Intel heeft aangekondigd dat het Indysis, een bedrijf dat zich specialiseert in het herkennen van natuurlijke taal en kunstmatige intelligentie, heeft overgenomen. De overname is deel van Intels plan om zich meer te richten op perceptual computing.
Indysis is een Spaans bedrijf dat zich richt op het herkennen van natuurlijke taal en in het algemeen op de cognitieve wetenschap en kunstmatige intelligentie. De technologie van Indysis wordt onder meer door Boeing gebruikt, in een project genaamd Atlantis, waarbij interfaces worden gemaakt voor het besturen van onbemande voertuigen. Ook veel Spaanse bedrijven maken gebruik van de technologieën van Indysis.
Intel en Indysis werken al langer met elkaar samen; in november 2012 leidde Intel Capital een investeringsronde, waarmee het 6 miljoen dollar wist op te halen voor Indysis. De chipgigant gaat dit keer een stap verder en bevestigt de overname, schrijft TechCrunch. De werknemers van het Spaanse bedrijf zullen bij Intel aan de slag gaan. Hoeveel er betaald is voor de overname, is niet bekendgemaakt, maar uit geruchten blijkt dat het om iets meer dan 26 miljoen dollar gaat.
De overname is onderdeel van Intels plan om te investeren in 3d-visualisatie en perceptual computing, waarbij gedacht moet worden aan gebaar-, aanraak- en spraaktechnologieën en kunstmatige intelligentie. In april 2013 investeerde Intel al 100 miljoen dollar om deze strategie vorm te geven en te realiseren. Intel is van plan om spraakherkenning een belangrijk onderdeel te maken van zijn processorportfolio. Het eerste resultaat hiervan was eerder deze week al zichtbaar, toen een notebook op de Intel Developers Conference onthuld werd met een camera met Kinect-achtige functionaliteit.