Noord-Korea is bezig met de ontwikkeling van een Linux-distributie onder de naam Red Star. Het besturingssysteem gebruikt KDE als desktop environment en heeft uiterlijk veel weg van Windows.
Het bestaan van Red Star kwam aan het licht toen een Russische student, die in Noord-Korea studeert, een recensie van het besturingsysteem op zijn blog plaatste. De dvd zou een 'persoonlijke' boodschap van leider Kim Jong-il bevatten waarin deze de ontwikkeling van een Noord-Koreaanse Linux-distributie steunt en aanmoedigt.
Na het installeren van de distributie, wat ongeveer vijftien minuten duurt, wordt een bureaublad getoond dat veel van Windows weg heeft. Linksonder zit een startknop met rechts daarvan een quicklaunch-knop, en rechtsonder is een system tray te vinden. Op de desktop staan iconen voor 'My Computer', een introductiepagina en de prullenbak.
De ontwikkelaars hebben onder andere een drietal games, een firewall, een virtual machine om Windows te draaien en OpenOffice.org meegeleverd. Wat verder opvalt is dat de propaganda waar Noord-Korea om bekendstaat, niet in de software is terug te vinden. Ook zijn er geen maatregelen genomen om de gebruiker in zijn handelen te beperken. Zo is het volgens de Rus mogelijk om van externe repositories te downloaden.
Toch betekent dit niet dat Noord-Koreanen met deze distributie zomaar online kunnen. Internetgebruik is in Noord-Korea alleen weggelegd voor een selecte groep mensen binnen de overheid. Burgers hebben alleen toegang tot een gesloten, gecontroleerd netwerk, dat Kwangmyong heet. Wie een kopietje van Red Star hoopt te bemachtigen, moet overigens ook een goed woordenboek paraat hebben: de enige ondersteunde taal is het Koreaans.