieder geval een mini SDK waardoor veel camera info in de NEFs beschikbaar is. Daarnaast kun je heel veel met profielen, maar dat is niet anders dan dat Nikon zelf in z'n software doet.
In Lightroom kun je vertekening verwijderen.

Je kan voor Nikon en Canon en waarschijnlijk ook andere merken in Lightroom cc 2015 in cameracalibratie het profiel veranderen. Dat zal als je Nikon camera hebt een ander beeld geven dan bij Canon met hetzelfde profiel.

Dat heb je al als je vanaf dezelfde plek met een Canon of Nikon met dezelfde instelling een foto maakt.
Vertekening is niet waar ik het over had, dat is overigens een lenscorrectie. Ik bedoel de kleurtoon, exposure, en ruisonderdrukking. Deze wijken allemaal sterk af wanneer je een NEF in LR importeerd.
...reading...
En toen dacht ik: hoeveel MP heb ik nodig voor een print op A0 met 300dpi?
Kom ik uit op 33,1*46,8*300 = 464.724 pixels. +/- 1/2 MP dus. *oops*

Gelukkig is 4K al 8MP+
Dus daar heeft het wel degelijk nut.
Zeker als je gaat werken met uitsnedes.
En inderdaad, billboards, etc.

Neem ik voor het gemak 1MP per A0, voor een scherpe print (600dpi), dan kun je met een 36MP camera dus -in theorie- 36A0-formaat printen en een 50MP levert dan 50A0. Op 300dpi (voldoende voor billboards) is dat x2:

32A0 = 187,2*264,8 = 4,755m * 6,726m
64A0 = 264,8*374,4 = 6,726m * 9,510m
128A0 = 374,4*529,6 = 9,510m * 13,452m

Nice!
Met een 50MP camera kan ik dus met 1 shot een billboard vullen van +/- 8,5 op 12 meter...
Die 300dpi is er in 2 richtingen, dus nog eens vermenigvuldigen met 300 ;) Dan kom je uit op 150MP.
Fcuck.
Ik dacht al: hier klopt iets niet.
een halve MP voor een A0 is wel érg weinig...

[Reactie gewijzigd door Timoo.vanEsch op 22 juli 2024 15:39]

Op die formaten heb je geen 300 Dpi nodig. De kijkafstand is mede bepalend. Een bord van 8,5 x 12 meter bekijk je niet van 50 cm afstand, anders zie je het hele bord niet. Die bekijk je eerder van 25 meter afstand, en dan kan je de pixels, ook op 72 Dpi al niet meer zien. Wat dat betreft is dan 50MP onzin.
En toen dacht ik: hoeveel MP heb ik nodig voor een print op A0 met 300dpi?
Kom ik uit op 33,1*46,8*300 = 464.724 pixels. +/- 1/2 MP dus. *oops*
Dat klopt niet. Je hebt de 300dpi zowel in de hoogte als in de breedte dus de berekening wordt:

33,1x300 x 46,8x300 = 139.417.200 dus bijna 140 MP.

Edit: iemand was me voor ;-)

[Reactie gewijzigd door theMob op 22 juli 2024 15:39]

je maakt een rekenfoutje.
300 dpi i s lineair, dus dat moet 300 dpi kwadraat zijn voor het oppervlak.
dus: (33.1*300) * (46.8 *300) = bijna 140 megapixels.......
De cameraproducenten hebben nog wat te doen voor een museumprint van dat formaat in die resolutie...

als je rekening houdt met de kijkafstand, kun je natuurlijk wel groter gaan...
Bij een kijkafstand van meer dan 3 m zou 57 dpi voldoende zijn....hetgeen dan toch een hele grote print oplevert,,,,
zie:
http://www.northlight-images.co.uk/article_pages/print_viewing_distance.html
[url]http://http://www.pointsinfocus.com/tools/minimum-resolution-calculator/[/url]
Ik snap nog steeds niet helemaal waarom er zoveel energie in "de meeste mega pixels" voor consumenten camera's wordt gestoken. Ik zou liever hebben dat er meer naar lichtsterkte en dynamisch bereik wordt gekeken
Dit zijn nu niet bepaald consumentencamera's. Dan heb je het over camera's van onder de €1000 inclusief lens. Lichtsterkte wordt niet bepaald door de camera.
Daarnaast is op dit moment nog alleen weggelegd voor camera's uit de hogere regionen. Over 5jaar heb je diezelfde 40-50MP in een instap systeemcamera zitten.
Ik schiet met Canon maar wil toch de overstap naar Sony wagen omdat ik dan meer mogelijkheden en een beter product krijg voor minder geld. Tenzij Canon eens opschiet en écht doorpakt met ontwikkeling van systeemcamera's... Ik wil geen 5 jaar meer wachten maar binnen een jaar een mooie upgrade :)

Mijn lenzen-assortiment breid ik nu ook even niet uit omdat ik zit te wachten tot ik mijn keuze maak... het is echt wel naar die vendor-lock-in.... Misschien toch maar voor micro-four-thirds gaan?? Of veel convertor-ringen kopen? :)

Nu vind ik >3000 euro voor de A7rII net wat teveel, maar als deze iets boven de 2500 uit zou pieken dan wandel ik gelijk naar de fotozaak...
Er zit een EOS M4 aan te komen, en nieuwe lenzen (weet geen details). Canon heeft in een interview met Imaging Resource al gezegd dat de ontwikkeling wat aan de trage kan was, omdat het updaten van het high-end segment voorrang kreeg. Nu dat redelijk op orde is met nieuwe camera's en lenzen die de resolutie aankunnen, gaan ze zich meer op de onderkant van de markt richten.
de d810/d800 sensor staat juist bekend om zijn geweldige dynamisch bereik.

ondanks dat de sensor een enorme mp sprong maakte. Sony lijkt het met de a7r2 ook weer voor elkaar te hebben gebokst.

Canon daarentegen........
Nikon gebruikt voornamelijk Sony sensors/ of door Sony ontwikkelde Toshiba sensors waar ze hun eigen pijplijn voor gebruiken
klopt,

de Nikon pijplijn is daarnast beter wat Sony heeft. De 14-bit raw bestanden van de D800/810 hebben een groter dynamisch bereik dan de Sony a7r.

terwijl ze uiteindelijk dezelfde 36mp sensor hebben.

het is wachten tot Nikon toegang krijgt tot die 42mp variant.
Inderdaad, erg benieuwd of Nikon met een D820 komt met die A7r sensor, hoewel dynamisch bereik een stapje terug lijkt tov de 36 mpixel.

[Reactie gewijzigd door Verwijderd op 22 juli 2024 15:39]

volgends dxo is het 13.9 tegenover 14.1.

Nikon trekt er over het algemeen meer uit door 14-bit ongeprimeerde raw bestanden. daarnaast heeft deze sensor een aantal pixels half bedekt voor het fase detect systeem.

Een Nikon versie heeft deze stap niet nodig vanwege het aparte systeem wat we in spiegelreflexen vinden.

daarnaast is deze BSI sensor zeker licht gevoeliger en ruis armer. Dus het zal uiteindelijk zeker interessant zijn voor Nikon gebruikers.

Deze sensor is duidelijk significant beter dan de 50 megapixel Canon.
Dat is zeker waar. Het is te merken dat Nikon meer ervaring heeft in dit soort zaken. Ik vermoed echter dat het een kwestie van tijd is totdat de achterstand is ingehaald.
Vergelijk de eerste digitale camera's van 1 megapixel met die van nu, en besef dat de oude camera's op alle fronten worden verslagen.
Klopt helemaal, alleen heb ik het idee dat als dat meer mega pixels bij ontwikkeling van nieuwe chips voorrang krijgen. Als ik het verhaal een beetje begrijp zou je bij minder pixels per pixel BV meer lichtsterkte kunnen opbrengen en zo minder ruis op de hoge iso waarden, dat lijkt mij waardevoller dan van 20mp naar 32 Mp
Mijn eerste SLR had 6 MP en een ISO bereik van 100 tot 1600, en een extensie naar 3200. De Sony A7R II heeft 42 MP (factor 7) en een ISO-bereik van 100 tot 25600 (factor 16) met een extensie naar 102400 (factor 32). Dus ik zie geen voorrang voor het aantal pixels.
Je vergelijkt nu appels met peren. Dan moet je wel vergelijken met sensors uit dezelfde periode. Dan geldt nog steeds, hoe minder pixels, hoe cleaner het plaatje en dus minder ruis.
Je moet wel lezen waar ik op reageer. Ik moet juist NIET sensors uit dezelfde periode vergelijken. Met mijn vergelijking toon ik aan dat de lichtsterkte van pixels met een grotere factor is verbeterd dan het aantal pixels, terwijl ray1618 beweerde dat het aantal pixels voorrang kreeg bij de ontwikkeling.
Ik snap wel wat je bedoelt. Maar ik ben het wel met ray1618 eens dat de focus van de fabrikanten voornamelijk ligt op zo veel mogelijk pixels. Hoe dan ook blijft het een pixelrace. Gelukkig is de kwaliteit (lichtgevoeligheid) van sensoren met meer pixels natuurlijk ook veel groter dan vroeger, maar als je sensors uit dezelfde technische peroide naast elkaar legt zal de gene met de grootste pixels (dus het minste in aantal) de minste ruis geven op een gegeven ISO-waarde. Het is nog steeds een natuurwet dat grotere photodiodes meer licht vangen dan kleine.
Dus je snapt wel dat de lichtgevoeligheid veel sneller vooruit is gegaan dan het aantal pixels, maar toch hou je vol dat de focus ligt op het aantal pixels. Dan spreek je jezelf tegen.

Dat minder pixels voor minder ruis zorgt is een feit, maar dat zegt helemaal niks over de focus van fabrikanten. Ik snap dus niet waarom je dat herhaalt. Als we nu sensors met 6 MP zouden hebben met geweldige lichtgevoeligheid, zou een sensor met 3 MP alsnog beter presteren.
Pixels verkopen beter dan ISO. Verder is de verbetering qua ISO in heel wat gevallen gelinkt aan software verbetering en niet aan lichtgevoeligheid. Als we bijvoorbeeld kijken naar dynamic range is die vooruitgang gewoon triestig te noemen, zeker als je een Canon-user bent (zoals ikzelf).
Zie dan ook de Sony A7s.
Zie de Sony A7s met 12 megapixels. Beste high-iso camera die er is. De keuze wordt dus af en toe gemaakt. Ook nikon's Df is bescheiden met MP en king of the high ISO.
Het één sluit het ander niet direct uit. Op dit moment wordt op alle fronten winst geboekt, zie ook A7RII.
Meer MP is wel beter, maar als de sensor klein is en software niet geoptimaliseerd dan heb je er weinig aan!Kijk naar de Lumia 1020 en Pureview 808, deze hebben een grote sensor en 41MP.
41MP word gebruikt voor oversampling, waardoor foto's scherp blijven als je inzoomt.
Maak een foto bijv met een iPhone en vergelijk dat met de 1020 of 808, zoom beide in en check het resultaat.
Foto's van de iPhone word blurry en van de 1020 en 808 blijft scherp. Je ziet gewoon het verschil in details, ruis etc etc.

Heb deze telefoons als voorbeeld genomen, ik weet dat dit artikel over camera's gaat. Maar wilde een voorbeeld geven dat meer MP's wel een toegevoegde waarde hebben.
De betere kwaliteit van de 41MP sensor komt niet of nauwelijks door de extra megapixels, maar vooral door de grotere sensor. De 41Mpix sensor is dubbel zo groot als de 8Mpix sensor van de Iphone, dat is veel belangrijker voor de kwaliteit van de foto dan de extra pixels. Bovendien heb je ook nog eens het effect van compressie (Jpegs), waardoor je zowiezo maar eindresultaten van het ganse process kunt vergelijken, niet de kwaliteit van de input (sensoren).
In het specifieke voorbeeld ("inzoomen") helpen zowel de extra pixels als sensorgrootte. Als je bijvoorbeeld hetzelfde doet met de 16MP van een Note 4 en 8 MP van de iPhone 6 Plus (relatief klein verschil in sensor grootte), pak je met eerstgenoemde ook aanzienlijk meer details, terwijl in donkere omstandigheden bij gelijke grootte het verschil miniem is (de S6 doet het zelfs beter met dezelfde sensor).

Wat dat betreft speelt bij Bayer interpolatie ook altijd een rol. Zelfs met een op het oog vergelijkbare hoeveelheid details, kunnen meer megapixels helpen om moiré en verscherpingsartifacten te verminderen en kun je meer kleurinformatie (want Bayer interpolatie) verzamelen.

[Reactie gewijzigd door Jortio op 22 juli 2024 15:39]

Het ligt iets ingewikkelder dan dat. Kleinere pixels creëren bijvoorbeeld meer artefacten. Je kunt wel gissen, maar als je geen gelijke sensorgroottes vergelijkt en RAW beelden is het speculatie.

De iPhone6s heeft overigens een 12Mpix camera en is nog niet uit...

Maar goed, de Note4 is iets scherper, en de iPhone6 doet het iets beter in low light, dat klopt. Wellicht heeft dat met aantal pixels/pixelgrootte te maken, maar dat is niet helemaal zeker eigenlijk, gezien de flinke hoeveelheid processing die op deze beelden gebeurt. Vergeet ook de lenzen niet...
Ik bedoelde de 6 Plus. Meer pixels leidt bij gelijke afbeeldingsgrootte in alle RAW vergelijkingen bij gelijke sensorgrootte tot minder artefacten vanwege de extra (kleur) informatie. Bij extreem kleine pixels was voorheen "color bleeding" of "crosstalk" op pixelniveau een extra beperking, maar daar hebben Samsung en Sony inmiddels oplossingen voor gevonden door extra shielding.
Wat je schrijft klopt misschien bij goede lichtomstandigheden, maar bij minder licht volgens mij dan weer niet.
Bij zeer weinig licht komt de factor uitleesruis (niet te verwarren met foton ruis per oppervlakte eenheid waarbij sowieso geen correlatie bestaat met pixelgrootte, zie o.a www.sensorgen.info) om de hoek kijken. Dan hangt het vooral van de gebruikte technieken af die eventueel compenseren voor de kleinere pixels en zo de uitleesruis beperken (zoals BSI, koperen verbindingen etc.) en de fabrikant. De 4 MP sensor zoals te vinden in diverse HTC modellen presteert zelfs in RAW bij weinig licht niet beter dan de huidige 16MP Sony en Samsung modules, ondanks tot factor 4 verschil in pixelgrootte.
Het is niet per definitie beter.
Een bruiloft fotograaf zal ten alle tijden een full frame 22 megapixel verkiezen over deze 5ds met 50 megapixels.
De full frame 202megapixel heeft namelijk een veel beter kleurechtheid en daardoor komen gezicht tonen en de witte jurken en zwarte pakken veel beter tot zijn recht.

Het kan dus beter zijn maar er kleven nadelen aan en voor sommige is het gewoon geen acceptabel idee om beeldkwaliteit in te leveren voor megapixels.
misschien een idee voor tweakers om hier de duurste iphone-sony-samsung-nokia tel aan toe te voegen bij deze test. Er zijn veel mobiele gebruikers die heilig geloven in de foto kwaliteit van hun mobieltje t.o.v. DSLR. deze lijn is natuurlijk wel de duurste maar er zijn reeksen genoeg in zelfde prijsklasse.

[Reactie gewijzigd door d3x op 22 juli 2024 15:39]

Ja, dat zou mooi zijn. Apple bleef tot de iPhone 6 op 8MP zitten om dat anders de kwaliteit omlaag zou gaan. Daar kan ik me wel in vinden omdat ik ook vindt dat meer niet altijd beter is.

En eerlijk gezegd: de gemiddelde consument bekijkt de foto's op een FHD monitor en die heeft 2 MP dus heeft een 21MP sensor in een telefoon wel zin?
En toch gaat ook Apple gewoon mee in de megapixelrace, zij het drie stappen achter de concurrentie aan.
Ze maken nu een stap naar 12MP met een techniek die er moet voor zorgen dat de kwaliteit niet achteruit gaat.
Ik de megapixelrace lopen ze achter, maar dat is ook geen race waar je aan mee moet willen doen. Apple ging voor kwaliteit en dat is ze aardig goed gelukt, als je het vergelijkt met de concurrentie. Laat iedereen nu maar overstappen op de kwaliteits race. Heb ik veel liever!
Apple loopt nou bepaald niet voorop met hun camera kwaliteit, en dan hebben we het niet eens over de achterlopende resolutie.
De beste foto's maak je met de Galaxy S6 en met de LG G4. Maar ook een 20 Mpixel camera van de Motorola Moto X maakt geweldige foto's.
Dus ja, je hebt gelijk. Het is Apple aardig goed gelukt met hun 8 Mpixel. Maar meer ook niet.
Daarom wil ik wel onafhankelijke tests zien. Want veel mensen hier hebben een eigen mening die niet altijd objectief is.
Want je haalt hier weer het 'achter lopen op pixels' aan alsof dat iets slechts is. Dan heb je het dus volgens mij niet begrepen.

[Reactie gewijzigd door gjmi op 22 juli 2024 15:39]

hypocriet?
Nee.
Je hebt gelijk dat de ruis lager word, maar serieus: Apple kan gewoon 21mpixel sensors kopen en er in stoppen, die zijn tegenwoordig niet duurder dan de 12mp die ze er nu in stoppen. Dat is niet het issue.
Daarom zei ik dat ik wel eens een goede test wil zien (waar dit draadje mee begon). Dus hoezo hypocriet?
En ik heb dit jaar veel smartphone foto's gezien van actuele smartphones met meer megapixels die slechter waren dan die van een 3 jaar oude iPhone. Maar dat waren ook midrange telefoons dus een serieuze vergelijking tussen highrange telefoons wil ik echt wel eens zien.

[Reactie gewijzigd door gjmi op 22 juli 2024 15:39]

Er zijn tests voorhanden. Bijvoorbeeld in CT!, waarin een artikel en een test aan smartphone-camera's is gewijd.
Conclusie: de fotokwaliteit van Samsung en LG is hoger, en de resolutie is beter.
Overigens is bekend dat Samsung van alle fabrikanten de duurste hardware in zijn telefoons stopt.
Bedenk ook dat een hogere resolutie meer rekenkracht en geheugen vraagt, punten waarop de Android multicores hoog scoren.
Ik wilde net dit zelfde zeggen.
C'T Computer Techniek (Niet Computer Totaal)
nr. Oktober 2015 (is nu) , pag. 80 , art. Broekzakfotografie
Vergelijkende test: acht smartphones tegen een compact camera.

Hebben top segment telefoons getest tegen een top compact camera.
Telefoons goed door vooral het oppeppen van de foto's.
Maar de grote van de lens blijft een sterke beperking.

Wel jammer dat ze niet een paar gangbaardere compact camera's erbij hebben gezet.
In de Computer Totaal hebben ze er een goedkope Canon compactcamera tegenover gesteld. Deze viel met name bij weinig licht compleet door de mand tegenover de smartphones. Dat vond ik erg bijzonder. Blijkbaar kan Canon niet meer meekomen in dit segment. Je hoort dan ook niets van Canon in de smartphone markt, terwijl bijvoorbeeld Sony alom vertegenwoordigd is.
Wat heeft het voor nut een 20MP sensor in een telefoon te stoppen, als er voor die sensor een piepklein (plastic?) lensje zit met een veel minder oplossend vermogen, en met de nodige vervormingen?
Over een paar jaar kijkt de gemiddelde consument naar een 4K scherm. Zou toch wel lekker zijn als de foto's die je nu maakt van die resolutie profiteren. Mijn eerste digicam (Casio QV-100) had een resolutie van 640x480. Dat was toen prima, want schermen hadden toch geen hogere resolutie. Maar als ik toen een 10MP camera had gehad, had ik daar met m'n huidige scherm wel profijt van gehad.
Ik weet niet of het er beter van word. Je ziet dan eerder dat de kwaliteit minder is.
Telefooncamera's worden wel steeds beter, dus op den duur worden die extra megapixels het wel waard.
Zonder optische zoom, wellicht zelfs meer zin. Waarmee ik niet zeg dat het optische zoom kan vervangen maar wel de pijn van het gemis een tikje verzachten, afhankelijk van omstandigheden.
Is die vracht negatieve reacties weggehaald dan? Ik zie 't niet... Welgeteld twee negatieve mensen, tegenover twee uitgesproken positieve en een bedankje, en je krijgt gemiddeld een +2 beoordeling.
Ik dacht dat het er 3 waren. Maar ik heb ook op andere manieren reacties gekregen dan via tweakers.
Die testen zijn regelmatig te vinden op youtube
Waar ik is niemand over hoor is dat bij een toegenomen dynamic range zelfs 14bits readout kan leiden tot banding in gradiënten, zeker als je schaduwen gaat pushen. Wanneer komen de fabrikanten met een fatsoenlijke 16bits readout zoals ook phase one doet? Ook in kleur weergave kan nog veel verbeterd worden, zie wat foveon doet.
Ik weet het niet meer zeker het is namelijk al even geleden dat ik daarover ingelezen heb maar volgens mij kan je dit voorkomen door niet in Adobe RGB te werken maar in sRGB.
Ik had er zelf ook last van toen ik net mijn camera had.
Of het was de instelling in de camera die ik moest veranderen van RGB naar sRGB.
AdobeRGB of sRGB zijn slechts colorspace settings. aRGB heeft wel een grotere colorspace, maar dat bedoel ik niet. Ik bedoel de informatie dichtheid in de schaduwtonen. Met 16bits per kanaal kan je veel meer doen met je tonemapping dan met 12bits.Tussen zwart en wit zitten dan ineens 65536 stappen i.p.v.4096. Ook de compressie artefacten van de sony raw compressie zijn zeker merkbaar als je schaduw partijen op wilt trekken. Zeker met grote egale vlakken is het een probleem.
Color space is irrelevant bij RAW (heeft alleen effect op jpeg).
zie wat foveon doet ISO 400 of hoger.
deze sensoren zij n niet geschikt voor veelzijdige Dslr's.

die 16-bit Raw als optie in het menu met een lagere burst snelheid indien nodig zou wel mooi zijn.

zeker in de studio waar je gewoon heel veel gradienten wil in de huid voor een natuurlijker resultaat.

Dit is waar medium formaat nog steeds met kop en schouders boven spiegelreflexen uitsteekt
Ook in kleur weergave kan nog veel verbeterd worden, zie wat foveon doet.
Kleurweergave bij Foveon is juist slechter in veel opzichten (alleen chrome resolution is beter). In elk geval veel meer onberekenbaar dan bij een gewone Bayer sensor. Daarom zie je ook geen Foveon-achtige sensors bij Phase One bijvoorbeeld.

[Reactie gewijzigd door Aham brahmasmi op 22 juli 2024 15:39]

Fijn artikel, weer precies raak geschoten van Tweakers op het moment dat het aantal megapixels weer enorm toeneemt :)

Ik had wel wat verwacht te horen over het volgende; Toen SLR's nog 12 tot 16 megapixels maximaal hadden, werd er onder andere op dpreview.com gesproken over het bereiken van optische grenzen. Zeg maar de maximale "resolutie" van objectieven. Met de resultaten van de tests uit dit artikel zien we dat dat dus wel meevalt, maar uitleg hieromtrent had voor mij wel een meerwaarde gehad.

Daarnaast was ik benieuwd of er iets gezegd kon worden over de aard van de ruis van huidige sensors. Er is een periode geweest, toen 10 megapixel sensors populair waren, dat je heel erg moest oppassen voor bepaalde uitvoeringen die last hadden van (soms de meest vreselijke) pattern noise / banding en chroma noise. Vormen van ruis die veel lelijker zijn dan de gewone "korrel".
Zouden ze bij dpreview niet bedoeld hebben; de grens waarop meer pixels geen scherpere foto meer gaf op standaard foto formaat?

Ik heb het artikel nog niet gelezen, maar ik zou verwachten dat hogere resoluties alleen voordeel bieden bij uitsnedes.
Wat DPReview misschien bedoelt is inderdaad dat elke lens een zeker oplossend vermogen bezit, en dat die niet altijd groter is dan de gebruikte sensor. DXO-mark doet zo'n technisch droge tests van sensoren en lenzen en daaruit kan je telkens opmaken hoeveel oplossend vermogen zo'n lens bezit. Veel goedkopere lenzen zijn helaas niet zo denderend, dus zouden de meerwaarde van het hoog aantal pixels in deze camera's compleet teniet doen.
Uit de tests van DxO kan je niet opmaken hoeveel oplossend vermogen een lens heeft, omdat de lens altijd op een bestaande camera wordt getest. DxO heeft geen aparte meetinstrumenten om de resolutie te bepalen. En dan zie je dat dezelfde lens op verschillende camera's ineens verschillende waardes voor oplossend vermogen laat zien. Om even een extreem voorbeeld te geven: de Nikon 400mm F/2.8 heeft een oplossend vermogen van maar 10 MP als je deze oude test van DxO erbij pakt. Nu we camera's met een hogere resolutie hebben blijkt diezelfde lens ineens een oplossend vermogen van 33 MP te hebben.
de DXO test laat de combinatie camera/sensor en lens zien. Dat is waar het uiteindelijk om draait en het resultaat bepaald. Tweakers slaat de plank mis door dat niet in het verhaal mee te nemen.
Voorbeeld als neem je een 500 megapixel sensor en zet er een 50 euro lens vor, het resultaat zal niet super zijn in vergelijking tot een dure lens met goed glas.
Heb je het artikel wel helemaal gelezen? Op pagina 5 komen de lenzen uitgebreid aan bod, dus het is wel degelijk in het verhaal meegenomen.
Wat ik in het artikel mis zijn de begrippen 'totale lichtopbrengst' en 'eindproduct' waar het om ruis gaat.

Terecht staat er dat kleinere pixels een kleinere well capacity hebben en daardoor eerder ruis veroorzaken. Dat staat echter tegenover dat de resulterende ruis ook kleiner is.

Als je de eindproducten vergelijkt op hetzelfde output formaat (bijv. A4) vallen die 'ruispixels' van een 40mp opname minder op dan die van een 12mp opname. Er resulteert een 'fijnere korrel' die over het algemeen minder storend is en minder zichtbaar vanaf dezelfde kijkafstand.

In feite gebeurt hetzelfde als bij 'downsampling' in de Nokia 808 41mp sensor in een telefoon. De standaard output is 5mp, maar die is nog meer gedetailleerd dan 8mp foto's van andere telefoons.

Het echte verschil zit in de omvang van de sensor en de lichtsterkte van de lens. Een grotere sensor vangt een grotere totale hoeveelheid licht op. In theorie doet de hoeveelheid pixels er niet toe als de output op hetzelfde formaat wordt vergeleken. Vergelijken op 100% is dus niet de juiste manier.
Vandaar dat er ook in de test verkleind is naar 16MP, zodat je eerlijk kunt vergelijken.
Maar je moet dan interpoleren. Ik denk dat zowel linear als bicubic een slecht idee zijn. Je zou eigenlijk de eigenschappen van de camera mee moeten nemen om dat echt eerlijk te doen. Ik zal hier eens over nadenken, is misschien wel een wetenschappelijk onderzoekje waard.
Als je de 42mp sensor van de Nokia 808 vergelijkt met andere telefoons moet je er ook rekening mee houden dat deze 42mp sensor véél groter is dan bij de meeste andere telefoons:
- de 1/3" sensor van de meeste smartphones is 17.3 mm2
- de 1/2" sensor van de Nokia is 30,7 mm2, dus bijna dubbel zo groot
De betere kwaliteit van de Nokia komt door de grotere sensor, niet door de extra megapixels. Een 16Mpix sensor op 1/2" formaat zou ongetwijfeld zelfs veel beter geweest zijn.
Bij mobiele telefoons kan je trouwens ook niet goed sensors vergelijken zolang je geen raw beelden vergelijkt: de compressie speelt een belangrijke rol in de kwaliteit als je gaat "pixel peepen".
Dat is precies mijn punt. De 808 maakt mooiere plaatjes, omdat de sensor veel groter is.

En de HTC 'ultrapixels' maken geen verschil, omdat de sensor net zo klein is als die van concurrenten.

Op dit item kan niet meer gereageerd worden.