De European Data Protection Board heeft nieuwe richtlijnen geadopteerd voor dataverwerking. Daarin worden de criteria uiteengezet waar verwerkingsverantwoordelijken aan moeten voldoen voordat ze data mogen verwerken op basis van gerechtvaardigd belang.
Onder de Europese privacywetgeving GDPR mogen verwerkingsverantwoordelijken op basis van zes juridische gronden persoonlijke data verwerken. Eén daarvan is 'gerechtvaardigd belang'. In de nieuwe richtlijnen analyseert de EDPB, die bestaat uit privacytoezichthouders uit de EU, wanneer daarvan sprake is en aan welke eisen verwerkingsverantwoordelijken dan moeten voldoen.
Zo stelt de EDPB dat verwerkingsverantwoordelijken eerst moeten kijken of er alternatieven zijn 'om de nagestreefde belangen te bereiken'. Als dat het geval is, mogen er geen persoonsgegevens verwerkt worden. Bovendien blijven de 'belangen en fundamentele vrijheden en rechten van personen' altijd voorrang houden op het gerechtvaardigd belang van een verwerkingsverantwoordelijke.
De richtlijnen leggen verder uit hoe de beoordeling in de praktijk moet worden uitgevoerd. Daarbij wordt ook gekeken naar een aantal specifieke contexten, zoals fraudepreventie, direct marketing en informatiebeveiliging.
Het publiek kan nog reageren op de nieuwe richtlijnen middels een openbare consultatie. Deze consultatieperiode loopt tot 20 november. Daarna is het niet meer mogelijk om te reageren.