Een aantal dagen na dato, eigenlijk not done, maar here goes:
Dan komen we weer op de gebroken ruit, de middelen die ingezet worden om (dure) sinasappels te kweken kunnen niet meer gebruikt worden om andere meer efficient (en ook gewilde) goederen te produceren.
Dat klopt wel, maar in de situatie is het natuurlijk wel zo, dat wij door de dusdanig onevenredig verdeelde welvaart een zo grote hoeveelheid geld hebben, dat het eigenlijk niet écht interessant is. Ja natuurlijk, we hebben het er over. En ja natuurlijk, het is niet altijd even efficient. Maar dan nog; wat merken wij ervan? In de praktijk?
Nee hoor, eigenlijk is geld gewoon een goed net als ieder ander goed, wat in waarde kan dalen als het overvloediger wordt (inflatie) of stijgen als het schaarser wordt (deflatie). Maar dat is een technisch verhaal, lees ander Rothbard eens: What has government done to our money (iig het eerste hoofdstuk). Voor dit soort discussies kan je beter niet kijken naar geld maar alleen naar alle andere goederen en diensten die geleverd worden (of vernietigd).
Juist, dus als de $250 niet wordt gebruikt voor de kleermaker, maar voor de ruitenzetter... Dan maken we toch gewoon $250 bij? Het principe van "$250 naar de ruitenzetter betekent nooit die $250 voor de kleermaker", impliceert dat er nooit geld bijkomt.
In, volgens mij, Zimbabwe is er hyperinflatie. Komt doordat de regering daar eigenlijk alleen nog maar kleermakers heeft, en die kleermakers willen ook geld hebben. Maar omdat andere landen alleen nog maar glaszetters willen, gaat alle geld naar die landen toe. Dus we drukt Zimbabwe geld bij. Dan krijgen we dus devaluatie van de Zimbabwaanse dollars. Simpel als dat. Eigenlijk is het natuurlijk veel 'eerlijker' als er minder gebroken ruiten in de wereld zouden zijn, en dat we daardoor meer kleermakers aan 't werk konden houden. Maar dat is nu eenmaal niet zo. Echter; ik en jij eten er geen biefstuk minder om, toch?
Maar goed, als we dan alleen kijken naar goederen die worden geproduceerd of vernietigd: in 'onze westerse wereld' hebben wij als westerlingen, zoals boven gezegd, zoveel te veel aan zoveel dingen (bijv. eten). Dat er eigenlijk vrijwel nooit ergens schaarste aan hoeft te zijn (behalve kunstmatige schaarste uit marketingoogpunt). Nu zouden wij dus iets minder van X produceren omdat we zelf Y maken... Dan hebben we nóg te veel X.
Wat is dan voor ons de drijfveer om Y door een derde wereld land te laten produceren?