Alles-in-één
Samengevat
De 400Q en zijn 400C-broertje hebben een geheel metalen behuizing. Dat is inclusief het frontje, dat niet van plastic, maar van geborsteld metaal is gemaakt. Het is alleen jammer dat Corsair zich niet de moeite heeft getroost om alles van metaal te maken, maar de bovenkant in plastic heeft uitgevoerd. Voor om en nabij de honderd euro krijg je een mooi afgewerkte behuizing, met een netjes doordachte indeling, maar het ontbreekt een beetje aan uitbreidingsmogelijkheden. De 400Q is wel redelijk stil, koelt prima en heeft voldoende mogelijkheden voor waterkoeling. Een mooie kandidaat voor een volwassen ogend, high-end gamesysteem.
Eindoordeel
In januari, tijdens de CES-elektronicabeurs in Las Vegas, kondigde Corsair zijn nieuwste Carbide-behuizingen aan: de 400Q en 400C. De behuizingen zijn in beginsel identiek, maar de 400C heeft een venster in het zijpaneel, terwijl de 400Q geheel gesloten is om te voldoen aan zijn Quiet-label, waar de Q achter het typenummer voor staat. De 400Q is dan ook niet alleen gesloten, maar voorzien van geluiddempende materialen.
De Carbide-serie is Corsairs midrange-serie behuizingen. Boven aan de pikorde staan de Obsidian-behuizingen en daaronder, vooral voor gamers, zijn de Graphite- en Vengeance-series gepositioneerd. De Carbide-behuizingen moeten vooral alleen de features bieden die nodig zijn, zonder allerlei extra's en de daarmee gepaard gaande kosten. Dat klinkt een beetje als budget en dat zou je ook kunnen verdedigen, maar het is wel Corsair-budget en dus betaal je voor een atx-behuizing als de 400Q nog altijd ongeveer honderd euro.
Voor die honderd euro verkoopt Corsair je een Carbide 400Q-behuizing, die met een understated vormgeving moet scoren. De behuizing moet in zijn compacte afmetingen een high-end systeem huisvesten, dat bovendien effectief koelen en daarbij weinig geluid produceren. Daarmee komt Corsair behoorlijk in het vaarwater van Fractal Designs Define-serie: tijd voor een vergelijkende test dus.
/i/2000968017.jpeg?f=imagenormal)
Uiterlijk: strak exterieur
Corsair heeft zich met de 400Q ten doel gesteld een volledig metalen exterieur te leveren. Het bedrijf is daar bijna in geslaagd. Details als de plastic voetjes vergeven we de makers natuurlijk en ook met de plastic luchtinlaatsleuven kunnen we leven. Het is alleen jammer dat juist een onderdeel dat behoorlijk in het oog springt, en dan doelen we op de afdekplaat van de bovenkant, van plastic is. Dat is wel weer begrijpelijk; metaal had misschien makkelijk kunnen buigen en het risico van krassen door metaal op metaal is aanwezig. Een andere verzachtende omstandigheid is de kleur; het zwart van het afdekplaatje komt netjes overeen met het zwart van het metaal en zelfs de structuur lijkt een beetje op elkaar.
Tot zover een klein, en beargumenteerbaar, onontloopbaar, minpuntje van de 400Q; de rest van de behuizing is bijzonder strak, netjes en mooi gemaakt. Dat begint bij het frontje. Dat is van metaal, met een omgebogen rand over de bovenkant heen. Rechtsonder op de voorkant vinden we een subtiel Corsair-logo zonder letters en verder is er niets om af te leiden.
Aan de bovenkant zit het plastic afdekplaatje, waaronder een rooster is te vinden dat net als de rest van de behuizing wel van metaal is. Om het afdekplaatje makkelijk op te kunnen pakken zit er een uitsparing in. In het metaal van de bovenkant zijn de frontpaneelconnectors weggewerkt. Die bestaan uit twee blauwe usb 3.1 gen 1-poorten, die we overigens gewoon usb 3.0-poorten blijven noemen. Een powerbutton zit aan de rechterkant en links van de usb-poorten vinden we de twee audiopoorten met ernaast een hdd-led en uiterst links de resetknop. We vragen ons overigens af wanneer de hdd-led, en stiekem ook de powerled, de optische drive achternagaat. Met andere woorden, wie heeft nog een hdd-led nodig?
De zijkant van het frontpanel heeft, zoals hierboven aangehaald, plastic sleuven. Zo kan de luchtaanvoer onbelemmerd de behuizing in en wordt het geluid toch effectief gedempt. De twee zijpanelen zijn, zoals het een stille behuizing betaamd, geheel gesloten en zitten vast met kartelschroeven die in het paneel blijven zitten.
Aan de achterkant treffen we de gebruikelijke uitsparingen voor een i/o-paneel en een voeding aan, en er zijn zeven uitbreidingssleuven beschikbaar. Daarnaast zit een rooster en naast het i/o-shield is een 120mm-ventilator voorgeïnstalleerd met de schroeven in sleuven. Je kunt de ventilator dus enigszins vrij positioneren. Aan de onderkant vinden we flinke plastic poten met rubberen voetjes en een paar sleufjes waarin interne onderdelen vastgeklikt worden. De inlaat van de voeding wordt afgeschermd door een verwijderbaar stoffilter.
Interieur: halfgecompartimenteerd
We gaven het al even aan; om toegang tot de binnenkant van de 400Q te krijgen, moet je de kartelschroeven van de zijpanelen losdraaien. Corsair moet beseft hebben dat het niet prettig is om met je knie in een kartelschroef te zitten, dus blijven die netjes in het paneel hangen.
Dat zijpaneel is bekleed met een laag geluiddempend materiaal, dat sterk doet denken aan de bitumenachtige laag die Fractal Design gebruikt. Daarmee is het laagje dunner en minder kwetsbaar dan een schuimrubberen isolatielaag. Hetzelfde materiaal vinden we overigens op het afdekplaatje, achter het metalen frontje en in het rechterzijpaneel. Daar is overigens een uitsparing in de bekleding aangebracht voor de ssd-bays die daar zitten.
De gedeeltelijke indeling in compartimenten is te danken aan twee plastic schalen die onderin zijn bevestigd. Een van de schalen dekt de drivebays af en de grotere van de twee schermt de voeding af. Dat heeft deels een functie voor het warmtemanagement, maar de belangrijkste functie is dat de bekabeling netjes aan het oog onttrokken wordt. Het zal wellicht ook een kleine invloed hebben op de geluidsproductie. Dat kan demping zijn, maar als het gaat trillen kan het averechts werken. Bij het inbouwen blijkt het doorvoeren van de kabels door de kabelgaten in de schalen lastig, temeer omdat je door twee delen moet. Het ziet er mooi uit, maar in de praktijk is het wat lastig.
De afgeschermde drivebays bieden plaats aan twee 3,5"- of 2,5"-drives, die in plastic sledes worden geklemd respectievelijk geschroefd. Heb je geen behoefte aan die twee drivebays, dan kun je genoegen nemen met de drie ssd-bays die achter de moederbordplaat tot je beschikking staan. Ssd's of andere 2,5"-drives klik je daarin en bevestig je dus zonder schroeven. Ook deze drivebays zijn te verwijderen als je ze niet wil gebruiken, maar dat is alleen als geheel te doen. Jammer dat ze niet afzonderlijk te verwijderen zijn. Hou ook rekening met je sata-voedingskabels; niet elk stekkertje aan de streng kan de benodigde hoek maken. In totaal kun je in de behuizing dus vijf 2,5"-drives of drie 2,5"-drives en twee 3,5"-drives kwijt. Een 5,25"-drivebay ontbreekt, dus je kunt geen optische drive of bijvoorbeeld een fancontroller kwijt.
De voeding ligt op de bodemplaat op vier rubberen voetjes en rubber is ook gebruikt voor een deel van de gaten waar de bekabeling doorheen gestoken moet worden. Bijna alle schroeven zijn als kartelschroeven uitgevoerd, zodat je alles zonder gereedschap moet kunnen doen. De afstandsbusjes zijn voorgeïnstalleerd, zodat je ook daarvoor geen gereedschap nodig hebt.
Koeling en kabelmanagement
Corsair levert twee koelers mee; achterin zit een 120mm-ventilator op een geleiderail en voorin zuigt een 140mm-ventilator koele lucht aan. Die lucht wordt aangevoerd door de sleuven achter het metalen frontpaneel en door een stoffilter. Het filter is zowel magnetisch als met een klem bevestigd en kan na het verwijderen van het frontje schoongemaakt worden. De frontventilator wordt in sleuven gemonteerd, zodat je veel vrijheid hebt om je ventilators of radiator precies te positioneren. Er zijn zeven sleuven van 45mm en ook de ventilator achterop wordt in sleuven gemonteerd, maar die zijn maar 30mm hoog.
Je kunt voorin drie 120mm-ventilators of twee 140mm-ventilators kwijt. Daar is ook plaats voor een 360-, 280-, 240- of 120mm-radiator. Ook bovenin kun je ventilators of radiators kwijt; daar passen twee 120- of 140mm-ventilators of een 240- of 120mm-radiator. Ook hier maakt Corsair weer gebruik van sleuven in plaats van schroefgaten voor de montage, om de flexibiliteit en compatibiliteit te vergroten. Achterin past enkel een 120mm-ventilator of dito radiator.
Het kabelmanagement begint zoals al aangehaald bij de plastic schalen over de voeding en harde schijven. De gaten om de voedingskabels door te laten zijn niet met rubber gevoerd, want die zijn toch achter het plastic verstopt. De zichtbare gaten voor die kabels zijn wel afgedicht met rubber en er zijn legio haakjes beschikbaar om tiewraps aan vast te maken.
Tussen de moederbordplaat en het rechterzijpaneel is twee centimeter ruimte voor je kabels overgelaten, maar het kan nodig zijn de ssd-brackets te verwijderen om genoeg ruimte te maken voor bijvoorbeeld je 8-pinsvoedingskabel. Hier is het alles of niets: je laat de ssd-brackets zitten of je haalt ze weg; het is één geheel. Al met al biedt Corsair voldoende mogelijkheden om ook met niet-modulaire voedingen een net systeem te bouwen en dat van meer dan voldoende koeling via lucht of water te voorzien.
De 400Q is dankzij het ontbreken van 5,25"-drivebays bedrieglijk ruim van binnen, maar dat neemt niet weg dat er een aantal restricties zijn voor de componenten. Zo kun je processorkoelers tot 170mm inbouwen, wat betekent dat je de grotere koelers lastig kwijt kunt. De videokaart mag op zijn beurt tot 370mm lang zijn; daar hoef je dus geen problemen te verwachten.
Prestaties
Het testsysteem bestaat uit een op Intel gebaseerd systeem met een Haswell-processor en een Z97-moederbord. De Core i7-4790K hebben we in MSI's Z97 MPower Max AC-moederbord gestoken en koelden we met een compacte Noctua NH-U9B SE2. Als videokaart hebben we Nvidia's GTX 980 gekozen. Windows10 installeerden we op een Force LX-ssd en we zetten daar een Samsung Spinpoint- harde schijf naast.
We lieten alle ventilators in de behuizing in eerste instantie onbelast op lage snelheid draaien. De processorkoeler draaide daarbij op 1000rpm en de casefans op de laagste stand met behulp van SIV64. Nog steeds zonder belasting zetten we vervolgens de systeemventilators op de hoogste stand, met de processorkoeler nog op 1000rpm. Ten slotte zetten we ook de processorkoeler vol aan en belastten we het systeem met Furmark voor de videokaart en Prime95 voor de processor. We noteerden steeds de processor-, systeem- en gpu-temperatuur, zoals uitgelezen door Command Center en gpuz. Verder hebben we de geluidsproductie gemeten in de drie scenario's, op 20cm van de voorkant van de behuizing.
Wat de idle-temperaturen betreft zit de 400Q op één lijn met zijn directe concurrent: de Define R5 van Fractal Design. Beide geïsoleerde behuizingen zijn iets warmer dan de overige testkandidaten, maar de paar graden hier en daar mogen het gebruik van een stille behuizing niet in de weg staan.
Onder belasting zien we weer iets hogere temperaturen voor de cpu en gpu, maar de systeemtemperatuur blijft netjes in de middenmoot hangen en dat is nu juist waar de behuizing de meeste invloed op heeft. Met de koeling zit het bij de 400Q dus wel goed, maar is hij ook een beetje stil?
Geluidsproductie
Idle hoor je de 400Q nauwelijks. De behuizing zit net als de MasterCase, Silent Base en Define R5 zo rond de 35d(B)A geluidsdruk. Zetten we de ventilators op vol vermogen, dan blijkt de 400Q flink meer geluid te produceren en zijn er nog maar een paar behuizingen minder luidruchtig. Hier komt een stukje subjectiviteit om de hoek kijken, want hoewel de geluidsdrukmeter ruim 42d(B)A registreerde, kwam het geluid zachter over.
Als ook de videokaart staat te stampen, loopt het geproduceerde geluid nog wat op, maar de 400Q blijkt dan een prima middenmoter. De R5 is wel een stukje stiller, dus als je echt weinig geluid wil, blijft dat de te kloppen behuizing.
Specificaties en fotogalerij
Merk |
Corsair |
Serie |
Carbide |
Uitvoering |
Corsair Carbide Quiet 400Q |
Aantal aanbieders |
12 winkels |
Eerste prijsvermelding |
Zondag 10 januari 2016 |
Behuizingtype |
Tower |
Formfactor |
ATX (Standard), EATX (Extended ATX), Micro-ATX (µATX), Mini-ITX |
Behuizingpaneel |
Closed |
Materialen |
Staal |
Grafische kaart maximumlengte |
370mm |
CPU-koeler maximumhoogte |
170mm |
Kleuren |
Grafiet, zwart |
Behuizing bay intern |
3x 2,5", 2x 3,5" |
Aansluitingen voorzijde |
3,5mm, microfoon, 2x USB 3.0 |
Inclusief voeding |
Nee |
Fan-poorten |
6x |
Meegeleverde fans |
2x |
Kabelmanagement |
Ja |
Hoogte |
464mm |
Breedte |
215mm |
Diepte |
425mm |
Volume |
42,40 liter |
Gewicht |
8,2kg |
Fabrieksgarantie |
2 jaar carry in |
Bijzonderheden |
Geen 5,25"-bays, volledig stalen behuizing |
Specs van fabrikant |
Productinformatie van de fabrikant |
Meer informatie |
|
Conclusie: minimalistische alleskunner
De nieuwste lichting behuizingen van Corsair laat zien dat ook midrange-behuizingen, voor zover je daarvan mag spreken als je bijna honderd euro uitgeeft, een luxe uitstraling kunnen hebben en van dito materiaal gemaakt kunnen worden. De 400Q en zijn 400C-broertje hebben een geheel metalen behuizing. Dat is inclusief het frontje, dat niet van plastic maar van geborsteld metaal is gemaakt.
Des te vreemder is het 'deksel' dat boven op de behuizing ligt. Corsair heeft zich moeite getroost om alles van metaal te maken, maar de bovenkant is verwijderbaar dankzij magneetjes en is van plastic gemaakt. Los van de vraag waarom je een stille behuizing met een bovenkant die volledig uit een rooster bestaat zou maken, is het jammer dat die afgedekt wordt door plastic. Toegegeven, de kleur en structuur komen keurig overeen met het metaal, maar toch is het jammer. De enige reden om een rooster bovenin te maken is natuurlijk om zoveel mogelijk koeling mogelijk te maken, maar het getuigt van iets te veel willen. Kies voor stil en netjes gesloten of voor maximale koelmogelijkheden.
Los van een dergelijke onlogische keus, of eigenlijk iets te veel willen, doet de 400Q niet veel fout. De prestaties zijn wat de koeling betreft in orde en wat geluidsproductie betreft zeker idle gewoon goed. Onder zware belasting is het 'Quiet' in de naam wat minder duidelijk, maar met alle ventilators op de lage stand dient de 400Q zijn concurrentie, met name de Define R5, goed van repliek. Het inbouwen is makkelijk dankzij de ruimte die door het weglaten van de grote drivebays is ontstaan, maar het doorvoeren van kabels door de compartimentschalen is lastig.
Het is duidelijk dat in de 400Q geen fileserver gestationeerd moet worden. Er zijn maar twee 3,5"-drivebays en hotswapbays zijn er niet, en door een gebrek aan 5,25"-drivebays kunnen die ook niet toegevoegd worden. Wel kun je genoeg 2,5"-drives inbouwen en dus een krachtig gamesysteem bouwen. Je processor kun je met een luchtkoeler op temperatuur houden, maar de 400Q vraagt met zijn radiatorruimte eigenlijk om waterkoeling. De prijs is nogal stevig voor wat je krijgt. Ja, het is een mooi afgewerkte behuizing, met een netjes doordachte indeling, maar het ontbreekt wel een beetje aan uitbreidingsmogelijkheden. De 400Q is wel redelijk stil, koelt prima en heeft voldoende mogelijkheden voor waterkoeling. Een mooie kandidaat voor een volwassen ogend, high-end gamesysteem.
Eindoordeel