Inleiding
In deze roundup vergelijken we zes smartphones op hun camerakwaliteiten. Ons oordeel hebben we gebaseerd op het gebruiksgemak, de fotokwaliteit en de kwaliteit van de video-opnames. Hoewel het begrip 'beste' afhangt van veel factoren en het per persoon kan verschillen, komen wij uit op de Samsung Galaxy S6 (Edge). Deze is het meest allround, vrij stabiel wat de foto- en videokwaliteit betreft en hij biedt vrijwel alle opties die je nodig kunt hebben.
Prijs bij publicatie: € 750,-
Jaarlijks worden er circa drie biljoen (3.000.000.000.000) foto's op internet gedeeld en dat is maar een fractie van het aantal foto's die wel gemaakt, maar niet gedeeld worden. Alleen Facebook al verwerkt momenteel twee miljard foto's per dag. Vergelijk dat eens met de 80 miljard foto's die in 1999, het hoogtepunt van het analoge tijdperk, in een heel jaar werden gemaakt. Dat is slechts 16 jaar geleden...
Het grote verschil met enkele jaren terug is dat het overgrote merendeel van alle foto's niet meer met een 'echte' fotocamera wordt gemaakt, maar met een smartphone. Dat is niet zo gek; de camera's in smartphones zijn in de afgelopen jaren sterk verbeterd; sensors werden groter, lenzen lichtsterker en processors sneller. Veel high-end smartphones bevatten een sensor die (bijna) even groot is als die van een reguliere compactcamera en dus is het logisch dat ze kwalitatief niet of nauwelijks meer voor deze camera's onderdoen.
Waarin smartphones overduidelijk tekortschieten, is het gebrek aan zoom, in het bijzonder optische zoom, die niet ten koste gaat van de kwaliteit. Zoomen gebeurt momenteel digitaal. Tegenover dat minpunt staat heel veel gebruiksgemak. De smartphone is letterlijk en figuurlijk altijd bij de hand en foto's delen is een kwestie van een paar tikken met de vinger. Ondanks de adoptie van wifi door veel moderne fotocamera's, is dat nog steeds een belangrijke troef van de smartphone: het delen van foto's is sneller én makkelijker.
/i/2000894702.jpeg?f=imagenormal)
Tel daarbij op dat de bsi-cmos-sensors van smartphones in de afgelopen jaren groter en beter zijn geworden, en de lenzen lichtsterker, en het is overduidelijk waardoor de markt van compactcamera's compleet is ingestort. Toch hebben de heren en dames smartphonefabrikanten ieder een andere visie op fotografie. Dat zien we terug in de gebruikte componenten, de interface en de mogelijkheden.
Het werd dan ook hoog tijd om de beste smartphones van 2015, die bekendstaan om hun goede camera, te selecteren voor een vergelijkende test. Op basis van onze eerdere smartphonereviews kwamen we uit op de volgende zes: Apple iPhone 6s (Plus), LG G4, LG Nexus 5X (6P), Samsung Galaxy S6 (Edge, Edge+), Sony Xperia Z5 en Microsoft Lumia 950 (XL).
Deze zes smartphones hebben we onderworpen aan een vergelijking in de zoektocht naar de beste smartphonecamera van dit moment. Hoe presteren ze in de praktijk?
Grote sensor, lichtsterke lens en stabilisatie
De sensor, lens en stabilisatie vormen de belangrijkste hardwarematige onderdelen van een camera en op dat vlak is er in de afgelopen jaren best veel veranderd. Op deze pagina bespreken we deze onderdelen van de zes smartphones die we in deze vergelijking hebben opgenomen.
/i/2000894703.jpeg?f=imagenormal)
Sensor
Smartphonefabrikanten stoppen steeds vaker grotere sensors in hun telefoons. Enkele jaren terug waren 1/4"- en 1/3,2"-sensorformaten nog zeer gebruikelijk, maar tegenwoordig zien we steeds meer 1/2,3"-sensors of maten die daar dicht tegenaan schuren. Het 1/2,3"-formaat is niet geheel toevallig, want dit is exact dezelfde sensoromvang als ook in de meeste compactcamera's gebruikt wordt. De meerwaarde van diezelfde compactcamera's wordt daarmee, los van de mogelijkheid tot zoomen, vrijwel geheel tenietgedaan, want een dergelijke sensor produceert in de basis dezelfde beeldkwaliteit.
In deze vergelijking hebben de Sony Xperia Z5 en de LG Nexus 5X een 1/2,3"-sensor. De sensor van de Microsoft Lumia 950 (XL) is met 1/2,4" slechts een fractie kleiner en ook de Samsung S6 (Edge) en LG G4 zitten er met 1/2,6" dicht tegenaan. Apples iPhone begint wel wat achter te lopen op de rest met zijn 1/3"-sensor.
Overigens zegt de grootte van de sensor natuurlijk niet alles; ook de pixel-pitch, oftewel de pixeldichtheid op het sensoroppervlak, is van belang. Doordat Apple slechts 12 megapixel gebruikt, valt de pixel-pitch met 1,22μm toch nog relatief hoog uit. De Nexus 5X heeft hetzelfde pixelaantal, maar komt dankzij de grotere sensor uit op 1,55μm. De pixel-pitch van de LG G4, Lumia 950 (XL) en de Xperia Z5 is het kleinst, oftewel, de pixels zitten daar het meest op elkaar gepropt.
Lens
De toegenomen sensoromvang en pixel-pitch zijn niet de enige belangrijke ingrediënten om de beeldkwaliteit te verbeteren. Minstens zo belangrijk is de kwaliteit van de lens en de lensopening, oftewel de lichtsterkte. De lensopening wordt uitgedrukt in een diafragmawaarde. Hoe lager de waarde achter de schuine streep, hoe lichtsterker de lens is. Een lichtsterke lens vangt meer licht op dan een minder lichtsterke lens, wat een voordeel oplevert in situaties met weinig licht, zoals in de schemering. Bovendien betekent een lagere waarde een iets kleinere scherptediepte, waardoor het onderwerp scherp is en de achtergrond mooi onscherp. Dit effect wordt bij deze relatief kleine sensoromvang overigens in de praktijk vooral benut bij macrofoto's, oftewel wanneer het onderwerp zeer dicht bij de lens staat. Hoe groter de sensor en hoe lichtsterker de lens, hoe groter dit effect is. Vandaar dat aps-c- en fullframe-camera's nog veel mooiere foto's met beperkte scherptediepte kunnen produceren.
Naast de trend van grotere sensors zien we dat fabrikanten steeds meer gebruikmaken van lichtsterke lenzen. Een jaar geleden was een lensopening van f/2.0 al erg lichtsterk voor een smartphone, maar in deze vergelijking hebben we al drie camera's die daaronder zitten. De Lumia 950 en Galaxy S6 zitten op f/1.9 en de G4 van LG haalt zelfs f/1.8. Ook op dit vlak loopt de iPhone ondertussen achterop, want Apple heeft de lensopening van f/2.2 ongewijzigd gelaten in vergelijking met eerdere iPhones. Een lichtsterke lens komt ook het oplossend vermogen ten goede, want een kleinere lensopening kan in combinatie met een hoge pixeldichtheid leiden tot problemen met diffractie.
Net als de sensorgrootte is ook de lichtsterkte relatief, want als je f/2.4, waar veel smartphones nog steeds mee werken, vergelijkt met f/1.8, is dat slechts een winst van 2/3e stop, oftewel nog geen verdubbeling van de hoeveelheid licht. Dat wordt nog eens duidelijk als we de relatieve lichtsterkte en scherptediepte vertalen naar fullframe. Met een cropfactor van 6 staat een mooie waarde als f/1.8 dan gelijk aan f/10.8 en f/2.4 komt overeen met f/14.4. In beide gevallen relatief gezien dus helemaal niet zo lichtsterk en ook geen enorm groot onderling verschil.
Verder is de beeldhoek van belang. Deze zegt iets over hoeveel je in beeld kunt krijgen. De beeldhoek wordt meestal uitgedrukt in de brandpuntequivalent van een 35mm-sensor. Bij compactcamera's is al jaren een trend gaande van meer en meer groothoek. Was tien jaar terug 35mm nog een mooie groothoek, al snel werd dat 28mm en tegenwoordig zelfs 24mm. Van alle smartphones heeft de Xperia Z5 de grootste hoek met circa 24mm. De Nexus 5X en Lumia 950 zitten daar met 26mm dicht bij in de buurt, terwijl de G4 en S6 het met 28mm moeten doen en de iPhone met 'slechts' 29mm.
Stabilisatie
Bij zowel fotografie als video is beeldstabilisatie een belangrijk gegeven. Bij video's levert het een vloeiender beeld op, zodat beweging minder storend wordt. Niet iedereen filmt immers vanaf een statief. Daarnaast kun je zo foto's met langere sluitertijden uit de hand nemen, zonder dat bewegingsonscherpte ontstaat. Ook kun je werken met lagere isowaarden dankzij stabilisatie.
Er zijn twee soorten stabilisatie: digitaal en optisch, via een bewegend element in de lens of een bewegende sensor. Optische stabilisatie in de lens wordt het meest toegepast, waarbij een lenselement kleine bewegingen compenseert. Bij digitale stabilisatie wordt het beeld softwarematig gestabiliseerd. Dit is vooral voor video effectief, omdat de beweging van het beeld goed gedetecteerd kan worden, zeker als daar eventueel ook nog de informatie van de gyroscoop en de accelerometer voor wordt gebruikt. Het gaat wel ten koste van een deel van het sensorbeeld, omdat dit deel wordt gebruikt voor de softwarematige stabilisatie. Voor het beeld wordt dan een uitsnede van de sensor gebruikt.
De meeste high-end smartphones zijn voorzien van optische beeldstabilisatie, met uitzondering van de Sony Xperia Z5 en Nexus 5X. Bij video kan dat worden gecompenseerd door digitale stabilisatie, maar voor fotografie is het een gemis. De Galaxy S6 is wel voorzien van optische stabilisatie, maar deze werkt wat video betreft alleen tot 1080p en niet in combinatie met 1080p60 en uhd. In die standen wordt digitale stabilisatie gebruikt. De LG Nexus 5X maakt helemaal geen gebruik van stabilisatie, een vreemde beslissing wat ons betreft. De Nexus 6P, de grotere tegenhanger gemaakt door Huawei, gebruikt wel digitale stabilisatie, wat zij electronic image stabilization genoemd hebben. Van de iPhone 6(s)-smartphones heeft alleen de grotere Plus-versie optische beeldstabilisatie.
Specificaties en testopzet
Voor alle telefoons geldt dat er een aantal 'dubbelgangers' in omloop zijn, die op cameravlak nagenoeg identiek zijn. De desbetreffende modellen zijn dan ook referentie-exemplaren. De resultaten gelden ook voor de smartphones die we niet direct hebben meegenomen, maar die dezelfde hardware en software gebruiken.
We hebben bijvoorbeeld voor de Galaxy S6 Edge+ gekozen omdat deze wat formaat betreft het beste past op ons videoframe, het houten frame waarop we de toestellen hebben bevestigd om met elk dezelfde video-opname te maken. Van de Sony Xperia Z5 zijn ook verschillende versies in omloop, maar deze hebben allemaal dezelfde cameramodule. Van de Lumia hadden we zowel de 950 als de 950 XL tot onze beschikking, maar vanwege de individuele telefoonreview die min of meer tegelijk met deze vergelijking plaatsvond, hebben we uitsluitend met de XL gewerkt. De Nexus 5X is, op het ontbreken van stabilisatie en 240fps-slo-mo na, gelijk aan de 6P en de iPhone 6s is identiek aan de 6s Plus, afgezien van het gemis aan optische beeldstabilisatie bij de 6s.
Specificaties
|
Apple |
LG |
LG/Google |
Microsoft |
Samsung |
Sony |
Type |
iPhone 6s Plus |
G4 |
Nexus 5X |
Lumia 950 XL |
S6 Edge |
Xperia Z5 |
Megapixels |
12 |
16 |
12 |
20 |
16 |
23 |
Sensorgrootte |
1/3" |
1/2,6" |
1/2,3" |
1/2,4 |
1/2,6" |
1/2,3" |
Pixel-pitch |
1,22μm |
1,12μm |
1,55μm |
1,2μm |
1,12μm |
1,1μm |
Lenslichtsterkte |
f/2.2 |
f/1.8 |
f/2.0 |
f/1.9 |
f/1.9 |
f/2.0 |
Beeldhoek (35mm-eq.) |
29mm |
28mm |
26mm |
26mm |
28mm |
24mm |
Frontcamera |
5Mp |
8Mp |
5Mp |
5Mp |
5Mp |
5Mp |
Scherm |
5,5" |
5,5" |
5,2" |
5,7" |
5,1" |
5,2" |
Schermresolutie |
1920x1080 |
2560x1440 |
1920x1080 |
2560x1440 |
2560x1440 |
1920x1080 |
Besturingssysteem |
iOS 9.2 |
Android 5.1 |
Android 6.0 |
Windows Phone 10 |
Android 5.1 |
Android 5.1.1 |
Flitser (led) |
Dubbel |
Dubbel |
Dubbel |
Triple |
Enkel |
Enkel |
Slo-mo (fps) |
240/120 |
120 |
120 |
120 |
120 |
120 |
|
|
|
|
|
|
|
Features (native app) |
|
|
|
|
|
|
Stabilisatie |
optisch |
optisch |
geen |
optisch |
optisch |
digitaal |
Sluitertijd instelbaar |
nee |
ja |
nee |
ja |
ja |
nee |
Diafragma instelbaar |
nee |
nee |
nee |
nee |
nee |
nee |
Iso instelbaar |
nee |
ja |
nee |
ja |
ja |
ja |
Belichtingscompensatie |
ja |
ja |
nee |
ja |
ja |
ja |
Hulplijnen |
ja |
ja |
nee |
ja |
ja |
nee |
Micro-sd-slot |
nee |
ja |
ja |
ja |
nee |
ja |
Waterdicht |
nee |
nee |
nee |
nee |
nee |
ja |
Fasedetectie-af |
ja |
infraroodlaser |
infraroodlaser |
nee |
ja |
ja |
Witbalans instelbaar |
ja |
ja |
nee |
ja |
ja |
ja |
Hdr |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Bracketing |
nee |
nee |
nee |
ja |
nee |
nee |
Raw |
nee |
ja |
nee (wel met third-party- app) |
ja |
ja |
nee |
4k-video |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Beoordeling
Voor het maken en het vergelijken van foto's hebben we de smartphones in de meeste gevallen gebruikt zoals ze in de praktijk door consumenten gebruikt worden, dus met automatische instellingen voor de witbalans en belichting. Wel hebben we altijd zelf een punt aangewezen voor de scherpstelling, om ongewilde variaties op dat vlak te voorkomen. In de meeste gevallen hebben we in de hoogst mogelijke resolutie geschoten om het maximale uit de sensor te halen. Bij de vergelijking hebben we de beelden meestal op de native resolutie bekeken, maar in sommige gevallen ook op een verkleinde resolutie van 8 megapixel, om de resolutieverschillen gelijk te trekken.
Van de meeste scènes hebben we verschillende beelden gemaakt, om individuele missers uit te sluiten. Vervolgens hebben we het beste beeld gekozen voor de directe vergelijking, maar uiteraard hebben we ook de globale prestaties in de gaten gehouden, zoals missers op het vlak van scherpstelling of de witbalans.
De foto's zijn meestal uit de hand gemaakt, zoals dat in de praktijk gebeurt, maar soms ook vanaf een statief. In beide gevallen zijn er verschillen in de compositie zichtbaar, vanwege een veelvoud aan variabelen. Zo verschilt de beeldhoek per telefoon; de Sony biedt de grootste hoek en de iPhone de kleinste. Verder verschilt de uitsnede van de foto's per model, omdat we zijn uitgegaan van de maximale resolutie. Soms is dat dus 3:2, 4:3 en 16:9. Tot slot verschilt de positie van de camera per smartphone. Bij de iPhone en Xperia zit deze helemaal in een hoek en bij de andere modellen zit hij in het midden en steekt hij vaak uit. Exact dezelfde positie op een statief gebruikt leidt daardoor toch tot verschillen.
Voor video maken de telefoons een 16:9-uitsnede van een deel van de sensor, waardoor de verschillen verder toenemen. Voor het maken van gelijktijdige video-opnamen hebben we gebruikgemaakt van een speciaal frame waarop de smartphones waren gemonteerd. Zie de pagina over de videokwaliteit.
Verder hebben we in sommige situaties ook in raw gefotografeerd, omdat je dan de onbewerkte beelden beter kunt vergelijken en daardoor een concreter oordeel kunt vormen over de kwaliteit van de sensor en lens. Zie daarvoor de pagina over raw.
Updates
De testfoto's en -video's moesten met alle smartphones op hetzelfde moment gemaakt worden. Je wilt immers identieke situaties vastleggen om eerlijk te kunnen vergelijken. Dat betekent ook dat de testmethodiek niet halverwege kon worden aangepast; alles werd als het ware bevroren. Hetzelfde geldt voor updates die met enige regelmaat verschijnen voor telefoons. Voor aanvang van de vergelijking, medio december, hebben we alle telefoons geüpdatet naar de laatst beschikbare systeemupdate. Eventuele latere updates zijn niet meegenomen, omdat dit tot gevolg zou hebben dat alle foto's en video's, met alle smartphones, opnieuw gemaakt moesten worden. Vlak voor publicatie, toen deze review al af was, verscheen er bijvoorbeeld voor de Lumia 950 (XL) een firmware-update die misschien ook bepaalde beeldproblemen verhelpt. Deze kon dus niet meer worden meegenomen. De update was voor ons toestel overigens ook nog niet beschikbaar en de toestellen moesten terug naar Microsoft.
Interface en bediening
De camera-interface verschilt sterk per smartphone. Het onderliggende besturingssysteem maakt daarbij nauwelijks uit; iedere fabrikant heeft een afwijkende indeling, dus ook onder Android-toestellen onderling. Bij de ene smartphone is de interface supersimpel, maar valt er voor gevorderden ook nauwelijks wat in te stellen, en bij de andere zijn er veel geavanceerde opties, al dan niet verborgen.
Activeren van de camera
Vrijwel alle telefoons hebben een snelstartsysteem voor de camera. Samsung gebruikt een dubbele klik op de homeknop, LG de onderste knop achterop en Google een dubbele klik van de aan-uitknop. De Lumia en Xperia hebben zelfs een dedicated cameraknop op de body. Op deze manier kun je de camera's snel starten. Alleen de iPhone gebruikt een softwarematige oplossing met een icoon op het lockscreen dat je naar boven moet vegen. Ook deze methode werkt vrij snel, al is het toch een extra handeling ten opzichte van een knop.
De camera-interface van de iPhone, Lumia, Nexus, Galaxy, G4 en de Xperia
Belichtingscompensatie
Belichtingscompensatie is wat ons betreft een van de belangrijkste basisfuncties op iedere camera. Het stelt je als beginnende of gevorderde fotograaf in staat om snel en eenvoudig de belichting aan te passen als dat nodig is. En dat is best vaak. Dikwijls zie je vooraf al dat een foto te donker of te licht wordt, meestal door zeer heldere of vrij donkere delen die het beeld beïnvloeden. Dat is eenvoudig aan te passen door de foto een beetje over- of onder te belichten met belichtingscompensatie. De verschillende camera-apps gaan hier uiteenlopend mee om.
De camera-app van de Nexus is zo simplistisch dat belichtingscompensatie geheel afwezig is, een forse misser wat ons betreft. Bij oudere Nexus-versies was dit wel een mogelijkheid, maar de optie 'geavanceerde instellingen' ontbreekt vooralsnog bij de 5X/6P. Bij de andere smartphones is hij wel aanwezig, al moet je daar soms een gevorderde interface voor oproepen. Bij de G4 moet je daarvoor bijvoorbeeld overschakelen van de modus Eenvoudig of Basis naar Handmatig. Je krijgt dan ook meteen de mogelijkheid om de sluitertijd, scherpstelling en isowaarde aan te passen, wat voor minder ervaren fotografen drempelverhogend kan werken. Dan moet je nog de knop belichtingscompensatie activeren, dus in totaal ben je dan drie stappen verder.
Bij de Xperia kost het je twee stappen, namelijk door over te schakelen van de iA-modus naar de M-stand en dan te kiezen voor gevorderde opties, waarna je de belichtingscompensatie en witbalans kunt aanpassen. In de iA-stand is er overigens wel een mogelijkheid om de helderheid een beetje aan te passen. Bij de Lumia is het een kwestie van één tik op het symbool van belichtingscompensatie of door alle gevorderde functies te voorschijn te swipen, en als je al in die modus zit, kan het direct.
Bij de iPhone en Galaxy S6 is belichtingscompensatie altijd in beeld. Als je op het scherm tikt om scherp te stellen op een bepaald onderwerp, kun je de belichting direct aanpassen door met je vinger omhoog en omlaag te bewegen. Dit is wat ons betreft de snelste en gebruiksvriendelijkste methode.
/i/2000895966.png?f=imagenormal)
Via een third-app zoals Camera FV zijn ook gevorderde opties mogelijk, mits de fabrikant dit toestaat
Scherpstellen en belichting
Veel minder ervaren fotografen maken een foto door simpelweg op de knop te drukken. Het is beter om eerst op het scherm aan te geven wat je onderwerp is, zodat de scherpstelling en belichting daaraan worden aangepast. De meeste smartphones in deze test regelen dat namelijk tegelijkertijd. Als je op een positie op het scherm drukt, wordt zowel de scherpstelling als de lichtmeting vergrendeld. De camera weet daardoor wat het belangrijkste deel in de foto is en past de instellingen daarop aan. Zou je dat niet doen, dan wordt het hele beeld als uitgangspunt genomen, wat de kans op over- en onderbelichting vergroot.
De Xperia legt in de iA-modus alleen de scherpstelling vast en niet de lichtmeting, tenzij er gezichten in beeld zijn. Dat kan wel in de M-stand, mits je dat geactiveerd hebt. Onder andere spotmeting is dan beschikbaar. Het werkt wel beduidend trager dan bij de andere smartphones.
De scherpstelling gaat bij deze smartphones vrij vlot. De iPhone, Galaxy en Xperia gebruiken fasedetectiediodes op de sensor, wat beduidend sneller is dan de traditionele contrastdetectie-autofocus. De vorige generatie iPhones en Galaxies hadden dit ook al, maar voor de Xperia is het nieuw. LG gebruikt een alternatieve techniek genaamd laserautofocus, die werkt met infraroodlicht. Deze techniek is zowel in de G4 als in de Nexus 5X verwerkt. Het werkt eveneens zeer vlot, maar toch lijken de smartphones met fasedetectie nog een stukje sneller te werken.
Welk autofocussysteem de Lumia 950 gebruikt, was ten tijde van de review onbekend, maar we vermoeden dat het contrastdetectie betreft. Omdat deze methode wat meer tijd kost, is de Lumia iets trager dan de rest. Met goed licht is het verschil overigens niet groot, maar hoe minder licht er is, des te meer tijd het kost. Ook de G4 en de Nexus hebben meer moeite met scherpstellen in het donker.
Onze Xperia had trouwens nog een gekke tick; nadat we het autofocuspunt handmatig via het scherm hadden bepaald en de camera hadden scherpgesteld, ging hij opnieuw scherpstellen op het moment dat op de knop werd gedrukt. Dat kost tijd en leidde er tijdens onze praktijktest soms toe dat er alsnog verkeerd werd scherpgesteld. De Nexus 5X had soms kuren met de third-party-app Camera FV, waarbij hij weigerde te focussen nadat bepaalde instellingen waren aangepast. Hij bleef dan hangen in de scherpstelmodus.
Hdr
Sensors hebben moeite om scènes met een groot dynamisch bereik goed vast te leggen, zoals een situatie met fel licht en donkere schaduwen. In dit computational photography-tijdperk is beeldoptimalisatie echter de norm en vooral de minder ervaren fotograaf profiteert daarvan. Alle high-end smartphones in deze vergelijking beschikken over een hdr-stand, die te lichte en te donkere delen in een foto in veel gevallen neutraliseert, al dan niet door drie foto's achter elkaar te maken en de beelden daarvan samen te voegen tot één hdr-bestand. Bij sommige camera's is het een optie die je handmatig moet aanzetten, zoals bij de Xperia, maar vaak is er een auto-hdr-stand, waarbij de camera zelf schat of het nodig is of niet. Bij de Lumia wordt dit de 'Rich Capture'-stand genoemd.
/i/2000895965.png?f=imagenormal)
De vlotwerkende Pro-modus van de Lumia
Gevorderde instellingen
Zoals eerder vermeld bieden veel smartphones wel gevorderde instellingen, maar zijn deze vaak een beetje verstopt. Alle smartphones bieden de mogelijkheid om hulplijnen te tonen, zoals de regel van derden. Dat is een handig hulpmiddel voor het maken van een interessante compositie. Bij de Nexus 5X houdt het dan bijna op wat mogelijkheden betreft. Er zijn alleen nog een panorama-, 360-graden- en focuseffectmodus. Voor meer gevorderde instellingen kun je terecht bij third-party-apps als Camera FV en Manual, maar toch is het een beetje teleurstellend dat de instelmogelijkheden zo karig zijn. De iPhone-interface is ook vrij basaal, maar biedt wel belichtingscompensatie, kleureffecten, panorama's, timelapse en slow-motionvideo tot 240fps, die overigens indrukwekkend is. Verder moet je ook bij de iPhone vooral je heil zoeken bij andere apps, zoals Camera+, Manual en ProCam.
De G4, Galaxy, Xperia en Lumia stellen je in staat om de isowaarde aan te passen, al moet je daarvoor bij de eerste drie wel een speciale Pro-modus activeren. Een zelfbepaalde lichtgevoeligheid kan handig kan zijn als je de telefoon op een statief gemonteerd hebt of ruis wil beperken. Op deze vier toestellen kun je ook de witbalans handmatig aanpassen. De G4, Galaxy en Lumia stellen je daarnaast in staat om zelf de sluitertijd aan te passen en zelfs de scherpstelling handmatig te regelen. Dat gaat Sony bij de Xperia blijkbaar te ver, want ook in de M-stand is dat niet mogelijk. De G4, Galaxy en Lumia bieden de interessantste features voor de meer ervaren fotograaf. De Lumia heeft voor deze doelgroep een streepje voor, want deze instellingen zijn allemaal onder handbereik en laten zich eenvoudig en vlot bedienen.
Raw
Slechts een beperkt aantal smartphones kan standaard in raw fotograferen. Wat de toestellen in deze round-up betreft zijn dat alleen de Lumia 950 (XL), Galaxy S6 (Edge) en LG G4. De andere Android-smartphones kunnen dit wel via een third-party-app als Camera FV of Manual. De enige uitzondering is de Sony Xpera Z5, die daarvoor geen ondersteuning heeft ingebouwd. Juist gezien de serieuze cameraspecificaties van de Sony is dat spijtig. Het opslaan in png of tiff via Camera FV was helaas ook geen optie, omdat de maximale resolutie dan slechts 8 megapixel is. Om die reden doet de Sony niet mee in de raw-vergelijking. De iPhone ondersteunt ook geen raw, maar via een third-party-app als Camera+ is het wel mogelijk om foto's ongecomprimeerd als tiff op te slaan.
Zoom, flits en functioneel ontwerp
Zoals eerder vermeld beschikken de smartphones in deze vergelijking niet over een zoomlens. Zoomen is wel mogelijk, maar alleen digitaal. Een deel van de pixels gaat hierbij verloren, zodat je een foto met een lagere resolutie overhoudt of het verschil wordt teruggerekend naar de originele resolutie. Om te tonen hoe dit er in de praktijk uitziet, hebben we drie foto's gemaakt. De eerste toont het oorspronkelijke beeld, de tweede is licht 'ingezoomd' en bij de derde foto is er maximaal 'ingezoomd'.
Alle smartphones waren bij de eerste foto in staat de details in de wolken goed vast te leggen, al dan niet met behulp van auto-hdr. Het beeld van de G4 is wat minder scherp en aan de donkere kant. De iPhone oogt een beetje flets. Het kleine resolutievoordeel van de Lumia, Xperia en Samsung is op 100 procent duidelijk zichtbaar.
Als we een beetje inzoomen voor de tweede foto, ogen de Lumia, iPhone en Galaxy nog steeds erg scherp en is het beeld goed bruikbaar. De foto van de Nexus 5X is een beetje overbelicht en matig tot redelijk scherp. De G4 is nog steeds wat onscherp.
De G4, Galaxy en de Xperia gaan erg ver wat het maximale zoomvermogen betreft. De iPhone, Lumia en Nexus gaan beduidend minder ver, waarschijnlijk mede vanwege de lagere resolutie. Deze beelden zijn minder bruikbaar dan de tweede foto's. De beelden van de iPhone, de Samsung en in iets mindere mate de Lumia zijn wel redelijk. Overmatige verscherping is in veel gevallen duidelijk zichtbaar, onder andere bij de Xperia.
Flits
De meeste high-end smartphones hebben tegenwoordig diverse ledlampjes aan boord, met verschillende kleurtinten. Meer dan één ledlampje als flits levert niet alleen méér, maar ook neutraler licht op, vooral als gezichten worden gefotografeerd. De Lumia 950 heeft er zelfs drie. Wij waren natuurlijk benieuwd wat voor effect dit had op foto's. Hieronder zie je twee versies per smartphone, met en zonder flits.
Van de flitsfoto's vinden we de iPhone het beste resultaat hebben. Het model is goed belicht en de huidtinten ogen natuurlijk. Ook is nog een klein beetje van de achtergrond te zien. De flitsfoto van de Galaxy is vergelijkbaar, alleen is de achtergrond wat donkerder. En de flitsfoto van de Lumia ziet er goed en gebalanceerd uit. Die van de Nexus is aan de donkere kant en de G4 heeft een gelige kleurafwijking.
Met de flitsmodus uit, produceren de iPhone, Galaxy en Lumia de beste foto's. Ook de ruis valt, onder deze lastige omstandigheden met slechts een kleine lichtbron, erg mee. De iPhone en Samsung gebruiken een isowaarde van 1000, mede dankzij de optische stabilisatie, maar de Galaxy produceert wat minder ruis, De Lumia kon het zelfs op 400 iso af. De 800-isofoto van de Xperia is erg donker en ook wat 'ruizig', en dat geldt helemaal voor de Nexus, die voor de zeer hoge waarde van 3762 iso koos.
/i/2000895723.jpeg?f=imagenormal)
Functioneel ontwerp
Het ontwerp van de smartphones met betrekking tot de positionering van de camera, verschilt sterk. Sony is de enige fabrikant die de cameramodule helemaal in de behuizing heeft geïntegreerd. De module is ook relatief klein en steekt dus niet uit, zodat je daar weinig last van hebt. Wel is hij helemaal in een hoek geplaatst, waardoor de kans groter is dat er af en toe een vinger in beeld komt. De module van de iPhone is nog een fractie kleiner, maar steekt wel uit. Dat laatste doet wat afbreuk aan het ontwerp, doordat de module eveneens in een hoek is geplaatst. Ook in dit geval kan het voorkomen dat er per ongeluk een vinger in beeld komt.
Bij de G4 van LG is de kans op vingerafdrukken op de lens een stuk groter, doordat de drie primaire bedieningsknoppen er direct onder zijn geplaatst. Vanuit cameraperspectief vinden we dit minder ideaal. De overige drie fabrikanten vallen juist op met hun relatief grote cameramodule die ook nog eens uitsteekt aan de achterzijde. De modules zijn eigenlijk absurd groot in verhouding tot de sensor en lens, waarbij we niet uitsluiten dat er om marketingtechnische redenen voor dit opvallende ontwerp is gekozen.
Beeldkwaliteit
Op basis van een 100-procentuitsnede van onze testkaart in onze vaste opstelling met ledlampen vallen een paar dingen op. Het beeld van de Lumia is het scherpst en ook het best belicht. De iPhone, Samsung en Nexus zijn eveneens vrij scherp en goed belicht, hoewel de Nexus een tikje donkerder is. Het beeld van de LG is wat soft, wat ons bij meer, maar lang niet alle foto's opviel. De foto van de Xperia is een beetje korrelig, hoewel er met een lichtgevoeligheid van 80 iso is gefotografeerd. We vermoeden dat dit komt door overmatige verscherping. Het resolutievoordeel van de Sony en de Lumia komt duidelijk naar voren, waarbij de Lumia de meeste details toont.
/i/2000895743.jpeg?f=imagenormal)
De foto van de boomstam hieronder is van zo dichtbij mogelijk gemaakt, enerzijds om de scherpte goed te kunnen beoordelen en anderzijds om wat achtergrondonscherpte te produceren. Alle smartphones produceren goede beelden. De foto's van de Xperia, Samsung en Lumia zijn het scherpst. De foto van de G4 is een beetje aan de donkere kant.
De volgende scène is gemaakt met kunstlicht, waarbij de smartphones op een statief waren gemonteerd. Er is handmatig scherpgesteld op het siliciumblokje in het midden. Doordat de camera's op een afstand van circa 15cm stonden, is er verschil in scherptediepte te zien. Handmatig scherpstellen was belangrijk om aan te geven wat scherp moest zijn, anders zou de camera zelf gaan kiezen. Het was ook mogelijk om op het geheugen op de voorgrond of de steen op de achtergrond scherp te stellen.
De camera's konden redelijk met deze scène overweg. De Nexus, iPhone en Lumia hadden de beste belichting. De foto van de G4, Galaxy en Xperia hadden wat overbelichte delen. De G4 en Xperia toonden een kleurafwijking. Bij de Lumia zijn de schaduwen een beetje overdreven opgelicht, waardoor een wat kunstmatig effect ontstaat.
De foto van de Sint-Nicolaasbasiliek hieronder wordt ook uitgebreid besproken op de pagina over raw, maar voor de volledigheid tonen we alle jpeg's rechtstreeks uit de camera ook nog even hier. De G4, Lumia en de Galaxy hebben een strategisch voordeel voor stadsfoto's bij avondlicht, omdat ze sluitertijden van enkele seconden ondersteunen. De foto van de G4 bevat wel erg veel kleurruis, maar toont verder ook meer kleuren dan de meeste andere foto's, die door ruisreductie wat monotoon zijn geworden. De Galaxy-foto bevat veel detail en de ruis is netjes weggewerkt. Ook de foto van de Xperia bevat veel detail en kleur, en is vrij scherp. De foto van de iPhone is een beetje soft en donker, maar als gevolg daarvan is de ruis wel goed weggewerkt. Ook de Lumia heeft de ruis redelijk goed weggewerkt. Dat geldt niet voor de Nexus, die vooral in de lucht vrij lelijke ruis toont. De bewerkte raw-foto's op de volgende pagina tonen nog meer details in hooglichten en schaduwpartijen.
Op de volgende twee pagina's zie je meer praktijkfoto's, in jpeg en raw.
Meer praktijkfoto's
Op deze pagina vind je nog wat extra praktijkfoto's, waarbij je de resultaten van iedere smartphone op de volledige resolutie kunt bekijken.
Bij deze herfstfoto ogen de versies van de Galaxy, Nexus en Lumia het beste. De foto van de Xperia toont door de grote hoek wat minder details en de schaduwen lopen een beetje dicht. De iPhone-foto is deels een beetje zacht, zoals bij het hek op de achtergrond. De foto van de G4 komt een beetje gekunsteld over, met zachte schaduwen, een matig contrast en onscherpte.
De onderstaande foto van de G4 is als enige behoorlijk overbelicht. De foto van de Lumia bevat zeer veel details in schaduwpartijen, al zien die er door het softwarematig oplichten een beetje kunstmatig uit. De foto van de Xperia toont duidelijk de grootste hoek. Deze is ook een tikkeltje overbelicht. De foto's van de iPhone, Galaxy en Nexus zijn redelijk gebalanceerd wat belichting en kleuren betreft.
De onderstaande foto's zijn tijdens het zogenaamde blauwe uurtje gemaakt, circa drie kwartier na zonsondergang. Dat is best lastig voor een camera en dat is ook te zien. De foto van de Nexus is veel te donker en behoorlijk ruizig. Die van de G4 is veel blauwer dan de werkelijkheid, evenals de foto van de Xperia die daarbij te licht is. De iPhone, Galaxy en Lumia lieten zich het minst van de wijs brengen en tonen een realistische kleurweergave. De foto van de Galaxy is het scherpst en die van de Lumia toont de meeste details in schaduwpartijen. De foto's van de Xperia en iPhone zijn niet helemaal scherp.
Overige foto's
Fotograferen in raw: heeft het zin?
Slechts weinig mensen fotograferen in raw met hun smartphone. Veel smartphones ondersteunen dat ook niet standaard, waardoor je in veel gevallen third-party-apps moet gebruiken. Het raw-formaat is vooral onder gevorderde fotografen populair. Het staat alle beeldinformatie lossless op, dus zonder kwaliteitsverlies door compressie en met een groter kleurbereik. Daardoor kun je in bepaalde situaties, waarbij over- of onderbelichting dreigt, met behulp van een fotobewerkingsprogramma nog heel wat extra details uit foto's persen.
In de meeste gevallen is jpeg ruim voldoende, zeker als het gaat om standaardkiekjes, maar in zeer contrastrijke situaties kan raw de redding zijn. Daar staat tegenover dat raw-foto's een factor vijf meer ruimte in beslag nemen dan jpeg's, waardoor het zeker niet aan te raden is standaard in dit formaat te fotograferen. Verder hebben we het hier natuurlijk over camera's met een relatief kleine sensor, die toch al meer moeite hebben met het vastleggen van een groot dynamisch bereik. Verwacht dus geen resultaten die vergelijkbaar zijn met die van een reguliere camera.
Voor ons was er een belangrijke reden om tijdens deze vergelijking in het raw-formaat te fotograferen. Deze bestanden tonen immers de ruwe beeldinformatie van de sensor, zonder dat die is opgepoetst met allerlei gevraagde of ongevraagde beeldbewerkingen, zoals verscherping, een hoger contrast, meer kleurverzadiging en agressieve ruisreductie. Met een raw-foto krijg je dus een veel betere, en vooral ook eerlijkere, indicatie van de beeldkwaliteit die een camera produceert.
Ondersteuning
Van de zes smartphones in deze vergelijking zijn er drie die nieuw uit de doos al ondersteuning bieden voor raw in de native app: de Lumia 950, Samsung S6 en de LG G4. De overige Android-toestellen ondersteunen dit in principe wel via third-party-apps, zoals Camera FV en Manual, met uitzondering van de Sony Xperia Z5. Hoewel raw-ondersteuning in Android sinds Lollipop is ingebakken, lijkt Sony third-party-apps niet toe te staan deze functionaliteit te gebruiken. Niet alleen ondersteunt de Z5, als een van de weinige recente high-end Android-telefoons, geen raw, ook het opslaan in tiff of png is niet mogelijk in de volle resolutie. In plaats van 23 megapixel hadden we in Camera FV slechts 8 megapixel tot onze beschikking. Oftewel, wegens gebrek aan ondersteuning kun je geen raw gebruiken met de Xperia. Daarom doet deze ook niet mee in onze vergelijking.
Jpeg en raw
Heeft het zin, fotograferen in raw? Daarop kunnen we volmondig ja zeggen. Natuurlijk niet in iedere situatie, maar bij slecht licht en hoge contrasten, zoals felle hooglichten en donkere schaduwen, heeft raw zeker zin. Natuurlijk moet je bij de beeldbewerking niet uitschieten, want het oplichten van schaduwpartijen leidt tot ruis en bij zo'n kleine sensor is er maar weinig speelruimte. Toch kunnen we heel wat meer uit een raw-foto persen dan uit de geoptimaliseerde jpeg's die de camera produceert.
Hieronder zie je een klassieke lastige lichtsituatie, met de zon in beeld en een donker deel op de voorgrond. Dat levert altijd onder- en overbelichte delen op. De camera, in het geval hieronder die van de Lumia, probeert dit te compenseren door de schaduwen van de jpeg's op te lichten. Dat lukt redelijk, maar toch konden we dat dankzij het raw-bestand nog een stuk beter doen. De eerste foto toont de onbewerkte raw-foto zoals die door de camera geproduceerd is, zonder enige vorm van beeldbewerking. De tweede foto betreft de geoptimaliseerde jpeg die door de Lumia 950 is gemaakt en de derde foto is de door ons in Adobe Lightroom bewerkte raw-foto.
Foto 1: de onbewerkte raw-foto. Foto 2: de door de camera bewerkte jpeg. Foto 3: de door ons bewerkte raw.
En tweede reeks raw-foto's, van de Basiliek van Sint-Nicolaas op de Prins Hendrikkade in Amsterdam, hebben we in de avonduren vanaf een statief gemaakt. Dit beeld is ook in de video opgenomen. Tijdens avondlicht is er al snel sprake van uitgebeten delen door felle lampen. En de witbalans raakt soms van de wijs door al het verschillende kunstlicht, zoals ook in de onderstaande reeks, gemaakt met de LG G4 met een sluitertijd van 4 seconden. De eerste foto hieronder toont de jpeg-foto. Zoals je kunt zien is de witbalans nogal geel-oranje en zijn de delen met felle lampen, zoals het gebouw aan de linkerkant, overbelicht.

De onbewerkte raw-foto linksonder heeft dezelfde problemen, maar omdat deze opgeslagen is als 16bit-dng-bestand met lossless compressie, in plaats van als 8bit-jpeg met lossy compressie, kun je ondanks het relatief kleine sensorformaat nog heel wat extra details uit de foto trekken. Zo zijn de overbelichte delen redelijk te corrigeren en kan ook de witbalans makkelijk worden aangepast. Het bewerkte raw-bestand staat rechtsonder.
Sony en Apple
Zoals eerder genoemd bieden Sony en Apple nog geen ondersteuning voor raw-bestanden. Via third-party-apps kun je op de iPhone wel foto's opslaan als een lossless tiff-bestand, maar dan is de foto al pre-cooked, oftewel door de bewerkingsmolen van Apple gehaald. Dat betekent dat er al ruisreductie en dergelijke is toegepast en dat er kleurinformatie verloren is gegaan. Zoals je aan de foto's hieronder kunt zien is het bewerkingsresultaat van het tiff-bestand zeer beperkt.
Hetzelfde geldt dus voor Sony, dat geen raw-ondersteuning heeft ingebouwd en het third-party-apps bovendien niet toestaat foto's met een resolutie van meer dan 8 megapixel te maken.
Raw-bewerking
Dat raw ook op een smartphone wel degelijk een verschil kan maken, kun je hieronder zien. De overbelichte delen van de foto's hierboven zijn nagenoeg verdwenen en ruis kan veel gerichter worden aangepakt. We hebben geprobeerd niet al te veel door te schieten in de bewerking en de ruisreductie, en om de mate van bewerking voor de vier verschillende foto's zoveel mogelijk gelijk te houden. Hieronder zie je de bewerkte raws van de G4, Lumia 950, Nexus 5X en S6 Edge.
Video: van 4k tot stabilisatie
Op het gebied van video zijn dit jaar grote stappen gezet, want alle smartphones in deze vergelijking kunnen filmen in 4k. Hoe dat eruitziet kun je zien in de onderstaande videocompilatie. Voor één scène hebben we gebruikgemaakt van een statief, maar voor de andere hebben we een zelfgemaakt frame gebruikt, waarop alle camera's samen waren gemonteerd voor het filmen. Daardoor konden we een scène met alle zes smartphones tegelijk opnemen en synchroon afspelen.
Het monteren van zes smartphones op één frame ging overigens niet zonder slag of stoot. Door de omvang van de smartphones paste het maar net en doordat de camera-indeling soms per telefoon verschilt, was het passen en meten. Ook de knoppen, die bij iedere telefoon op een andere plek zitten, maakten het ons lastig, omdat we de telefoons natuurlijk verschillende keren moesten aan- en uitzetten. Niet iedere scène is daardoor even goed opgenomen. Door de positie van de camera's én de afwijkende beeldhoek, verschilt het per model wat er wel en niet in beeld komt. Onze Mac Pro's stonden trouwens flink te roken tijdens het renderen, want het verwerken van zes 4k-streams tegelijk is geen sinecure...
Voordat we het over de kwaliteitsverschillen gaan hebben, willen we nog een kritische kanttekening plaatsen bij de Sony Xperia Z5. Sony heeft de 4k-modus namelijk nogal verstopt in de interface. In de videomodus kun je hem niet kiezen; bij de instellingen kun je alleen kiezen voor full hd met 30 of 60fps, 720p-hd, vga en mms-kwaliteit. Als je in 4k wil filmen, moet je dat vreemd genoeg activeren via de 'camera app'. Daar vind je allerlei effecten, zoals 'face in picture', 'sweep panorama' en 'ar effect', en dus ook 4k-video. We vinden dat een bijzonder onlogische en ontmoedigende locatie, die bovendien veel meer handelingen vergt. Als je spontaan gaat filmen, film je dus in de praktijk altijd in full hd, tenzij je naar de app gaat en daar kiest voor de 4k-modus. Die modus is bovendien weer vergeten zodra je de camera-app verlaat, dus je zult dat iedere keer opnieuw moeten doen. Het is ons een raadsel waarom Sony deze optie niet gewoon in de videomodus heeft opgenomen.
Kwaliteitsverschillen
Op basis van de bovenstaande beelden en het ruwe beeldmateriaal kunnen we een aantal conclusies trekken. De Sony Xperia Z5 en de LG Nexus 5X hebben als enige smartphones in deze vergelijking geen optische beeldstabilisatie. Sony past wel digitale stabilisatie toe en doet dat in de meeste gevallen ook wel goed, maar te veel digitale stabilisatie kan tot negatieve beeldeffecten leiden, zoals verlies aan scherpte of een kunstmatig effect. De Nexus past helemaal geen stabilisatie toe, waardoor de uit de hand gemaakte beelden onrustig en schokkerig zijn, in tegenstelling tot die van de andere smartphones. De LG en Lumia stabiliseren goed, maar soms wat overdreven, waardoor een averechts effect ontstaat. De stabilisatie van de Samsung en de iPhone doet het wat ons betreft het beste.
De LG G4 heeft regelmatig moeite om de witbalans goed te krijgen. Vooral aan het begin of eind van een scène doet zich dat voor, waardoor het beeld er extreem blauw of geel uit kan zien. Door de invloed van kunstlicht kan dit zich ook tijdens een opname voordoen. In de compilatievideo vallen de extremen mee, maar in de ruwe beelden is het opvallend.
De Lumia raakt soms even van de kaart met de stabilisatie en de scherpstelling. Dat is vooral te zien aan de scène met de zee, waarbij het beeld erg trilt. De digitale stabilisatie lijkt van slag te raken door de beweging van de golven.
Bij de iPhone oogt het beeld vooral bij avondscènes soms wat donker, maar dat lijkt een bewuste keuze om de ruis te beperken, wat dan ook goed lukt. Ook het beeld van de Samsung is op die momenten wat aan de donkere kant, maar eveneens vrij van ruis en scherp bovendien. De Lumia toont meer details, maar tegelijk beduidend meer ruis. Vanaf een statief toont de Nexus een stabiel, mooi en scherp beeld, maar als je uit de hand filmt, wat in de praktijk het meest zal gebeuren, dan oogt het bijzonder schokkerig.
Samenvatting per model
Op deze pagina geven we per smartphone een korte samenvatting van onze bevindingen, voordat we overgaan tot de conclusie.
/i/2000894696.jpeg?f=imagenormal)
Apple iPhone 6s (Plus)
De iPhone kenmerkt zich door een vrij simpele interface, met niet al te veel opties. Wat hij doet, doet hij goed. Als je tikt op een deel van het scherm, stelt de camera snel scherp en wordt de belichting meteen vergrendeld, waarbij de prioriteit op het onderwerp komt te liggen. Mocht de foto toch nog te licht of te donker dreigen te worden, dan kun je hem heel simpel en effectief bijstellen door je vinger omhoog of naar beneden te vegen. Deze methode van belichtingscompensatie is heel gebruiksvriendelijk en ondertussen door Samsung overgenomen. De beeld- en videokwaliteit van de iPhone is redelijk gebalanceerd en daardoor is dit toestel een goede allrounder. De video's zijn soms wel aan de donkere kant, maar de ruis valt daardoor bij weinig licht wel mee. De stabilisatie werkt vrij goed. De camera kiest daardoor lagere isowaarden, wat de kwaliteit ten goede komt.
De keerzijde van dit alles is dat de iPhone voor meer ervaren fotografen weinig instellingsmogelijkheden biedt. Gelukkig zijn er wel third-party-apps waarmee je zelf de sluitertijd en isowaarde kunt bepalen, maar raw-functionaliteit ontbreekt. De optie om foto's in het lossless tiff-formaat op te slaan zet niet veel zoden aan de dijk, doordat de foto dan al softwarematig door de beeldbewerkingsmolen is gehaald. Verder moet Apple oppassen dat de iPhone niet te veel gaat achterlopen, want de concurrentie gebruikt intussen grotere sensors en lichtsterkere lenzen.
LG G4
De G4 biedt samen met de Galaxy S6 en de Lumia 950 de meeste instelmogelijkheden. De camera kent drie fotostanden: eenvoudig, basis en handmatig, waarbij er telkens meer opties bijkomen. Hij werkt daardoor volledig automatisch, zonder poespas. Als je wil, kun je ook handmatig scherpstellen, de isowaarde en sluitertijd bepalen en belichtingscompensatie toepassen. Daarvoor moet je dus wel naar de handmatige modus. De G4 ondersteunt ook het opslaan in het raw-formaat in de native app. Verder valt hij op doordat je zeer lange sluitertijden kunt gebruiken, tot wel 30 seconden: een unicum. De Lumia en Galaxy halen respectievelijk 4 en 10 seconden.
De knoppen zitten vanuit cameraperspectief een beetje op een gekke plaats, direct onder de camera. Dat betekent dat je relatief vaak vingerafdrukken op de cameramodule zult achterlaten en dat komt de beeldkwaliteit niet ten goede. De foto- en videokwaliteit van de G4 is in de basis in orde, maar wel wat wispelturig, Vooral de witbalans laat zich nog wel eens van de wijs brengen, waardoor de kleuren er onnatuurlijk uitzien. Over- en onderbelichting komen ook wat vaker dan gemiddeld voor en af en toe zijn de beelden aan de zachte kant.
/i/2000894698.jpeg?f=imagenormal)
LG Nexus 5X (6P)
Nexus smartphones blonken tot voor kort nooit uit met hun cameramodule, maar daarin is sinds de komst van de 5X en 6P verandering gekomen. De Nexus bevat net als de Sony een volwaardige 1/2,3"-sensor en doordat de resolutie beperkt is tot 12 megapixels, is de pixel-pitch met afstand het grootst. Dat zien we terug in de foto's, die over het algemeen van goede kwaliteit zijn.
Toch valt de Nexus, los van zijn over het algemeen goede lichtmeting, niet erg op. Dat komt mede doordat Google en LG wat steekjes hebben laten vallen. Wat ons betreft is het een blunder de 5X niet te voorzien van enige vorm van stabilisatie. Alle high-end smartphones bieden dit. Voor video's reduceert digitale stabilisatie schokkende bewegingen en voor foto's kun je dankzij optische stabilisatie met lange sluitertijden en lagere isowaarden uit de hand werken. De Nexus biedt geen van beide en dat valt op. De video's zijn zeer schokkerig en daardoor niet prettig om naar te kijken, en bij foto's wordt al vrij snel gegrepen naar zeer hoge lichtgevoeligheden, met ruis als gevolg. Verder is de camera-app van de Nexus zeer basaal. Een belangrijke functie als belichtingscompensatie is absent, evenals veel andere opties. Gelukkig kun je in plaats daarvan wel third-party-apps gebruiken.
Samsung Galaxy S6 Edge
De Samsung Galaxy S6 Edge(+) bleek op alle vlakken goede resultaten neer te zetten. De camera stelt zeer snel scherp en vergrendelt ook de belichting. Die kun je vervolgens, net als bij de iPhone, heel makkelijk aanpassen door je vinger omhoog of omlaag te bewegen, waardoor je een goed belichte foto zelf in de hand hebt. In de auto-modus biedt de native app al redelijk wat opties, zonder dat het overdadig is. Als je overschakelt naar de zogenaamde prof-modus kun je ook de sluitertijd, isowaarde, belichtingscompensatie, witbalans en scherpstelling zelf regelen. Je hebt dan ook de mogelijkheid om je foto op te slaan als raw-bestand, zodat je hem later zelf kunt bewerken.
De foto's die de telefoon produceert zijn zeer scherp, al komt dat ook door softwarematige verscherping. Ook de witbalans doet het goed en de ruisreductie is vrij effectief. De videokwaliteit mag er eveneens wezen, al is het jammer dat optische stabilisatie niet mogelijk is in 4k. Al met al is de Galaxy een goede allrounder, die op smartphoneniveau prima foto's en video's aflevert, zich prettig laat bedienen en daarnaast alle mogelijke instellingsopties biedt.
/i/2000894700.jpeg?f=imagenormal)
Sony Xperia Z5
De Xperia Z5 valt op met zijn grote 1/2,3"-multi-aspectsensor en mooie 24mm-groothoek. Ook zijn we gecharmeerd van de speciale fotoknop aan de zijkant van de body, waarmee je de cameramodus razendsnel kunt activeren, ook als de telefoon uitstaat. Diezelfde knop kun je ook gebruiken om foto's te maken. De scherpstelsnelheid is prima, maar het is wel wat raar dat de camera opnieuw gaat scherpstellen nadat je via touchfocus handmatig een punt op het scherm hebt geselecteerd. De beeldkwaliteit die de Xperia aflevert, is over het algemeen prima, maar wisselt soms wel. Hij valt daardoor niet in positieve zin op tussen de andere high-end smartphones.
Sterker nog, we zijn een beetje teleurgesteld door een aantal vreemde keuzes. Zo beschikt de Z5 niet over optische beeldstabilisatie, wat voor een high-end model toch wel tegenvalt. Digitale stabilisatie is prima voor video, maar niet voor het realiseren van lange sluitertijden en lagere isowaarden bij foto's. Ook is het, juist voor een sterk en innovatief cameramerk als Sony, een tegenvaller dat er geen ondersteuning voor raw is. De native app biedt dit niet en Sony stelt third-party-apps evenmin in staat deze functionaliteit te gebruiken, terwijl dat tegenwoordig in Android toch wel standaard aan het worden is. Ook mogen third-party-apps niet de volledige resolutie van de camera gebruiken, maar blijft dit steken op 8 megapixel. Tot slot vinden we het wegmoffelen van de 4k-fotomodus tussen de creatieve apps in plaats van in de videomodus een flater. Sommige minpunten zijn misschien in de toekomst softwarematig op te lossen, maar het is sterk de vraag of dat gaat gebeuren.
Microsoft Lumia 950
Nokia, en tegenwoordig Microsoft, heeft in zijn Lumia-smartphones altijd veel aandacht besteed aan fotografie. Zo is de camera-interface wat ons betreft superieur aan die van de andere smartphones. Hij is overzichtelijk, maar veel semihandmatige functies zitten toch onder handbereik. Niet alleen boven in het scherm, maar ook als je het camera-icoon naar links sleept, waarna alle instellingen over het scherm geprojecteerd worden en je deze met je duim vlot kunt aanpassen. Vooral voor de meer ervaren fotografen is dat prettig. Voor minder ervaren fotografen zijn de vele opties in de interface te beperken tot de flitser en 'rich capture'. Die laatste functie werkt overigens heel effectief en leidt volledig geautomatiseerd tot een evenredige belichting en meer dan gemiddeld veel details in schaduwen en hooglichten, al ziet het er soms een beetje kunstmatig uit.
De camera biedt verder alle mogelijke opties, zoals handmatige sluitertijden, isowaarden, scherpstelling en het aanpassen van de witbalans en de belichting. Zelfs bracketing met drie tot vijf foto's met verschillende belichtingen wordt ondersteund. Dankzij de triple-flitser kun je achteraf de best ogende flitsfoto selecteren. De camera is overigens, net als bij de Xperia, direct te starten via een knop aan de zijkant. De scherpstelsnelheid is goed, maar in vergelijking met de andere smartphones in deze vergelijking is hij soms wel aan de slome kant, vooral bij mindere lichtomstandigheden. De fotokwaliteit viel vaak in positieve zin op. De videokwaliteit laat nog te wensen over, al schijnt een firmware-update wel het een en ander te verhelpen, maar helaas te laat voor onze test.
Conclusie
Hoewel de zes high-end smartphones allemaal behoorlijk meer functies en een betere beeldkwaliteit bieden dan de topmodellen van een paar jaar terug, zijn er nog steeds flinke verschillen. Dat geldt niet zozeer voor de trend van de steeds betere hardware die gebruikt wordt, zoals een grotere sensor en een lichtsterkere lens, maar vooral op het gebied van software zijn de verschillen groot. Dat is onder meer terug te zien in de interface, waarover iedere fabrikant verschillend lijkt te denken. De een wil deze zo simpel mogelijk houden, terwijl de ander speciale modi voor uiteenlopende doelgroepen maakt en daarbij dus ook meer geavanceerde mogelijkheden faciliteert. Denk aan het kunnen instellen van de sluitertijd, de isowaarde en belichtingscompensatie tot en met het aanpassen van de witbalans en de scherpstelling. Het zijn zaken die je niet dagelijks nodig zult hebben, maar die op bepaalde momenten goed van pas kunnen komen, zeker nu de smartphone steeds vaker als standaardcamera wordt gebruikt.
Dat drie van de zes smartphones - de Galaxy, Lumia en G4 - standaard raw ondersteunen in hun native interface is goed nieuws voor de meer ervaren fotograaf. Als je een mooie wolkenlucht niet goed belicht krijgt of de camera de witbalans compleet in de soep gooit, kun je dat makkelijk achteraf nog herstellen. Dat heeft bij kleinere sensors minder zin dan bij grotere, maar het kan wel. Hoewel de Nexus dit niet standaard ondersteunt, kan het wel met behulp van een third-party-app. Sony heeft deze optie vreemd genoeg niet beschikbaar gemaakt bij de Xperia Z5 en ook apps van derden kunnen de camera maar ten dele benutten. De iPhone ondersteunt eveneens geen raw en foto's opslaan als lossless tiff-bestand heeft eigenlijk maar weinig zin.
Als het aankomt op de beeldkwaliteit zijn alle smartphones in staat om goede en scherpe foto's te produceren. Zeker bij goed licht valt er weinig op aan te merken. De automatische beeldoptimalisatie kan ook minder ervaren fotografen helpen om foto's met donkere schaduwen en felle lichten te verbeteren. De sensor en optiek zijn bovendien prima in staat om bij weinig licht te fotograferen, iets waarvoor je enkele jaren terug nog een 'echte camera' nodig had. Dat kan zowel uit de hand, met behulp van optische beeldstabilisatie, als vanaf een statief of leunend op een muurtje. Toch zien we nog wel grote verschillen als het gaat om de belichting, scherpte en de mate van ruis. Vooral het gebrek aan optische stabilisatie bij de Xperia en de Nexus is spijtig. De G4 is wat minder consistent met de witbalans en de scherpte.
Alle smartphones kunnen filmen in 4k. Zelfs voor wie nog geen uhd-tv thuis heeft staan is dat interessant, want op het moment dat dit wel het geval is, zijn de video's alsnog in volle glorie te bekijken. Uiteraard neemt dit wel meer geheugenruimte in beslag. Sony heeft de 4k-functie bij de Xperia nogal verstopt, waardoor het opletten geblazen is als je deze modus wil gebruiken. Met digitale stabilisatie is er ook uit de hand best redelijk te filmen. Het is daardoor des te spijtiger dat de Nexus hier niet mee is uitgerust. Het beeld is daardoor schokkerig en onaangenaam om naar te kijken. Vanaf een statief ziet het er weer prima uit, maar wie doet dat met een smartphone?
Iedere smartphone heeft zo z'n plus- en minpunten als het op foto's en video's aankomt. De keuze is daardoor erg persoonlijk, te meer omdat veel mensen ook erg gehecht zijn aan een bepaald besturingssysteem, iets wat we in deze vergelijking bewust buiten beschouwing hebben gelaten. Als we van deze zes toppers de beste smartphone moeten kiezen, komen we uit op de Samsung Galaxy S6 (Edge, Edge+). Deze is het meest allround, vrij stabiel wat de foto- en videokwaliteit betreft en hij biedt vrijwel alle opties.
Scorekaartwiskunde bestaat niet. Ons eindoordeel is op veel meer factoren gebaseerd dan met plussen en minnen kan worden uitgedrukt.