Kleine en middelgrote bedrijven hoeven zich niet al te veel zorgen te maken over de aankomende meldplicht voor beveiligingsproblemen en datalekken, als het aan minister Opstelten ligt. Het kabinet zou vooral datalekken en beveiligingsproblemen bij grote bedrijven willen aanpakken.
Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie ziet weinig in een voorstel van de Europese Commissie om kleinere en middelgrote bedrijven ook onder een meldplicht voor beveiligingsproblemen te laten vallen. Dat schrijft hij aan de Tweede Kamer.
De minister is bang dat de meldplicht, die in werking treedt als de continuïteit van bedrijven in bepaalde sectoren door een digitale aanval in gevaar komt, mkb'ers te veel geld zou kosten. Volgens hem is bewust gekozen om die bedrijven buiten beschouwing te laten, 'teneinde een balans tussen de administratieve lasten en het doel van het wetsvoorstel te realiseren'.
De meldplicht voor beveiligingsproblemen geldt voor problemen in brede zin, en staat los van de meldplicht datalekken, die enkel van toepassing is bij beveiligingsproblemen waarbij persoonsgegevens in het geding zijn. De meldplicht datalekken geldt wel voor kleine en middelgrote bedrijven, maar desondanks hebben zij niet veel te vrezen, als het aan Opstelten ligt. Volgens de minister zou het ondoenlijk zijn als de toezichthouders elk datalek zouden moeten behandelen, en hoeven dus alleen datalekken met het nodige risico te worden gemeld. Daarvan zullen vooral mkb'ers profiteren, denkt Opstelten.