De overheid wil zijn beleid op het gebied van cybersecurity een meer risicogebaseerde benadering geven in plaats van een generieke benadering, zo blijkt uit de tweede Nationale Cybersecurity Strategie van het kabinet. Dit moet door het NCSC uitgevoerd worden.
In het Nationale Cybersecurity Strategie-document wordt door minister Opstelten het beleid op het gebied van beveiliging geschetst dat het kabinet de komende jaren wil uitvoeren. Ten opzichte van de eerste Nationale Cybersecurity Strategie zijn er accentverschillen, waarbij volgens het kabinet de ambities hoger liggen.
Volgens de regering moet het Nationaal Cyber Security Centrum niet alleen een computer emergency respons team vormen, maar zich ook doorontwikkelen tot een security operations center ten behoeve van alle samenwerkende partijen. Daarbij doelt Opstelten op meer dan 150 partijen die betrokken zijn bij het cybersecuritybeleid van de overheid, zoals publieke en private partijen, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties.
Deze verbreding van de NCSC-taken moet leiden tot betere risicoanalyses en hogere veiligheidseisen. Ook dient informatie beter gedeeld te worden tussen de deelnemende partijen. Verder zou er scherper gekeken moeten worden naar welke ict-systemen en -diensten daadwerkelijk vitaal zijn, zodat NCSC zich beter kan focussen op zijn taken. Verder meldt Opstelten dat via de Taskforce Cyber Security Onderwijs en de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek geïnvesteerd wordt in onderwijs en onderzoek op het gebied van cybersecurity.
De tweede Nationale Cybersecurity Strategie spreekt zich ook uit voor betere samenwerking met het buitenland. Opstelten stelt dat de positie van Nederland op het gebied van cybersecurity leidend moet worden door zowel het bedrijfsleven als de wetenschap prioriteit te geven aan internetveiligheid en 'security-by-design'.