Ja je kan dit weten zonder de vragenlijst te bekijken.
- Om te beginnen is het al zeer moeilijk om een vragenlijst op te stellen die gevalideerd is. Veel vragen worden gesteld vanuit het standpunt van de onderzoeker. Zo kan de manier waarop een vraag gesteld wordt, het antwoord en dus het resultaat beïnvloeden. Bv. Wanneer mijn kind langer dan 5u per dag van een beeldscherm gebruik maakt, vertoont hij meer moeilijk gedrag. Hierop zijn verschillende antwoorden mogelijk, gaande van Ja/neen, naar helemaal akkoord, akkoord, neutraal, niet akkoord, helemaal niet akkoord tot 'geef uw mening met een score van 1 tot 5 (1= helemaal niet akkoord, 5 = helemaal akkoord).
Daarnaast heb je nog de perceptie van de ouder die reageert op de vraag. Wat is 'langer dan 5u'? Hoe weet de ouder dat het kind langer dan 1, 2, 3, ... uur achter een beeldscherm zit? Wat is trouwens een beeldscherm? Wat is de afstand tot het scherm? Wat is moeilijk gedrag? Allemaal factoren die per persoon verschillend geïnterpreteerd kunnen worden. Daarom... gevalideerde vragenlijst. Ik zie er in de artikels niets van terug en het is overigens niet eenvoudig om zo een vragenlijst zomaar op te stellen. Dat type vragenlijst zal dan internationaal gebruikt gaan worden voor verder onderzoek (zoals bv. de
DOS-score voor delirante patiënten wordt gebruikt. En zelfs bij gevalideerde vragenlijsten moet je oppassen met vals positief en negatieven. Mits ik hier niets van teruglees, krijgen ze het nadeel van de twijfel.
- De manier van interview: dit gebeurde telefonisch. Er is dus een minimale controle op correctheid van de gegeven informatie.
- Bias: het lijkt me zeer sterk dat bij een telefonisch onderzoek niet wordt verduidelijkt waarover het onderzoek gaat. Leuk voor de geïnterviewde, maar dit zorgt er wel voor dat de geïnterviewde sneller antwoorden zal geven die 'verwacht' zullen worden. Een persoon die weet waarvoor hij geïnterviewd zal worden, zal sowieso hierdoor beïnvloed worden.
- Controle-groep: Er wordt hier geen enkele controlegroep gebruikt. Naast de systematic review nochtans dé manier om ervoor te zorgen dat je onderzoek serieus wordt genomen. Hier wordt een interview gedaan over één onderwerp en met de antwoorden gaan ze dit proberen in verband te brengen met een 'probleem. Als je dan conclusies wil trekken, moet je een controlegroep hebben om aan te tonen dat jouw variabele (schermtijd) waarnaar je opzoek bent, de oorzaak is van het geconstateerde gevolg (gedrag).
- (causaal) Verband: Deze studie zegt: wij onderzoeken x, en onze variabele x heeft géén invloed op uitkomst y. Heel mooi. Maar hier bewijs je niets mee. Een verband vinden is makkelijk. Bewijzen dat dit verband het gevolg is van jouw variabele is iets anders. Daarvoor heb je een controlegroep nodig, én voldoende tijd om het te onderzoeken.
- Tijd: wil je deftig onderzoek doen, moet je tijd investeren. Steek tijd in je 'studiepatiënten'. Die tijd gebruik je om je variabelen in kaart te brengen, en om omgevingsvariabelen die je niet nodig hebt, uit te schakelen. Een interview kan dit niet doen. Een interview is een momentopname en kan niet aantonen dat jouw variabele de oorzaak is van uitkomst y.
Dit is gewoon een onderzoek dat uitgevoerd is om de kranten te halen. Er wordt niet bewezen, maar het gaat vlot over de tong. Dit soort onderzoek kan in de (fictieve) rij van 'koffie is goed tegen dementie', 'chocolade verbetert je bedprestaties', 'rode wijn is goed tegen prostaatkanker', 'één rode biet per dag beschermt je tegen longkanker'. Allemaal onderwerpen die goed verkopen, maar als je het écht wil bewijzen, moet je 2 groepen voor lange tijd isoleren en zorgen dat de enige variabele die wisselt, degene is die jij onderzoekt. Dat is bijna onmogelijk. Daarom mogen (bijna) al die onderzoeken meteen de vuilbak in. Want ze kunnen nooit aantonen dat het die rode biedt is die ervoor zorgt dat je geen longkanker krijgt, maar dat het gaat om mensen die meer bewegen, meer groenten en fruit eten en minder alcohol consumeren.
Conclusie: Leef met mate. Dat is het gezondste advies.
Pryzbylski adds in conclusion: ‘To be robust, current recommendations may need to be re-evaluated and given additional consideration before we can confidently recommend that these digital screen-time limits are good for young children’s mental health and wellbeing’.
Een zeer straffe conclusie. Meer voorkomend is dat wordt geconcludeerd dat meer wetenschappelijk onderzoek noodzakelijk is om conclusies te trekken. Dat zou hier beter op zijn plaats zijn, want hier wordt
niets bewezen.
Voor zij die willen weten hoeveel nonsens er in de 'wetenschap' worden verkondigd:
deze site houdt elke week enkele onderzoeken die het goed doen in de media onder de loep. Snel naar de conclusies springen is voldoende om te weten hoeveel onzin er wordt verkocht in de wetenschap.
Zo haalde bv. het onderzoek dat 'mannen
écht zieker zijn' op menig nieuwssite de hoofdtitel. Jammer genoeg
ging het om een grap voor de kersteditie van een wetenschappelijk magazine. Zo erg is het dus gesteld met brononderzoek...
[Reactie gewijzigd door maarte997 op 24 juli 2024 17:53]