Een oude tape van het befaamde Bell Labs met daarop mogelijk Unix-versie 4 is gevonden bij opruimwerk in een kelder van de universiteit van Utah. Als het handgeschreven label correct is en de tape valt te lezen, wordt hiermee belangrijke computergeschiedenis hersteld.
De vierde versie van het computerbesturingssysteem Unix is significant omdat het de eerste release was die grotendeels was herschreven in de toen nieuwe computertaal C. Deze release is later grotendeels verloren gegaan; een complete kopie lijkt niet meer te bestaan, meldt professor Robert Ricci van de Universiteit van Utah. Hij maakt de vondst van de 52 jaar oude tape bekend in een post op sociaal netwerk Mastodon. De tape gaat naar het Computer History Museum om te zien of de data erop nog leesbaar is.
Het handschrift op het label van de tape is door Ricci herkend als dat van informaticus en Unix-expert Jay Lepreau, die in 2008 overleed. Hij zou Unix hebben geïntroduceerd in de computergemeenschap in Utah in de jaren tachtig. Lepreau droeg ook bij aan de ontwikkeling van BSD-varianten van het besturingssysteem, zoals een uitvoering voor de eigen PA-RISC-processors van HP. De nu gevonden tape zou zijn ontvangen door computerwetenschapper Martin Newell, gespecialiseerd in computergraphics en bekend van het driedimensionale theepotmodel dat in veel benchmarks dienst doet.
Medewerkers van de Universiteit van Utah vonden de tape bij het uitruimen van een opslagruimte. Volgens het handgeschreven label op deze oude negensporentape is daarop opgeslagen 'UNIX Original from Bell Labs v4', schrijft The Register. Bell Labs is het laboratorium van het Amerikaanse telefoniebedrijf Bell, later overgenomen door telecomreus AT&T. In dat laboratorium deden wetenschappers fundamenteel onderzoek, ook op informaticagebied. Dat leverde diverse innovaties op, waaronder het besturingssysteem Unix, dat later een fundamentele rol speelde bij de ontwikkeling van internet en als indirecte inspiratie diende voor het ontstaan van Linux.