Supercomputerbouwer ClusterVision maakt mogelijk een doorstart met het huidige bestuur. Dat zegt curator Sjef Bartels. Volgens Bartels ging het bedrijf failliet door een aantal projecten die meer tijd kostten dan gedacht, en door een daling in het aantal opdrachten.
De curator van advocatenkantoor Labré zegt tegen Tweakers dat het huidige management een doorstart overweegt, maar dat zich nog geen externe partijen hebben gemeld. De directe aanleiding van het faillissement is ‘een aantal projecten’ die langer liepen dan gepland, waardoor het geld niet op tijd beschikbaar kwam. Ook kwamen er in het laatste kwartaal van vorig jaar minder opdrachten binnen dan voorzien.
De markt van ClusterVision is volgens de curator een ‘in toenemende mate lastige markt’. “Er moet een hoop vooruit worden gefinancierd en banken zijn niet happig om dat geld te geven. Dus dan is de vraag, waar komt dan geld vandaan?”
Bartels zegt dat het om ‘enorme bedragen’ gaat en er nu gekeken wordt naar hoe de planning op een ‘minder risicovolle manier’ kan verlopen. Voorheen kwamen grote bedragen in een keer vrij ‘en dan zwemt het bedrijf in het geld’. “Maar het kan ook te laat komen en dan krijg je liquiditeitsproblemen en kan het ook zo afgelopen zijn. Zoals nu dus het geval is.”
Volgens de curator werkten er zo’n veertig mensen bij het bedrijf en waren er nog lopende projecten. Vanwege privacyredenen wilde Bartels geen inhoudelijke informatie over de projecten melden, maar hij zegt wel dat er nu naar oplossingen wordt gekeken.
ClusterVision werd op 12 februari failliet verklaard. Het bedrijf is met de supercomputers meer dan twintig keer in de Top500 van 's werelds krachtigste computers verschenen. In januari legde het nog de laatste hand aan de supercomputer Tetralith van de Zweedse Universiteit van Linköping, de krachtigste supercomputer van de Noordse landen, Denemarken, Finland, IJsland, Noorwegen en Zweden.
Marketingmanager Remy Overkempe schrijft op Twitter dat de projectmarges steeds kleiner werden en grote concurrerende bedrijven projecten ‘kochten’ door lage prijzen te hanteren. "Een paar zware jaren eisten hun tol van het bedrijf en ons en na 16,5 jaar is het gedaan. Dit hadden we niet kunnen overleven", schrijft Overkempe.