De grote 3d-hype die ontstond na Avatar in 2009 is alweer een tijdje over zijn hoogtepunt heen. In de bioscopen worden 3d-films nog altijd goed bezocht, maar het formaat heeft in de huiskamers nooit een groot publiek weten te bereiken. Daar zijn verschillende redenen voor aan te wijzen, maar de beschikbaarheid van content is misschien wel de belangrijkste.
Voor consumenten is blu-ray de enige manier om legaal aan 3d-materiaal te komen. Dit formaat heeft het grote publiek nooit weten te bereiken. De verkoop van fysieke schijfjes loopt al jaren terug en bovendien heeft blu-ray het succes van dvd nooit kunnen evenaren. Tegelijk lijkt de opmars van streaming-videodiensten niet te stuiten, maar de populairste diensten bieden geen 3d-content aan. Zo heeft Neftlix in de Verenigde Staten wel een paar 3d-titels beschikbaar, maar in Europa niets.
In Nederland en België zijn er nooit plannen voor 3d-tv-uitzendingen gemaakt, maar in het Verenigd Koninkrijk zijn er wel uitzendingen geweest. Zo begon de BBC in 2011 een tweejarige testperiode waarin regelmatig 3d-uitzendingen plaatsvonden in 1080i50 side-by-side-formaat. Na de proefperiode, waarin onder andere de Olympische Spelen in Londen, Dr. Who en Wimbledon in 3d te zien waren, zette de BBC verdere plannen voor uitzendingen in de ijskast.
De Britse commerciële zender Sky ging een stap verder en had vanaf 2010 een tv-kanaal waarop alleen 3d-programma's te zien waren in het side-by-side-formaat. Vijf jaar later werd het kanaal wegens te weinig animo uit de lucht gehaald. In Amerika was de commerciële sportzender ESPN al twee jaar eerder gestopt met een 3d-sportkanaal.
Volgens de tv-zenders is de belangrijkste reden waarom 3d niet is aangeslagen dat de meeste mensen geen zin hebben om met een 3d-bril op tv te kijken. Dat komt doordat veel mensen tijdens het kijken graag andere dingen ernaast doen met hun telefoon of tablet. Ook is tv-kijken voor veel mensen een sociale aangelegenheid, waarbij veel onderling wordt gepraat en bij al deze activiteiten zit een 3d-bril in de weg.
Afkeer van 3d
Ook hebben veel mensen een afkeer van 3d en 3d-brillen, omdat ze er slechte ervaringen mee hebben. Als je bijvoorbeeld verschillende keren hoofdpijn bij het kijken hebt gekregen, omdat 3d-kijken aangeleerd moet worden, wordt de drempel om het nog een keer te doen erg hoog. Voor een klein deel van de bevolking, bijvoorbeeld mensen met Amblyopie, werkt 3d zelfs helemaal niet en dan ga je natuurlijk niet graag met een 3d-bril op kijken.
Het komt ook vaak voor dat mensen erg schuin of niet op de juiste afstand van de tv zitten. De afstand is bij 3d kijken belangrijker dan bij 2d kijken. Dit komt doordat de waargenomen diepte toeneemt met de afstand tot het scherm, terwijl het scherm op een grotere afstand juist kleiner lijkt. Hierdoor ontstaat er op een te grote afstand van het scherm een soort 'kijkdooseffect', waarbij alle objecten in het beeld geen volume lijken te hebben en er plat uitzien. Voor het juiste diepte-effect is het aan te raden om op ongeveer drie keer de schermhoogte van de tv te gaan zitten. Voor veel huiskamers betekent dit dat de kijkafstand veel te groot is.
Een veelgehoorde klacht is dat 3d nauwelijks iets toevoegt en dat je na een tijdje vergeet dat er diepte in het beeld zit. Op zich kun je deze klacht juist zien als een bevestiging dat de 3d-techniek goed werkt en dat ze niet in de weg zit bij het kijken, maar het is een feit dat niet elke filmmaker 3d even goed in dienst van het verhaal weet in te zetten. Gelukkig zijn er genoeg voorbeelden te vinden van films waarbij de 3d wel wat toevoegt aan het verhaal.