Onderzoekers van de University of California in Berkeley hebben zogenaamde 'neurale stofjes' gemaakt ter grootte van een flinke zandkorrel die in het lichaam geïmplanteerd kunnen worden en hun energie krijgen uit ultrasoon geluid, waarmee de sensor ook uit te lezen is.
Het 'neurale stof' kan gebruikt worden om functies in het lichaam realtime te monitoren of te stimuleren, zoals zenuwen, spieren of organen. De sensors worden aangestuurd via een externe omzetter of transducer die een piëzo-elektrisch kristal aandrijft. Aan dat kristal zit een simpel elektronisch circuit vast dat reageert op de spanning tussen twee elektrodes. De spanning die staat over de elektrodes kan vervolgens via het terugkerende ultrageluid worden uitgelezen.
De onderzoekers deden eerder experimenten met radiogolven, maar die dringen niet diep genoeg door in het lichaam waardoor mogelijk te hoge stralingsdoses nodig zijn om te communiceren met de sensors. Ook is het makkelijker met ultrageluid om zeer kleine apparaten te bereiken, zegt een van de onderzoekers op de site van de universiteit.
De eerste versies van de sensors bestonden nog uit gecoate circuits met een epoxyhars, maar op dit moment worden de 'stofjes' van biocompatibele dunne films gemaakt die mogelijk langer dan tien jaar in het lichaam kunnen verblijven.
Het eerste doel van het project was om een volgende-generatie brein-machine-interface te maken waardoor het niet meer nodig is om elektrodes in de hersens te implanteren met een draadje dat naar buiten moet via een gaatje in de schedel. Voordat het zover is, moeten de sensors nog een stukje kleiner worden, namelijk zo'n 50 micrometer.
Bron: Cell