Advertenties die zijn gebaseerd op trackingcookies, leveren ongeveer vier procent méér geld op dan advertenties die contextgerelateerd zijn. Wetenschappers onderzochten de relatie tussen gepersonaliseerde online advertenties en de inkomsten daarvan, maar vonden slechts minimale verschillen.
Het onderzoek is afkomstig van wetenschappers van de Universiteit van Californië, Irvine, Minnesota, en de Carnegie Mellon Universiteit. De wetenschappers bestudeerden de inkomsten van miljoenen advertentietransacties van een groot Amerikaans mediabedrijf met 'veel kranten en tijdschriften en bijbehorende websites'. In het onderzoek werd gekeken naar wat die advertenties de uitgever uiteindelijk opleveren. Van alle advertenties op de sites van het bedrijf werd meer dan negentig procent via een zogeheten 'open veiling' geplaatst.
De onderzoekers keken ook naar de verschillende gebruikers die op de websites kwamen, en of zij cookies automatisch weigerden in hun browser. Ook onderzochten ze de verschillen tussen bezoekers die van een desktop of juist van mobiel kwamen, en andere variabelen zoals hun locatie. Door dat soort variabelen mee te rekenen kwamen de wetenschappers tot een berekening waarbij de gemiddelde opbrengsten van een advertentie kunnen worden berekend. Voor gebruikers bij wie een trackingcookie wordt geplaatst, zijn die opbrengsten slechts vier procent hoger dan voor gebruikers bij wie een advertentie wordt geplaatst op basis van de inhoud van een artikel. Dat zou neerkomen op zo'n 0,00008 cent per advertentie.
De onderzoekers zeggen dat hun bevindingen bijdragen aan het publieke debat rondom trackingcookies. "Alle problemen rondom de advertentie-economie zoals privacyschendingen en surveillance werden altijd goedgepraat vanwege hun zogenaamde grote waarde voor uitgevers", zegt onderzoeker Ashkan Soltani tegen de Wall Street Journal. Ook in Europa is dat debat relevant, met name rondom toestemming die gebruikers moeten geven voor het plaatsen van trackingcookies.