Apple heeft een nieuwe update van OS X 10.8 uitgebracht die de snelheidsproblemen met 802.11ac-wifi oplost. De snelheid van de laatste wifi-versie bleef onder OS X ver achter bij de verwachte doorvoersnelheid, maar is na de update weer op peil.
OS X 10.8.5 is, zoals de naam al aangeeft, de vijfde update van het besturingssysteem. De patch bevat een aantal beveiligingsupdates en hij lost een reeks problemen op, onder andere met betrekking tot het niet weergeven van afbeeldingen in Mail, het spontaan verschijnen van de screensaver, de betrouwbaarheid van de overdracht van grote bestanden over ethernet en de authenticatie-prestaties voor Open Directory-servers.
Het probleem dat de meeste aandacht kreeg de afgelopen maanden was echter de beperkte snelheid van de nieuwe 802.11ac wifi-verbindingen bij het kopiëren van bestanden tussen de MacBook Air en een pc of andere Mac. Die snelheden kwamen niet ver boven die van wifi-n-verbindingen uit. Als een gebruiker Windows 8 op de Apple-laptop zette, waren de snelheden wel naar verwachting en AnandTech constateerde dat de oorzaak bij beperkte tcp window-scaling van OS X gezocht moest worden.
Ars Technica probeerde of de update de problemen oplost en kopieerde een groot bestand tussen een Mac mini uit 2012 en de nieuwe MacBook Air. Beide systemen waren met een recente AirPort Extreme Base Station verbonden: de Mac mini via ethernet en de Air via wifi-ac. De site testte beide systemen zowel onder 10.8.4 als onder 10.8.5 en bij gebruikmaking van afp en smb-protocol. De verbetering is volgens Apple bij afp doorgevoerd en zorgt voor een verdubbeling van de doorvoersnelheid. Bij OS X 10.9 Mavericks stapt Apple overigens over op Microsofts smb2.