De Chinese fabrikant Huawei wil graag indruk maken op de Europese markt. De fabrikant gooit daar een aardige sloot geld tegenaan en heeft de ambitie om niet alleen in China, maar ook in Europa een topspeler te worden. Met de P8 lukte dat redelijk. Hij staat in de Pricewatch nét niet in de top tien van meest bekeken smartphones met een scherm van ongeveer vijf inch. De goedkopere en minder geavanceerde P8 Lite overigens wel.
Dat Huawei ook een goed high-end toestel kan afleveren, bewees de fabrikant met de Nexus 6P al en de Mate 8 is ook een prima smartphone. Hoewel de samenwerking met Google voor de Nexus al resulteerde in een karakteristiek toestel, is dat waar Huawei over het algemeen nog punten kan scoren. De P8 en Mate 8 zijn van luxe materialen gemaakt en de bouwkwaliteit is prima, maar de toestellen zijn wel een beetje 'vanille'. Het uiterlijk en de software hebben bijvoorbeeld redelijk wat iPhone-kenmerken en het zou Huawei wat ons betreft dan ook niet misstaan om wat meer authenticiteit en een eigen stijl toe te voegen. Toen we naar het P9-evenement in Londen vertrokken, waren we dan ook benieuwd of Huawei daar werk van heeft gemaakt, maar er was in Londen natuurlijk meer te onderzoeken dan alleen dat.
Dubbele camera
Op het persevenement in Londen ging het voor het overgrote deel over de camera's van Huaweis nieuwe toptoestel. Daarbij stond de samenwerking met Leica centraal. Leica is een gerenommeerd cameramerk, dat onder meer bekendstaat om zijn goede lenzen en detailrijke zwart-witfotografie. Het bedrijf heeft samen met Huawei gewerkt aan de camera's van de P9. Daarbij moet je voornamelijk aan de lenzen denken. Ook heeft de interface van de camera een herkenbare Leica-stijl. Verder moet de nadruk liggen op gebruiksvriendelijkheid, iets waar Leica ook om bekendstaat.
Een dubbele hoofdcamera in een smartphone is niet nieuw. De HTC One M8 had bijvoorbeeld al twee camera's aan de achterkant en de LG G5 ook. Verder zijn er hardnekkige geruchten over een dubbele camera op de iPhone 7, die straks in september het levenslicht ziet. De implementatie per fabrikant verschilt wel. Huawei zelf heeft ook al met de dubbele camera geëxperimenteerd. De Honor 6+ had twee camera's aan de achterkant en die werden gebruikt om scherptediepte-effecten te creëren in een grotediafragma-, ofwel wide aperture-modus. Die modus is terug op de P9. Je kunt er achteraf mee scherpstellen. Het toestel maakt een driehoeksberekening om beter diepte te kunnen zien, vergelijkbaar met hoe mensen en dieren stereoscopisch diepte herkennen.
Bij de P9 heeft het de vorm van een instelling in de camera-app en we hebben die in Londen kunnen testen. Op het eerste gezicht verschilt de modus niet veel van de 6+-versie, maar dat gaan we nog verder onderzoeken. Het viel op dat als we scherpstelden op een hoofd, waarbij we het effect in hoge mate toepasten, er soms slechts een deel van het hoofd scherp was. Dat suggereert dat de camera de blur softwarematig aanmaakt, waarschijnlijk zoals gezegd met behulp van een driehoeksberekening. Een echt grotere diafragmaopening kan ook niet, want smartphonecamera's hebben een vast diafragma. Het betreft dus een simulatie van het aanpassen van het diafragma. Toch kan dat mooie plaatjes opleveren en het kan mooi zijn in situaties waarin een onderwerp op minder dan een paar meter staat.
Een ander doel van de dubbele camera van de P9 is volgens Huawei het combineren van beelden voor een grotere lichtopbrengst. De camera's hebben een diafragmawaarde van f/2.2, wat niet heel lichtsterk is voor hedendaagse begrippen. Huawei beweert dat door de twee lenzen te combineren, negentig procent meer licht gevangen wordt dan door de Galaxy S7-camera, terwijl een pixelgrootte-equivalent van 1,76µm wordt bereikt. Dat is een boude bewering, want die camera is bijzonder lichtsterk gebleken voor smartphonebegrippen. Het lijkt er in elk geval op dat de P9 beter presteert bij slecht licht dan de P8, maar dat is ook wel te verwachten. We durven nog niet te zeggen of hij op dat gebied bijvoorbeeld ook beter presteert dan een iPhone 6s. Ook betwijfelen we of het combineren van twee beelden inderdaad leidt tot een dusdanig betere lichtopbrengst, omdat we daarvan nog geen echte tekenen hebben gezien. We komen er natuurlijk nog op terug in de review.
De camera's van de P9 zijn overigens niet gelijk. Ze hebben weliswaar beide een twaalfmegapixel-IMX286-sensor met pixels van 1,25µm groot, wat ongeveer een kwart groter is dan die van de P8, maar het grote verschil is dat de ene sensor wél kleuren kan verwerken en de andere niet. Om uit te leggen waarom dat zo is, moeten we een beetje dieper ingaan op fotografie. Een camerasensor registreert op zichzelf namelijk geen kleuren. Daarvoor is een filter nodig, doorgaans een Bayer-filter. Dat zit simpelweg niet op een van de camera's. De reden daarvoor is dat er altijd wat scherpte verloren gaat bij de implementatie van zo'n filter.
Foto's gemaakt met de Huawei P9
Het idee van twee camera's, waarvan er eentje alleen zwart-wit ziet, zou dus best een techniek kunnen zijn die in de praktijk een verschil kan maken. Huawei beweert dat de beelden van de twee camera's gecombineerd kunnen worden, met scherpere foto's als resultaat. Of dat zo is, is lastig te zeggen. Wel hebben we geprobeerd één camera te bedekken, een foto te maken en dan vervolgens dezelfde foto te maken met de camera weer ontbloot. Daarbij merkten we geen verschillen op. In de monochrome modus zouden ook scherpere foto's gemaakt kunnen worden. We kregen bij het maken van een portretfoto een detailrijk resultaat, dus dat belooft iets, maar eerdaags zullen we nog wat uitvoeriger testen.
Nog een laatste interessant punt van de camera's is dat ze geholpen worden door een hybride autofocussysteem. De camera kan op drie manieren automatisch focussen; namelijk via contrastbepaling, laser en dieptebepaling met behulp van stereoscopie. De camera kiest zelf voor iedere omstandgheid de beste methode. Laser wordt bijvoorbeeld voor dichtbij gebruikt en dieptebepaling voor verder weg. Of dat een beetje werkt, kunnen we nu nog niet zeggen. Wat we wel kunnen zeggen is dat de camera geen 4k-videomodus heeft en geen slowmotionmodus met 240 beelden per seconde.
De Pro-modus van de P9 is in Leica-stijl en heeft uitgebreide instelmogelijkheden, waaronder raw. Vreemd genoeg kun je de raw-modus niet aanzetten bij het nemen van een monochrome foto. Dat vinden we wat vreemd, aangezien je deze voor scherpere foto's zou willen gebruiken. Raw is dan fijn om goed te kunnen nabewerken.
Camera-interface van de Huawei P9
Ontwerp en behuizing
Sinds de P8 heeft Huawei ook gewerkt aan de behuizing en wat ons betreft met succes. De voor- en achterkant zijn aan de randen subtiel afgerond, waardoor hij wat lekkerder vasthoudt en er daarnaast een stuk eleganter uitziet. Het is opvallend om te zien hoe deze subtiele wijzigingen ten opzichte van de P8 de P9 een stuk meer cachet geven. Ook valt op dat de powerknop iets groter is dan vorig jaar, wat fijn is.
Op de achterkant vinden we nu ook een vingerafdrukscanner. Deze hebben we even getest en hij voelt vlot aan. Ook het instellen gaat bijzonder snel en is na een paar vingerplaatsingen al gebeurd. Onder op de telefoon zit nog maar één luidsprekergrille en waar bij de P8 de andere grille zat, vind je nu de minijackuitgang. In het midden zit een usb-c-poort, waardoor de P9 na de Nexus 6P de tweede smartphone is van Huawei met die aansluiting.
Aan de voorkant zit vanzelfsprekend de 5,2 inch grote lcd. De contrastwaarde van het scherm is op het eerste oog prima. Ook de maximale helderheid lijkt in orde en in elk geval hoger dan bij de P8. Verder is de resolutie nog steeds 1920x1080 pixels. In het simlaatje aan de zijkant van het toestel is plek voor een micro-sd-kaart en één simkaart in de versie die in Nederland verkocht wordt.
Hardware
Tussen de ingewanden van de P9 bevindt zich de Kirin 955-chipset. De Huawei Mate 8 had de Kirin 950 en die hebben we al getest. Dit is in essentie dezelfde chip, maar dan 0,2GHz hoger geklokt tot 2,5GHz. De Kirin 950 presteerde goed in onze benchmarks, behalve op grafisch gebied; daar blijft hij nog een eindje achter bij de concurrentie. In de praktijk is de P9 soepel en hebben we geen haperingen waargenomen, ook niet bij onze gebruikelijke hands-on stresstestjes, waarbij we veel apps openen en snel daartussen schakelen.
Naast de Kirin 955 heeft de goedkoopste versie van de P9 3GB intern geheugen en 32GB opslag. Je betaalt daarvoor 599 euro en voor 50 euro meer heb je een versie met 4GB ram en 64GB opslag. De basisversie van de P8 kostte vorig jaar 100 euro minder, maar deze had slechts 16GB flashgeheugen. Toch is de instap wel een stukje hoger dan vorig jaar dus. Verder is de accucapaciteit van de P9 ten opzichte van de P8 verhoogd van 2.600 naar 3.000mAh. Dat is goed om te horen, want de P8-accu liep snel leeg bij intensief gebruik, hoewel hij zijn energie wel weer goed vasthield in stand-by. We gaan natuurlijk snel testen of de accuduur ook daadwerkelijk is vooruitgegaan.
Software
Op de P9 staat vanuit de doos Android 6 met daar overheen Emui 4.1 van Huawei zelf. Dit blijft een skin die veel elementen leent van iOS en het heeft wat crapware. Dit laatste kun je gelukkig wel voor een groot deel verwijderen. Een van de nieuwe functies die we ontdekten, is de ROG-energiebesparing, waarmee je de resolutie kunt terugschroeven naar 720x1280 pixels om je accu langer te laten meegaan. Dit is een van de accubesparingsmethodes, zoals bijvoorbeeld ook het voedingsplan. Ook is er nog steeds een Ultra-besparingsmodus voor als je accu bijna leeg is, waarbij de telefoon de hele grafische interface en bijna alle functionaliteit overboord gooit.
In het algemeen is Emui een uitgebreide skin met veel wijzigingen aan Android. Dat ziet er niet altijd even tof uit, hoewel het met elke nieuwe versie iets beter is geworden wat ons betreft. Het notificatiescherm is erg anders dan stock Android en ook is er geen app drawer zoals gebruikelijk bij Emui. Een voordeel is dat er vrij veel in te stellen is en dat je per app goed kunt bepalen wat wel en wat niet mag.
Mag het ietsje meer zijn?
Naast de twee genoemde P9-varianten is er ook een P9 Plus. Deze kost 749 euro en heeft een 5,5" oled-scherm met 'Press Touch'-techniek. Dat is een andere naam voor de 'Force Touch'-techniek die Huawei introduceerde op de 128GB-uitvoering van de Mate S. De accucapaciteit is bij deze versie opgeschroefd naar 3.400mAh. Verder heeft dit toestel een infraroodblaster om als afstandsbediening te dienen en stereoluidsprekers, in tegenstelling tot de gewone P9. Wat specificaties betreft is het toestel verder gelijk aan de 64GB-versie van de P9. De toestellen komen op 16 april uit in Nederland en we zullen ons weldra richten op de review.
Winkel | Beoordeling | | Prijs | Totaal | |
---|---|---|---|---|---|
|