De laatste build van Windows 10 blijkt nog een extraatje te bevatten: de mogelijkheid om een virtuele machine te draaien in een virtuele machine. De optie zorgt ervoor dat bepaalde hardwaremogelijkheden worden gevirtualiseerd om een hypervisor in een vm te draaien.
Al eerder werd bekend dat de laatste build van Windows 10 verschillende nieuwe mogelijkheden introduceerde, zoals een meedenkende Cortana en het synchroniseren van favorieten tussen verschillende Edge-browsers. Wat Microsoft nog niet bekendmaakte, is dat er ook nested virtualization mogelijk is in Hyper-V.
Een forumpost op Technet.com legt verder uit hoe het te laten functioneren, maar waarschuwt ook dat het een very early preview is, iets dat leidt tot een lange lijst met 'bekende problemen' en vereisten, zoals dat beide hypervisors de laatste versie van Hyper-V moeten zijn.
Voor gebruikers van Windows 10 zal de toevoeging over het algemeen niet heel belangrijk zijn, aangezien nested virtualization gericht is op Windows Server 2016. De Hyper-V in Hyper-V-mogelijkheid werkt alleen met hardware met virtualisatie-ondersteuningen, zoals Intel VT-x en AMD-V, anders werkt Hyper-V helemaal niet, al werkt de nested-versie vooralsnog alleen met Intel.