Nikon introduceert twee compactcamera's die zich wat specificaties betreft aan de absolute onderkant van de markt bevinden. De Coolpix A10 en A100 maken gebruik van ccd-sensors van het 1/2.3"-formaat en worden gevoed door AA-batterijen.
De Coolpix A100 en A10 krijgen een objectief met vijf keer optische zoom. Het bereik loopt van 26 tot 130mm in kleinbeeldequivalent. Het maximale diafragma is f/3.2 tot f/5.6, respectievelijk in de groothoek- en uiterste zoomstand. Nikon claimt dat elektronische beeldstabilisatie bij het maken van zowel foto's als video's stabiele opnamen oplevert.
Het voornaamste verschil tussen de camera's is het aantal megapixels. Opvallend is dat Nikon ccd-sensors gebruikt in de camera's; een 20,1-megapixelchip in de A100 en een 16,4-megapixelvariant in de A10. Vrijwel alle digitale camera's maken tegenwoordig gebruik van cmos-sensoren, die over het algemeen beter presteren. De lichtgevoeligheid van iso 80 tot 1600 van de Coolpix-camera's is dan ook beperkt. Vanaf 28 januari zijn de Coolpix A100 en A10 te koop, voor adviesprijzen van respectievelijk 129 en 99 euro.
Nikon is een van de weinige grote camerafabrikanten die nog compactcamera's op de markt brengen die op de onderkant van de markt zijn gericht. De meeste fabrikanten hebben de categorie budgetcompacts achter zich gelaten, omdat de vraag naar dergelijke camera's flink is gedaald met de opkomst van de smartphone.