Nokia staakt zijn pogingen om op de Japanse markt mobieltjes aan de man te brengen. Het Finse bedrijf maakt alleen een uitzondering voor de luxe telefoons die onder het Vertu-label worden verkocht.
Het besluit van Nokia om de Japanse markt te verlaten, lijkt het gevolg van mislukte pogingen om een significant aandeel van de Japanse consumentenmarkt te veroveren. Buitenlandse bedrijven hebben slechts 5 procent van de Japanse mobieltjesmarkt in handen, en daarvan is slechts 0,3 procent voor Nokia. Japanse telefoonfabrikanten als NEC, Fujitsu, Sharp en Panasonic ontwikkelen hun toestellen in nauwe samenwerking met de nationale telecomproviders en passen de toestellen aan de specifieke Japanse wensen aan. Omdat daarnaast veel propriëtaire technologie wordt toegepast, omschrijven sommige analisten de atypische Japanse markt dan ook als de Galapagos-eilanden van de wereldmarkt voor mobiele communicatie.
Een tweede reden om het land van de rijzende zon vaarwel te zeggen, is vermoedelijk de marktverzadiging: Japan telt 109 miljoen mobiele bellers - ongeveer 85 procent van de bevolking - waardoor de groeimogelijkheden beperkt zijn. Daarnaast zijn de prijzen voor mobieltjes de laatste tijd aanzienlijk gestegen, omdat providers zijn gestopt met het belonen van retailers die nieuwe abonnees aanbrengen. Hierdoor zal de vraag naar nieuwe mobieltjes jaarlijks naar verwachting met 20 procent afnemen. Nokia ziet blijkbaar alleen nog kansen voor zijn tienduizenden euro's kostende Vertu-mobieltjes, die worden gebundeld met exclusieve mobiele diensten.
Het besluit van Nokia, dat wereldwijd een marktaandeel van bijna 40 procent heeft, komt voor analisten niet als een verrassing, zo schrijft Reuters. De firma zou gedwongen zijn om zijn wereldwijde strategie aan te passen nu de wereldeconomie in het slop zit. Anderen leken minder goed op het nieuws voorbereid: zo kondigde provider NTT Docomo vorige maand nog aan dat het een nieuwe smartphone van Nokia in het assortiment wilde opnemen. Concurrent Softbank had soortgelijke plannen.
