Het Hof van Justitie heeft vonnis gewezen in een zaak tussen de Belgische telecomwaakhond BIPT en Skype. De waakhond gaf Skype een boete, omdat SkypeOut zich niet als telecomdienst wilde aanmelden, maar volgens het EU-Hof is de dienst wel degelijk een telecomdienst.
Het gaat hier specifiek om de definitie van 'elektronische-communicatiedienst' uit een Belgische telecomwet, wat daar precies onder valt en dus de vraag of SkypeOut als zo'n dienst moet worden aangemerkt. De EU-rechters oordelen dat SkypeOut als zo'n dienst moet worden beschouwd, wat betekent dat het bedrijf moet voldoen aan de regelgeving die in België geldt voor aanbieders van telecommunicatiediensten. In het arrest gaat het Hof van Justitie in op zogeheten prejudiciële vragen. Met die vragen verwees een Belgische rechter de zaak door naar de hoogste EU-rechter. Dat gebeurde omdat de materie ook in het vaarwater van een Europese richtlijn over elektronische communicatie kwam.
Volgens de rechters van het Hof van Justitie bestaat de functionaliteit van SkypeOut voornamelijk uit het via elektronische-communicatienetwerken overbrengen van door de oproepende gebruikers uitgezonden spraaksignalen naar de opgeroepen gebruiker. Ze oordelen dat de omstandigheid dat de SkypeOut-gebruiker toegang heeft tot de voipdienst via een internettoegangsdienst die zelf geen telecomdienst is, niet automatisch betekent dat SkypeOut zelf ook niet als telecomdienst kan worden aangemerkt. De rechters vinden ook dat een passage in de algemene voorwaarden van SkypeOut, namelijk dat Skype niet aansprakelijk is voor het overbrengen van signalen, geen invloed heeft op de vaststelling dat SkypeOut als elektronische-communicatiedienst gezien moet worden. Verder stellen de rechters vast dat SkypeOut-gebruikers moeten betalen voor de belverbindingen en dat daarbij gebruik wordt gemaakt van telecomproviders. Dit alles maakt dat SkypeOut als aanbieder onder de EU-telecomrichtlijn valt en dus dat BIPT het bij het rechte eind had.
BIPT legde moederbedrijf Skype Communications in 2016 een boete van 223.454 euro op, omdat de toezichthouder vond dat de dienst SkypeOut een telecomdienst is en dus verplicht is zich aan te melden als aanbieder. Skype was het hier niet mee eens. Het bedrijf stelde dat gesprekken met SkypeOut via telecom- en internetproviders lopen en dat het zelf slechts de interface aanbiedt. Skype zelf bezit geen infrastructuur om gegevenspakketten te versturen, zo vindt het bedrijf. Aldus kan het met SkypeOut niet onder de definitie van een aanbieder vallen, omdat er met de beldienst alleen signalen worden overgedragen, aldus de mening van Skype. Het bedrijf ging in beroep en vroeg om een doorverwijzing naar het Hof van Justitie.
Nu het in Luxemburg gevestigde EU-Hof heeft geoordeeld dat SkypeOut een telecomdienst is, moet Skype met deze dienst voldoen aan wetgeving over netwerkveiligheid, gegevensbescherming en toegang tot nooddiensten. Dit zal nu waarschijnlijk ook gaan gelden voor andere, vergelijkbare internetbeldiensten.