Het Nederlandse kabinet wil een viertal MQ-9 Reaper-drones, met een spanwijdte van 20 meter, in de zomer van 2020 in gebruik nemen. Daarvoor moet deze zomer wel eerst nog een overeenkomst met Amerikaanse partners worden getekend.
Bij deze overeenkomst gaat het om een zogenaamde letter of offer and acceptance, oftewel loa. Dat blijkt uit een Kamerbrief die staatssecretaris van Defensie Barbara Visser onlangs aan de Tweede Kamer stuurde. Als de ondertekening deze zomer plaatsvindt, zijn er nog twee jaar nodig om de drones geleverd te krijgen en om de opleidingen voor het personeel te verzorgen. Het is de bedoeling dat de drones onder de zogenaamde MALE UAV-eenheid vallen, die opereert vanuit Leeuwarden. De toestellen zijn voorzien van een elektro-optische en infraroodsensor, een grond- en oppervlakteradar en een laser voor de aanwijzing van objecten.
Om in Nederland te kunnen vliegen met de drones is bovendien certificering nodig, aldus Visser. Het certificeringsproces kan ook starten na ondertekening van de loa. Uit de brief is verder op te maken dat één van de drones, die afkomstig zijn van General Atomics en geen wapens aan boord hebben, voor inzet boven Nederland is bedoeld. Het gaat dan om vijf uur per dag gedurende vijf dagen per week. Inzet boven Nederland, bijvoorbeeld ter ondersteuning van 'civiele autoriteiten', kan alleen als de drones niet nodig zijn bij de ondersteuning van internationale missies.
De verwachte levensduur van de drones is twintig jaar. De nodige investering komt neer op 179 miljoen euro en de jaarlijkse kosten zonder uitzending zijn 25 miljoen euro, aldus de staatssecretaris. Bij uitzending komt daar nog 20 tot 60 miljoen euro bij. Het aanschaftraject loopt al geruime tijd, zo was in 2013 al besloten de drones aan te schaffen. Destijds was de planning dat ze uiterlijk eind 2017 operationeel zouden zijn. De vertraging zou te maken hebben met een 'herijking van het project' in 2016.