Nasa's Fermi Gamma-ray Space Telescope kan dankzij de hulp van Europese supercomputers wellicht binnen een paar jaar donkere materie opsporen. Astronomen zijn al driekwart eeuw op zoek naar deze bouwsteen van het universum.
Het kostte de supercomputers ruim 3,5 miljoen processoruren om de berekening te maken, zo hebben de onderzoekers gezegd in een artikel in het wetenschappelijke tijdschrift Nature. De donkere materie kan het best gevonden worden door de telescoop tien tot dertig graden buiten het centrum van het melkwegstelsel te richten.
Het onderzoek met de supercomputers, waar onder meer de Groningse computer Stella voor is ingezet, was nodig om een simulatie te maken van het ontstaan van donkere materie, miljarden jaren geleden. Door dat te simuleren, konden de computers een berekening maken waar de donkere materie zich zou kunnen bevinden. De onderzoekers hopen dat donkere materie zich dicht bij ons zonnestelsel bevindt, zodat de telescoop het kan detecteren.
Fermi zou binnen een paar jaar donkere materie moeten kunnen vinden. Dat zou een enorme doorbraak zijn in de astronomie, vindt professor Simon White van het Duitse Max Planck Institut. "Het oplossen van het raadsel van donkere materie zou een van de grootste wetenschappelijke prestaties zijn van de moderne tijd."
