Volgens The New York Times probeert de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-il bij te verdienen door een speciale overheidsdienst populaire Zuid-Koreaanse mmog's te laten spelen en de bijeengespeelde virtuele goederen te verkopen.
Volgens de Zuid-Koreaanse regering hebben de Noord-Koreaanse buren een nieuwe manier gevonden om de staatskas te spekken, zo meldt The New York Times. De Noord-Koreaanse leider Kim Jong-il zou een groep hackers opgezet hebben, die opereert vanuit Noord-China. De hackers zouden zich richten op populaire Zuid-Koreaanse mmog's als Lineage en Dungeon and Fighter. De groep zou de servers van de mmog's gehackt hebben, waardoor het mogelijk werd om een batterij van 'tientallen' pc's de games geheel geautomatiseerd te laten spelen. De virtuele goederen die de hackers op die manier bij elkaar speelden, werden vervolgens online te koop aangeboden.
De groep zou op die manier in twee jaar tijd zes miljoen dollar verdiend hebben. Ruim de helft daarvan diende als inkomsten voor de hackers zelf, maar de rest van het bedrag werd afgedragen aan de noodlijdende Noord-Koreaanse regering, volgens een woordvoerder van de Zuid-Koreaanse International Crime Investigation Unit.
De woordvoerder kon echter ook melden dat er in verband met de hacks inmiddels vier Zuid-Koreanen en een Chinees zijn aangehouden. De hackers zelf bleven buiten schot. De Zuid-Koreanen denken echter wel te weten dat de groep afkomstig is uit het officiële Korea Computer Center in Pyongyang en van de Korea Neungnado General Trading Company. Beide hebben banden met Office 39, een schimmig bureau van de communistische partij, dat opdracht heeft om buitenlandse valuta binnen te halen, aldus de politiewoordvoerder. Diezelfde woordvoerder maakte ook duidelijk dat het opzetten van centra met geautomatiseerd spelende pc's vaker voorkomt en dat er meer van dergelijke centra voorkomen, zowel in China als in Zuid-Korea zelf.