De iPhone 5c is niet de goedkope iPhone voor de massa die we stiekem misschien een beetje verwacht hadden. Met een adviesprijs van 599 euro is hij duurder dan de iPhone 5 op dit moment en valt hij zeker in het high-end segment van de smartphonemarkt. Hij krijgt concurrentie van toestellen als de HTC One en de eveneens in glimmend plastic uitgevoerde Galaxy S4 van Samsung.
De boodschap achter die andere nieuwe iPhone, de 5s, is duidelijk; Apple zet hem in de markt als de telefoon met de snelste onderdelen, het mooiste scherm, de mooiste behuizing en de beste afwerking. Dat is de reden dat mensen bereid zijn om er zo veel geld voor te betalen. De boodschap achter de 5c is echter minder duidelijk; het uiterlijk doet je denken dat het een midrange-telefoon is, maar de prijs vertelt een ander verhaal.
We weten dan ook niet goed wat we met de iPhone 5c aanmoeten. Op bepaalde vlakken is hij even goed, zo niet beter dan de iPhone 5. Hij heeft dezelfde hardware, ondersteuning voor meer lte-banden en de behuizing is waarschijnlijk beter bestand tegen een stootje. De iPhone 5 is echter al een jaar oud en de 5c kan zich op het vlak van materialen en afwerking totaal niet met die telefoon meten, waardoor het raar is dat Apple zo hoog inzet met de prijs.
Het is duidelijk dat Apple met de 5c een nieuwe doelgroep wil aanspreken, maar wij vragen ons af of de groep die echt graag een gele telefoon met roze hoesje wil, bereid is om daar meer dan 600 euro voor neer te leggen. Zeker als die telefoon er niet uitziet of aanvoelt als andere telefoons in dezelfde prijsklasse.
We hebben beide nieuwe telefoons nu gezien en gebruikt en voor 100 euro extra lijkt de nieuwe 5s veel meer waar voor je geld te bieden met zijn supersnelle soc, vingerafdrukscanner en verbeterde camera. De iPhone 5c is absoluut niet slecht, maar in deze hele hoge prijscategorie hoort hij voor ons gevoel niet thuis.