Een man uit de Amerikaanse staat Minnesota, die verdacht wordt van dronken autorijden, heeft het recht de broncode van de ademtester in te zien. Dat heeft het hooggerechtshof van de staat onlangs besloten.
De verdachte, Dale Lee Underdahl, werd op 18 januari 2006 aangehouden op verdenking van rijden onder invloed van alcohol. Een blaastest met de Intoxilyzer 5000EN wees uit dat hij inderdaad teveel had gedronken. Bij de rechtszitting betwistte Underdahl de geldigheid van dit bewijs, omdat niet duidelijk was hoe de meting precies tot stand kwam. Hij verlangde een kopie van de sourcecode van het programma in de Intoxilyzer, zodat hij dit nader kon onderzoeken. Volgens zijn advocaat zou de machine in theorie zelfs geprogrammeerd kunnen zijn om willekeurige getallen te genereren, en moest het programma beslist worden onderzocht om de juistheid van de meting te kunnen controleren. De rechter was het hiermee eens en wees de eis toe.
De staat ging hiertegen meteen in beroep, maar verloor. De staat deed een laatste poging om het vonnis onderuit te halen: aan het hooggerechtshof van de Minnesota werd de vraag voorgelegd wie eigenaar van de broncode is, de staat of fabrikant CMI. Volgens de staat was de sourcecode vertrouwelijk en eigendom van de fabrikant. Volgens Underdahl stond in het contract tussen CMI en Minnesota dat advocaten van verdachten 'informatie' over de Intoxilyzer moesten krijgen en viel de sourcecode hier ook onder. Het hooggerechtshof gaf hem hierin gelijk. De staat zal nu de broncode moeten afgeven aan Underdahl. Zo niet, dan wordt het bewijs ongeldig verklaard en gaat hij vrijuit. In dat geval kunnen de Intoxilyzers meteen op de schroothoop, omdat iedereen die veroordeeld is op grond van een blaastest met dit apparaat, het bewijs bij de rechter ongeldig zal laten verklaren.