Door Arnoud Wokke

Redacteur Tweakers

De opkomst en ondergang van Layar

Hoe Nederlandse start-up bijna techgigant werd

22-07-2021 • 08:31

106

Multipage-opmaak

Inleiding

Een robot tikt tegen de telefoon aan. Een zware stem die zo uit een trailer van een Hollywood-film lijkt te komen, neemt het woord. "Can a smartphone augment your reality?" Op het beeld van de smartphone is een app te zien die de locatie van restaurants toont over een camerabeeld heen. Het is onderdeel van de invloedrijkste reclamecampagne in de telecomwereld ooit: Droid Does van de Amerikaanse provider Verizon. Het bezorgde de boost aan Android die het mobiele besturingssysteem tot wereldwijde marktleider maakte.

En die app die je ziet? Dat is Layar, zo vertelt de stem. Die app komt niet uit Silicon Valley, maar uit Amsterdam. Het had de 'Google van augmented reality' moeten worden, een techgigant van Nederlandse bodem. De oprichters waren een tijdlang rocksterren, gaven Ted-talks en spraken geregeld met de jetset van Silicon Valley. De directies van Google, Apple en Facebook kenden de oprichters en hielden het bedrijf in de gaten.

En toch liep het anders. Na een vliegende start in 2009 en een miljoeneninvestering van Intel ging het roer in 2011 om, in een poging om er een winstgevend bedrijf van te maken. Uiteindelijk lukte dat niet en verkocht Layar zichzelf aan een Amerikaanse concurrent in 2014. En die ging een paar jaar later zelf failliet.

Dit is het verhaal van misschien wel de invloedrijkste smartphonestart-up van Nederlandse bodem tot nu toe. Het verhaal van een bedrijf dat op weg leek om toe te treden tot de elite van de wereldwijde techsector. Tweakers sprak in de afgelopen maanden met betrokkenen om te achterhalen hoe Layar ontstond, hoe het uitgroeide tot de lieveling van Silicon Valley en hoe het daarna tóch nog misging.

Het begin

Het verhaal van Layar begint in feite op Twitter. Via dat sociale medium, toen in Nederland nog heel klein en gezellig, leerden de oprichters elkaar kennen, vertelt Maarten Lens-Fitzgerald. Het begon met het organiseren van een evenement: Mobile Monday. "Dat was heel tof, we hielden het in de Rode Hoed in Amsterdam en dat ging goed; het was snel helemaal vol."

Mobile Monday Amsterdam, Raimo van der Klein, januari 2008
Raimo van der Klein op Mobile Monday (MoMo) Amsterdam

Rond het evenement zat een gemeenschap van mensen die allemaal voor zich zagen dat smartphones een grote toekomst tegemoet gingen. Het was de tijd dat Nokia onbetwist marktleider was en indruk maakte met zijn N95, terwijl Apple net zijn eerste iPhone had aangekondigd en Google bezig was met een eigen besturingssysteem na de overname van Android.

Lens-Fitzgerald en medeoprichters Raimo van der Klein en Claire Boonstra waren allemaal werkzaam in de consultancywereld. De kansen die ze zagen, mede dankzij Mobile Monday, leidden tot het oprichten van een eigen bedrijf: SPRX Mobile. Dat bedrijf, 'Sparks', had als doel om grote bedrijven te helpen met mobiele initiatieven. "Het was heel letterlijk; sparks zijn vonken en we wilden die vonken, die ideeën, verder verspreiden."

Layar
De oprichters van Layar, circa 2009

Het is nu ondenkbaar, maar veel apps voor mobiel waren er nog niet en veel bedrijven hadden ook geen afdeling om die te ontwikkelen. SPRX Mobile ontwikkelde met de NOS een app om livestreams van de Olympische Zomerspelen in 2008 te bekijken op Symbian-telefoons bijvoorbeeld.

SPRX had ook een heel eigen initiatief: Zcapes. Het was een app om digitale berichten achter te laten op een bepaalde fysieke plek. Lens-Fitzgerald: "We hadden er heel wat omheen bedacht. We gingen dat lanceren op telecombeurs Mobile World Congress in Barcelona, in 2009. Hadden we zoveel mogelijk mensen gevraagd om een chocoladeletter Z mee te nemen naar Barcelona."

Zcapes - Layar
Zcapes, begin 2009

Van der Klein was degene van de drie die het meest geloofde in Zcapes. "Maar uiteindelijk bleek het te complex om makkelijk uit te leggen", aldus Van der Klein. "Het sloeg niet aan. Het deed niets in de markt."

Een ander 'vonkje' kwam rond dezelfde tijd, aldus Van der Klein. "We hadden ING een app verkocht voor Android, waarmee je op het camerabeeld kon zien waar pinautomaten waren. Dat hebben we in een maand gebouwd." Die app was mogelijk door de komst van de HTC Dream, die in onder meer Nederland en de VS uitkwam als T-Mobile G1. Die had een camera, een kompas en gps. Bovendien konden ontwikkelaars daar makkelijk mee aan de slag. T-Mobile hield een feestje ter introductie van de telefoon in het Amsterdamse Pakhuis de Zwijger. Een medewerker van AR-platform Wikitude was daar ook. Dat gaf de inspiratie. Lens-Fitzgerald: "De webman van ING zat daar in de zaal. We hebben aan tafel die app bedacht voor pinautomaten. Toen dat klaar was, liet ik de app aan mijn moeder zien en die zei: 'wow, da's handig'. Toen wist ik dat er écht potentie in zat."

SPRX had op dat punt simpelweg kunnen proberen aan elk groot bedrijf een eigen AR-app te verkopen. "Maar dit was geen houdbare architectuur", aldus Van der Klein. "Dan zou het een chaos worden. We dachten: we moeten een soort browser maken voor augmented reality, waarin elk bedrijf een eigen laag heeft die je aan kunt zetten, net zoals je websites kunt bezoeken." De oprichters gingen aan de slag met het idee. De reacties waren positief, maar niemand sprong aan boord. Lens-Fitzgerald: "Wij wilden een campagne doen met Vodafone. Dat zei nee. Toen stapten we naar T-Mobile. Dat zei ook nee. Wij wilden de eerste layer voor Layar verkopen voor Koninginnedag, maar dat haalden we niet." Koninginnedag was op 30 april.

Layar Hyves, 2009De bevrijding kwam op Bevrijdingsdag, nog geen week later. "Ik weet nog dat ik had afgesproken met Hyves in restaurant Dauphine in Amsterdam. Toen verkochten we de eerste layer en dat was echt een dijkdoorbraak." In de anderhalve maand erna bleek ook dat bekende Nederlandse bedrijven als Funda, Univé en de Rabobank wilden meedoen.

Inmiddels had het volgende probleem zich voorgedaan: de oprichters kunnen geen code schrijven. "We hadden een Indiër en een Chinees ingehuurd voor de eerste versie", weet Van der Klein nog. "Die Chinees zei dat hij slecht Engels kon, dus die wilde alleen via chat communiceren. Ik heb ze gebrieft met een PowerPoint-presentatie. Zo deden we dat dan maar." Later huurde het bedrijf eigen programmeurs in om de app verder te ontwikkelen.

Inmiddels was het juni 2009. Het moment van de waarheid brak aan. Dankzij de met PowerPoint gebriefte programmeurs lag er een app, er lagen deals met een paar grote bedrijven en er was een evenement gepland om Layar aan de wereld voor te stellen. Maar wat zou die wereld denken van de app van een paar Nederlanders die een browser wilde zijn voor augmented reality?

De eerste maanden

Die eerste versie van Layar, gemaakt door freelancers uit India en China, en gebrieft met een ppt-bestandje, was wat Van der Klein een 'extreem minimum viable product' noemt. "De vijf verkochte layers zaten er hardcoded in. Er was geen api, geen interface om meer layers te ontdekken dan die vijf... Helemaal niks eigenlijk."

Wat er wel was, was marketing, zegt Lens-Fitzgerald. "Ik vond het machtig mooi om na te denken over hoe we het gingen laten zien en om de narrative voor het voetlicht te brengen. Het weekend voor de lancering werd ik wakker en dacht: we moeten een pan doen! De camera gaat langzaam van links naar rechts en laat eerst de werkelijkheid zien zoals hij is, en daarna met het beeld van Layar eroverheen." Dat was precies wat het werd. En daarbij ging Layar zijn Nederlandse roots niet uit de weg. "We brachten Amsterdamse grachtenpanden in beeld. We dachten: dat doet het vast ook goed in het buitenland." En zo geschiedde. De video is nog steeds te bekijken.

De introductie sloeg in als een bom. Er was volop aandacht van de Nederlandse media, maar al snel volgde Amerikaanse interesse. Lens-Fitzgerald. "De volgende dag zat een redacteur van Gizmodo bij mij op de bank. Dat is toch wel ráár hoor." En het bleef niet bij techblogs. In Nederland bereikte Layar tv-programma's en in de zomer van 2009 stond Layar ook in The New York Times. De krant noemde de app 'space-age glasses'. Intussen kregen de oprichters uitnodigingen voor alle techconferenties en Boonstra mocht een talk geven op TedXAmsterdam. Kortom: er was veel reuring rond de app.

De aandacht kwam natuurlijk door het futuristische aspect van de app, maar de oprichters hadden ook een overtuigend verhaal over het toekomstperspectief. Van der Klein: "Je hebt kranten, radio, tv, het internet van desktops en het internet van telefoons, en we dachten dat augmented reality snel het volgende massamedium zou worden." Van der Klerin houdt ter illustratie een zelfgemaakte variant van de Gartner Hype Cycle voor het beeld tijdens het video-interview. "Kijk, het begint met de hype en iedereen is enthousiast. Daarna volgt de dip en dan moet je financieel sterk staan om te overleven. Vervolgens volgt de periode waarin iedereen de techniek gaat gebruiken."

Layar: Gartner Hype Cycle voor AR
Originele schatting van hypecyclus voor AR volgens oprichters Layar, rond 2009

Die dip zou komen rond 2011, hadden de oprichters met de natte vinger becijferd. "Dat betekent dat we vonden dat we de hype moesten gebruiken om te groeien en investeringen op te halen", aldus Lens-Fitzgerald. Dat gebeurde ook; er kwamen diverse rondes van investeringen, de grootste van Intel in december 2010.

De plek van Layar zou die van een browser moeten zijn. "Wij zagen onszelf echt als platform", aldus Lens-Fitzgerald. "Als schakel tussen gebruikers en de lagen van informatie. Wij maakten de technologie, maar niet de inhoud van die lagen. Een nieuw massamedium moet een nieuw platform hebben. Wij wilden de Google van augmented reality worden."

Intussen ging het hard met de ontwikkeling van Layar; er kwamen snel meer layers bij, api's kwamen beschikbaar en er kwam een downloadwinkel voor die lagen. Wat ook opviel: de app had veel downloads en iedereen opende de app wel, maar relatief weinigen kwamen terug. "Daar maakten we ons geen zorgen over", aldus Van der Klein. "We dachten: als er meer layers zijn, komt dat vast goed, dan trekt dat wel aan." Wat ook van ondergeschikt belang was: een verdienmodel. Dat kan natuurlijk niet eeuwig goed gaan. En dat was ook zo.

Layar
Layar won de Mobile Clicks-wedstrijd in 2009 voor start-ups. Vlnr: Lens-Fitzgerald, Van der Klein en Boonstra

Op naar werelddominantie

De oprichters van Layar wilden naar eigen zeggen vooral de wereld veranderen en dat kan door heel snel heel groot te worden. Dat leek te lukken in het eerste jaar. "Het was voor ons een serieuze aangelegenheid", aldus Van der Klein. "We waren geen twintigers, geen jonge honden die maar wat deden. We hadden gezinnen en kinderen; we hadden wel verantwoordelijkheden."

De maanden verstreken en toen daalde het besef in dat hier iets bijzonders aan het gebeuren was. "Niemand anders claimde de plek die wij wilden claimen in augmented reality. Het voelde aan als een jackpot, maar we hadden geen roadmap en keken niet langer dan twee maanden vooruit. We dachten: hoe kunnen we hier voordeel uit halen, hoe kunnen we het momentum ondersteunen. Mensen moeten het blijven downloaden, je moet in de flow blijven, je moet het blijven voeden."

Layar
Foto van oprichters in het kantoor. Bron: Layar op Flickr

Er was ook steun van andere bedrijven die in hetzelfde schuitje zaten. "Ik had gesprekken met Daniel Ek, de oprichter van Spotify. Ik vroeg hem wat het belangrijkste was en hij zei: pr. Je moet je het verhaal toe-eigenen; we moesten de poster child of the future blijven."

Niet elke start-upeigenaar die een bedrijf opricht in Nederland, zit achteloos te kwekken met de topman van Spotify, maar voor de oprichters van Layar werd het snel normaler. "We hebben calls gehad met Foursquare, Google en Facebook. We hadden ook veel contact met Microsoft, Samsung, Motorola en Nokia bijvoorbeeld."

Samsung Optic Internet via Layar op i7500
Layar heette bij Samsung 'Optic Internet'

Samsung, dat is een interessant verhaal. De Zuid-Koreaanse telefoonmaker, toen nog geen marktleider, maar al wel groot, bracht aan het einde van de zomer van 2009 zijn eerste Android-telefoon uit: de i7500 Galaxy. De eerste deal om Layar op Galaxy's te krijgen was een kwestie van geluk, zegt Lens-Fitzgerald. "We kenden de juiste persoon. Als de telefoons uit het vliegtuig kwamen en in de hangar lagen, werden ze er bij wijze van spreken uitgehaald, Layar erop gezet, telefoons het doosje weer in en plakkertje dicht. Het was echt een deal buiten het hoofdkantoor om."

Die grote deal met het hoofdkantoor kwam er later alsnog. Op een Mobile 2.0-conferentie kwam Lens-Fitzgerald een 'innovatiemanager' voor Samsung uit Suwon, Zuid-Korea tegen. "Zij zochten apps voor hun Galaxy-telefoons. Ik had een pitch gedaan in Londen en dat ging goed. Daarna gingen de corporate raderen draaien."

Dat mondde uit in een onderhandeling in Zuid-Korea. "Ik weet nog dat ik in New York zat voor gesprekken met Verizon Wireless." Dat was voor de Droid Does-campagne waar Layar in zou komen. "Werd ik gebeld door een hotshot van Samsung: of ik naar Zuid-Korea wilde komen." Lens-Fitzgerald was voorbereid; gewapend met cadeautjes uit Amsterdam stapte hij in het vliegtuig. "Die onderhandelingen gingen goed, maar het resultaat viel tegen. We zouden zes dollar per telefoon krijgen. Uiteindelijk kwam het erop uit dat Samsung en Layar beide de eigen kosten zouden dragen." Het gevolg was dat de Samsung-tak in elk land ervoor kon kiezen om Layar mee te leveren, inclusief alle marketing die daar bijhoort. "Wel tof hoor", herinnert Van der Klein zich. "Kom je in India, hangt daar ineens een groot billboard met Layar. Dat hele Layar bestond een paar jaar daarvoor niet eens."

Versie 2.0 en 3.0 volgden elkaar snel op, in september 2009 en december 2009. Die voegden veel functies toe. De bekendheid zorgde ervoor dat veel ontwikkelaars layers wilden gaan maken. De ambities waren wereldwijd; de app moest werken in de hele wereld, met aparte layers voor elk land of elke regio.

Layar 3.0, 2010Layar 3.0, 2010Layar 3.0, 2010

Na diverse investeringsrondes, met als klapper die van Intel in december 2010, leek the sky the limit. Er waren tientallen miljoenen downloads en een community met 80.000 ontwikkelaars die zich bezighielden met de app. Eenmaal teruggekomen van wintersportvakantie kwamen Van der Klein en Lens-Fitzgerald echter beiden tot dezelfde conclusie: Layar in zijn huidige vorm had geen toekomst.

De grote koerswijziging

Van een afstand leek het allemaal voor de wind te gaan bij Layar. Net een grote investering gehad, tienduizenden ontwikkelaars op het platform gekregen en tientallen miljoenen downloads voor de app. En toch was er iets mis. Het bleek lastig om er een bedrijf omheen te bouwen. "We hebben structurele problemen niet kunnen oplossen met de app", aldus Van der Klein. Immers, als je grote investeringen hebt, dan komt onvermijdelijk de vraag: hoe en wanneer gaan we geld verdienen? Inmiddels werkten er tientallen mensen voor Layar en die moesten elke maand betaald worden, maar een valide verdienmodel was er niet. "We hadden kunnen besluiten om layers te maken voor bedrijven", zegt Van der Klein. "Maar we kwamen erachter dat het niet schaalbaar is. We kunnen niet goed vanuit Nederland layers maken voor mensen in Chili of Zuid-Korea. Dat moeten mensen daar doen."

Dus was de keuze al vroeg om een platform aan te bieden. "We gooiden het open met zo min mogelijk drempels: geen kosten voor ontwikkelaars of gebruikers, geen beperkingen. En dat beet natuurlijk in de omzet. We hadden een succesvol ecosysteem, maar geen manier om dat af te romen." Daarnaast was het een periode van 'nee' zeggen. "De Amerikaanse Yellow Pages, een soort Gouden Gids, wilde een layer in een eigen app. Ze boden ons veel geld om dat mogelijk te maken. Toch maar nee gezegd, ook al deed dat pijn. We wilden dat alle layers in onze app zouden zitten. Achteraf vraag je je af of dat slim is geweest, maar we kozen altijd voor de lange termijn."

Daarnaast was er conceptueel iets mis. Mensen zouden de app moeten openen op een locatie en vervolgens layers vinden die relevant zijn, maar dat was niet hoe mensen met hun smartphones omgingen. Als ze iets op een bepaalde plek wilden weten, dan openden ze een kaartenprogramma als Google Maps. Ook na meer dan anderhalf jaar had Layar maar weinig terugkerende gebruikers. Daarom besloot het bedrijf zich te richten op iets anders.

Bovendien speelde Layar al met verschillende ideeën, zoals 'floaticons'. "Dan kon je een 3d-boodschap achterlaten op een bepaalde locatie voor anderen. De ontwikkeling duurde maanden en kostte veel geld. Uiteindelijk trokken we op de dag van de lancering de stekker eruit", zegt Lens-Fitzgerald. "Want we zagen onszelf als platform en dan moet je niet ineens de inhoud gaan maken."

In 2011 besloten de oprichters dus om het over een andere boeg te gooien. In plaats van om op locatie gebaseerde lagen zou de volgende app draaien om beeldherkenning. Door bijvoorbeeld een pagina in een tijdschrift te scannen zou een gebruiker bijvoorbeeld een bijbehorende video kunnen gaan bekijken.

Lens-Fitzgerald verhuisde naar de VS om daar dat idee aan de man te brengen. "Dat was fantastisch; ik ging naar New York en zat daar op de showafdeling van WeWork." Hij moest zich aanpassen aan de cultuur. "Na twee maanden had ik een slide met als titel 'Why Layar is the best'. Dat is de manier hoe je daar jezelf kunt verkopen." Het lukte. Onder meer een bekend Amerikaans tienerblad ging met Layar in zee en miljoenen lezers scanden de pagina's.

In Nederland ging het inmiddels ook niet slecht. Grote namen als Linda en Playboy wilden experimenteren met augmented reality. Intussen vond Van der Klein het tijd om een stap terug te doen en dus zocht het bedrijf een nieuwe ceo, die van de start-up met allemaal wilde ideeën een stabiel bedrijf moest gaan maken.

Het aanbrengen van focus

Toen Quintin Schevernels, nu ceo van Funda, in 2012 kennismaakte met Layar, leek het niet heel logisch dat hij de start-up zou gaan leiden. Hij was op dat moment topman bij VNU Media, het bedrijf met onder meer Intermediair, Nationale Vacaturebank en ja, ook Tweakers. Het bestuur stond op het punt om VNU te verkopen aan de Persgroep, bekend van onder meer de Volkskrant en Q-Music. "Ik werd gebeld door een van de investeerders in Layar: Prime Ventures", vertelt Schevernels. "Ik wist dat ik na de verkoop de handen vrij zou hebben. Het leek me interessant." Van der Klein wilde juist een stap terug doen. "Het leek me goed om een ervaren manager aan te trekken om de boel te leiden, terwijl ik dan aan zou blijven in een andere rol. Natuurlijk werkte dat in de praktijk niet en ik heb snel daarna besloten om te vertrekken."

Schevernels raakte in dat eerste gesprek onder de indruk van de visie van de oprichters. "Zij, en trouwens alle mensen die bij Layar werkten, hadden een diep geloof dat AR een nieuw platform zou worden, een nieuwe laag van interactie met technologie." Werken voor Layar bleek wel íets anders dan werken voor VNU. Hoewel het als bedrijf veel kleiner was, was Layar 'zó internationaal'. "Ik weet nog dat er een etentje was in het EYE Filmmuseum in Amsterdam met Silicon Valley-veteraan John Hagel." Hagel werkte in de jaren tachtig bijvoorbeeld bij Atari en is daarna vooral consultancywerk gaan doen. "Daar zaten dus ceo's van heel grote Nederlandse bedrijven, zoals ING. Hagel kende echter vooral Layar en wilde er van alles over horen. Layar was echt een paar jaar wereldberoemd in de techwereld."

Schevernels trof een bedrijf aan met een visie, maar het had, zegt hij, 'te veel pannetjes op het vuur'. "Behalve de app om tijdschriftpagina's te scannen, Layar Vision, was er ook Stiktu, een toepassing voor consumenten. Ik snapte niet waarom dat zou werken." Schevernels besloot dus om keuzes te maken. Layar ging zich alleen richten op Vision en zelfs daarin moest het bedrijf een niche zoeken. "We hadden etiketten op shampoo in Mexico interactief kunnen maken, we hadden folders voor Ferrari in Dubai scanbaar kunnen maken, maar we moesten kiezen. We konden niet alles doen." Het idee was om met tijdschriften Layar op de been te houden, om vervolgens later, als er geld verdiend werd, te kijken welke kansen er nog meer lagen op het gebied van augmented reality.

Stiktu van Layar

Het maken van die keuzes was lastig, merkte hij. "Het team had er moeite mee. Zoveel mogelijk kansen grijpen zat diep in de cultuur. Op een gegeven moment heb ik gezegd dat als ze nee moesten zeggen, ze de mails naar mij konden forwarden."

Intussen kwam er voor de tijdschriften een tool om makkelijk Layar Vision-pagina's te maken: Layar Creator. Het leek bovendien te werken; er was veel interesse van veel verschillende tijdschriften om te werken met Layar. "We losten het ene probleem op en liepen tegen het andere aan. Het is arbeidsintensief om die extra content te maken voor tijdschriften. Het vereist veel moeite en uitleg om lezers te laten scannen en zelfs als dat lukte, was de gebruikservaring niet ideaal." Layar was weer zijn tijd vooruit. "Camera's en processors in telefoons waren toen, rond 2012 en 2013, vaak nog niet goed genoeg voor een goede gebruikservaring."

En dus stak hetzelfde probleem weer de kop op. Veel mensen scanden een keer een pagina in een tijdschrift uit nieuwsgierigheid, maar te weinig mensen kwamen terug. Dat leidde weer tot teleurstelling bij de tijdschriftenmakers.

Bovendien, zo bleek, wisten mensen vaak niet wat de app kon. "Toen we eenmaal meer stats konden zien, bleek dat ze de app wel vaker gebruikten, maar ze probeerden álles te scannen, niet alleen tijdschriftpagina's. Dat werkte dus niet." De omzet steeg vanwege de vele nieuwe tijdschriften en die verbloemden het structurele probleem. Er kwam volgens Schevernels een veel fundamentelere keuze aan: nu fors meer investeren en gokken op een grote toekomst of er de brui aan geven.

De verkoop

Inmiddels was de droom van werelddominantie losgelaten. Van der Klein, Lens-Fitzgerald en Schevernels geloven alle drie dat er een toekomst was weggelegd voor Layar als klein, bescheiden bedrijf. Met grote investeerders als aandeelhouders is dat geen populaire optie. Schevernels: "Mijns inziens hadden we een keuze: of we leggen alle fiches op tafel, doen een grote investeringsronde en we staan op pole position als AR echt van de grond komt, of we verkopen de boel en stoppen ermee. De investeerders waren het eens met het idee van een verkoop."

Niet iedereen was voorstander. Van der Klein was weliswaar niet meer aan het werk voor Layar, maar had als oprichter nog wel aandelen en kon dus meepraten. "We hadden nog andere routes kunnen kiezen. Ik had contacten bij Vuzix om AR-brillen te maken, want ik denk dat dat dé manier is om augmented reality te doen. We hadden een besturingssysteem voor AR-hardware kunnen maken. ARKit van Apple had op onze code gebouwd kunnen worden, maar ik merkte dat niemand er echt zin meer in leek te hebben. De droom was uitgegaan."

Vuzix-bril, CES januari 2021
Vuzix-bril, 2021

Schevernels ging dus op zoek naar een koper. Dat trof; techgiganten als Google en Apple waren zich in die tijd aan het oriënteren op augmented reality en kochten vaker AR-start-ups op. Apple kocht Metaio in 2015 bijvoorbeeld. Google had intern Niantic Labs, dat de game Ingress uitbracht in 2014 en een paar jaar later het nog succesvollere Pokémon Go.

Er waren uiteindelijk drie partijen serieus geïnteresseerd, zegt Schevernels, maar de techgiganten zaten daar niet bij. De keuze viel op Blippar, een Amerikaanse concurrent. Blippar maakte zelf AR-content voor integratie in bijvoorbeeld marketingcampagnes, zoals die van een colamerk rond het WK voetbal voor mannen in 2014. Dat was het grote verschil tussen Layar en Blippar; Blippar maakte de content zelf, Layar bood alleen het platform.

Blippar AR City app
Blippar

De aandeelhouders verkochten Layar voor een onbekend bedrag, maar dat zou enkele miljoenen euro's zijn geweest, schreef RTL al eerder. Layar is volgens Van der Klein op het hoogtepunt gewaardeerd op 70 miljoen euro. De keuze voor Blippar is deels gemaakt omdat Blippar garandeerde het kantoor in Amsterdam gedurende een bepaalde tijd open te houden. Toen die termijn verstreek, ging het kantoor alsnog dicht en medewerkers die er wilden blijven werken, moesten toen verhuizen naar Silicon Valley. Sommigen deden dat, anderen niet.

Van der Klein en Lens-Fitzgerald noemen beiden het team als dierbaarste herinnering aan de tijd bij Layar. "Het was zo'n bijzondere tijd en iedereen ging er vol voor. Het was een gedreven, leuke groep mensen. Ik mis dat nog steeds."

Na de verkoop in 2014 was Layar dus niet meer Nederlands, maar toch kwam er nog een staartje. Blippar redde het ondanks investeringen van honderden miljoenen dollars ook niet en dus was er een mogelijkheid om de naam en code van Layar terug te kopen.

Het staartje

De naam Layar roept bij veel mensen nog altijd herinneringen op en toen Blippar in 2018 failliet ging, ontstond bij Van der Klein het plan om de naam en code terug te kopen. Hij bracht mensen bijeen en deed een bod op de Layar-assets uit de boedel van het Britse Blippar. "We boden 50.000 pond. Ze wilden 500.000 pond. Jammer, want we hadden er iets van kunnen maken."

Een nieuwe start-up in augmented reality beginnen kan ook zonder de oude naam. "Natuurlijk kan dat, maar pr-technisch is het minder krachtig." Het zou wel een ander soort bedrijf zijn dan het Layar van twaalf jaar geleden. "Ik geloof nu heilig in de combinatie van educatie en AR bijvoorbeeld." De tijd is echter nog niet gekomen. "De timing is cruciaal; ik kan nu rustig wachten. Het is ook zo complex om goed te doen en het kost veel energie om te hosten en in te richten."

De visie op AR is bij geen van de betrokkenen echt veranderd. Lens-Fitzgerald en Schevernels geloven net als Van der Klein nog steeds in een grote toekomst voor de techniek. Schevernels: "Maar niet op de telefoon; dat is te veel gedoe. Het moet in een bril of lenzen zitten, dan kan het heel snel heel groot worden."

Hot Lava op Apple Arcade

AR-game Hot Lava, op Apple Arcade

AR is inmiddels op naar schatting een paar miljard telefoons beschikbaar. Het gebruik zit vooral in apps als Snapchat en TikTok, met filters die bijvoorbeeld een gezicht vervormen of een object dat er niet is in een kamer zetten voor een grappig filmpje.

Schevernels vergelijkt Layar met een jonge amateurvoetballer. "Het is net alsof een jongetje van zestien door Ajax gescout wordt, en vervolgens aanbiedingen krijgt van Real Madrid en FC Barcelona. Intussen denkt zo'n jongen: wat gebeurt hier? Het was echt bizar." Lens-Fitzgerald komt tot dezelfde conclusie; de oprichters waren onervaren toen Layar ineens groot werd, zeker in contact met investeerders. "Als je het grote geldspel speelt, moet je een haai zijn of je moet er eentje naast je hebben zitten."

Desondanks kijken alle betrokkenen met een goed gevoel terug op de tijd dat Layar een paar jaar wereldberoemd was. Van der Klein. "Ik ben er nog steeds beretrots op. We waren bevoorrecht dat we dat allemaal mochten meemaken. Ik denk dat we hebben laten zien dat augmented reality haalbaar is als medium. Als we dat niet hadden gedaan, hadden anderen er niet in geïnvesteerd. Het heeft aangetoond dat augmented reality de potentie heeft om een massamedium te worden. Dat is onze rol geweest."

Reacties (106)

106
97
59
8
0
30
Wijzig sortering
Ze zijn niet de enige startup die het verdienmodel vergaten. Er zijn meer bedrijven geweest die geen verdienmodel hadden, daarop gewezen zijn en dat achteraf hebben toegevoegd.

Ik denk meer dat het been interactieprobleem is. Nut zie ik zeer zeker, Het zit nu in Google Maps en werkt best handig in even voor jou onbekende stad. het orienteert veel gemakkelijker. Onze eerste stap is nog altijd even Googlen naar wat je wilt gaan doen, waar is even lekker tentje om the lunchen/dineren, war is de dichtsbijzijnde supermarkt, wat is er in de buurt te doen, etc.

Layer wilde dat patroon veranderen met op de bonnefooi te gaan rondlopen/grasduinen. Dan zijn mensen niet gewend en dan ineens heel behoudend. Heeft het gelijk toegevoegde waarde, integreren we dat wel in onze levens.

Het probleem was ook dat Layar niet door de grote techgiganten als belangrijk voor hun inkomsten werd gezien. Misschien had er meer ingezeten als ze vanuit navigeren waren begonnen en dan op de route naar je bestemming andere mogelijkheden hadden laten zien, wie weet hadden we dan nu de uitdrukking "even Layaren" gehad.
Ze waren het verdienmodel niet vergeten, maar het verdienmodel sloeg niet aan. Het eerste verdienmodel was betaalde geo "layers". Dat werd totaal geen succes, er werden nauwelijks layers verkocht. Wat ook wel begrijpelijk is, want als je weinig terugkerende gebruikers hebt is er blijkbaar weinig engagement, en dan gaan die gebruikers niet ook nog betalen. (ik heb er 5 jaar gewerkt)
Ik vind de keuze van 'verdienmodel vergeten' ook erg vreemd.

Je ziet het voldoende bij Big Tech en is een typisch Amerikaans model. Investeren, investeren, investeren en later verdienen we het geld wel terug.

Focus ligt eerst op een grote userbase verkrijgen en dan pas een verdienmodel implementeren.
Die keuze (als het al een keuze was en niet noodzaak) is toch niet zo gek? Het is geen Amerikaans bedrijf. Je moet constante investeerders hebben met hele diepe zakken om jaren zonder significante inkomsten te kunnen overbruggen. En misschien waren ze net iets te vroeg Voor mijn gevoel zie je dat tegenwoordig een stuk vaker dan in die tijd.

[Reactie gewijzigd door Kevinns op 23 juli 2024 13:32]

Het gebrek aan lange-termijn investeerders die bereid zijn om langdurig verlies te draaien is precies waarom we in Europa zo weinig tech-bedrijven hebben. In Silicon Valley hebben ze die wel.
Je kan als Europees bedrijf best Amerikaanse investeerders vinden maar dan moet je wel een visie voor je product hebben. Na het lezen van dit artikel mis ik dat een beetje. Het was een leuk idee maar ze lijken weinig visie te hebben hoe mensen dit zouden gebruiken en hoe ze dit verder konden uitwerken. Het komt op mij over als een leuke marketing campagne.... Maar misschien gaat dit artikel niet ver genoeg de details in.
En misschien waren ze net iets te vroeg Voor mijn gevoel zie je dat tegenwoordig een stuk vaker dan in die tijd.
Dat is wel mijn ervaring met layer rond 2012 (historische wandeling) De telefoons en internetverbinding trokken het niet. Resultaat, telefoon gaat weer in je zak.
Dat is typisch de toepassing waar ik nu naar op zoek ben, alleen kan ik moeilijk een volwassen oplossing vinden.Ik denk dat er nu voor Layar een goede markt voor zou zijn om historische foto's af te beelden in AR. Er zijn tegenwoordig veel organisaties en gemeenschappen die on-line historische foto's (zie allerlei beeldbanken van gemeente archieven, provincies, het rijk, facebook groepen) publiceren. Je kan door het grote publiek de foto's laten georefereren. Ik denk b.v. aan zoiets als PivotTheWorld. Hier hebben gebruikers volgens mij vast wel geld voor over (een bescheiden bedrag voor de app en een abonnement, maar je bereikt dan wel hele grote aantallen) Layar had dit al met zijn technologie al eerder kunnen realiseren. Alleen is mijn ervaring met technologie ontwikkeling dat je ook te vroeg kan zijn. De telefoons zijn nu veel beter (CPU + positie sensoren) en de mobiele verbindingen veel sneller en zouden het wel kunnen draaien.
Ik denk dat jij dat soort bedrijven onderschat. Ik denk dat bij velen het verdienmodel vanaf het begin heel duidelijk is, alleen implementeren ze die niet omdat -zoals jij zegt- de userbase belangrijker is...als je die eenmaal hebt en die is sterk, dan kun je alsnog je verdienmodel implementeren. Maar dat zal bij vele -zeker grote- bedrijven vanaf het begin al de inzet zijn geweest.

Eerst mensen trekken, daarna geld verdienen. Zeker nu reclames blijkbaar het walhalla van de inkomsten is geworden (of; data mining om reclames gericht te kunnen sturen) is het nog makkelijker geworden. Maar again, als je de mensen al aan boord hebt.
Ik vraag me af in hoeverre je een bedrijf nog draaiende kan houden middels reclame inkomsten, ik merkte dat ik er helemaal blind voor ben geworden.

Zat laatst op funda en daar zag ik 8 beschikbare huizen in de regio, maar dat was helemaal niet zo, het waren er 12 ofzo, alleen 4 waren blikvangers die eruit zagen als reclame. Heb heel die huizen niet gezien, keek (scrollde) er gewoon dwars doorheen.
Geld is tegenwoordig lastig te verdienen met enkel reclames, zeker in kleine volumes. Daarom is een grote userbase ook zo hard nodig voor een product of merk. Maar je punt ontkracht zichzelf. Je hoeft niet op reclames te klikken of ze bewust op te pikken om te laten werken. Het idee achter de meeste reclame campagnes is gebaseerd op een psychologisch effect dat je iets 7 keer moet zien/horen voordat je het onthoud (rule of 7). Dat kan ook onbewust zijn. Dit is iets wat eigenlijk vrijwel iedereen over het hoofd ziet die zeggen "reclame werkt niet bij mij".

Jij zegt zelfs dat je achteraf toch wist dat er advertenties stonden, dus je hebt ze gezien. Bewust of onbewust. Dat laatste maakt ze niet per definitie minder effectief.
In dit geval wel, omdat ik in de menubalk 12 resultaten zag, dacht waar is pagina 2 dan?

Op een nieuws site klik je na snel lezen en scrollen gewoon op vorige.
Die amerikaanse bedrijven zijn het verdienmodel niet vergeten, maar draaien graag een tijd verlies om na het verkrijgen van een monopoliepositie de tarieven op te schroeven.
Het grootste probleem blijft mijns inziens nog steeds de interactie. Gebruikers verleiden tot ander gedrag is vaak owel grote toegevoegde waarde laten zien of het laagdrempelig en nuttig maken. Voeg daar de grote databehoefte bij en het is een recept voor mislukking i.p.v. succes.
Het bekende "een gat in de markt" vinden waar er geen gat is. Ook wel "een oplossing op zoek naar een probleem" genoemd.
Mensen zaten duidelijk niet te wachten op een betaalde service zoals Layar die aanbood.
Zit het standaard in google maps? Sorry maar ik krijg dit niet gevonden.
Start een wandelroute naar een locatie. Linksonder zie je dan een icoontje erbij komen. Druk daarop en je ziet de functionaliteit.
Layer wilde dat patroon veranderen met op de bonnefooi te gaan rondlopen/grasduinen. Dan zijn mensen niet gewend en dan ineens heel behoudend.
En dit op de bonnefooi kijken waar je uit komt was juist hoe we dingen "vroeger" deden... Vond het altijd een onwijs gaaf concept.
Ja, vóór de smartphone. Het was een achterhaald concept die mensen wel leuk kunnen vinden, maar weinigen maar gaan doen. Of je moet het doen zoals Pokemon Go deed, maar dan meer dingen in de buurt promoten dan dat iemand op zoek moet gaan.
Het verdienmodel van de meeste big tech is "een goed verhaal hebben" zodat je (durf)kapitaal kan aantrekken. Dat hadden ze een tijd lang, maar uiteindelijk verloor men interesse volgens mij.

Het is voor mij in veel gevallen ook wel een vraag waarom big tech waard is wat ze waard is. Veel bedrijven maken nooit winst, maar een vooruitzicht dat wel te gaan doen is genoeg om de aandelen tot in het oneindige op te blazen. In andere gevallen gaat om het abstracte begrippen zoals data, maar ook hierbij is het maar de vraag of je dat op enige wiskundige wijze kan vertalen naar de miljarden die bedrijven zoals facebook waard zouden moeten zijn. Met reële kapitalistische principes zoals vraag en aanbod heeft het weinig te maken en ook het monetaire systeem waarin we de waarde van die bedrijven uitdrukken is nergens meer op gebaseerd (zoals goud vroeger). Aan de ene kant mooi, want dan kunnen services gratis aangeboden worden aan de andere kant vraag ik me af of dat met het huidige economische systeem wel houdbaar is.

[Reactie gewijzigd door DavidZnay op 23 juli 2024 13:32]

Ja - de truc van veel durfkapitaal => veel gebruikers => geld verdienen met reclame is een kunst geworden die nu door de grote tech-ratten wordt gebruikt. En die blijven graag de enigen die dat doen.

Maar men raakt verzadigd met reclame en wil er zelfs vanaf. Dus ik hoop dat ze toch zullen omvallen.

Het heeft echter wel de mensen gewend gemaakt aan gratis diensten die eigenlijk wel degelijk wat zouden moeten kosten.

Het idee was overigens niet zo bijzonder. Dit is eerder bedacht. Wel was het bijzonder dat ze kapitaal kregen. Maar het probleem van 'te vroeg' hebben we bij veel grotere bedrijven gezien. Compaq had de eerste PDA's - de voorlopers van tablet maar het idee werd pas wat toen de hardware ook geschikt was. hetzelfde geldt voor de MP3 spelers. Idee was echt niet nieuw, toch kwam het echte succes pas bij Apples iPod.
Dat lees ik hier ook. De hardware kon het nog niet eens goed aan. Het moet wel praktisch zijn.

Maar de user-base vergeten ("weinig terugkerende gebruikers") is wel een beetje dom.

Overigens hadden Microsoft, Google en FB tenminste nog het programma zelf ontwikkeld of echt in eigen beheer en werd dat niet ge-outsourced (Zeker niet el-cheapo bij mensen waarmee communicatie moeizaam was). Dat scheelt ook wel wat denk ik.

side-note
Ik ben zelf ook wel benaderd om 'even' idee-en uit te werken (applicaties dus) waarmee iemand met wat geld dacht nog wat rijker te worden. Ondertussen mogen de techneuten zich voor wat kleingeld uitsloven ('wat de groei komt nog') terwijl ze zelf het 'idee' aan de man brengen. Maar daar wel een ruim salaris voor willen hebben - want het was hun idee. Terwijl dat idee helemaal niet zo uniek was.
Dat lees ik hier ook wel een beetje. Dankzij de nieuwigheid gaan grote jongens er wel in mee (zoals Funa) want voor relatief weinig geld heb je dan weer wat exposure.

Maar vervolgens moet het toch wat opleveren en zonder userbase of echte directe inkomsten, wat ben je dan nog waard?
Ik herinner me het moment dat Layar werkte met Funda. Na de demo bij Mobile Monday Amsterdam liep ik met mijn schoonouders door de Amsterdamse straten. Je kon bij iedereen met een te koop of te huur staand huis naar binnen kijken. Mijn schoonouders stonden te knipperen met hun ogen.

De meeting ervoor was Raymo heel opgewonden in De Rode Hoed, druk met mensen demo'en wat hij in elkaar had gezet. De eerste android toestellen waren moeilijk te krijgen en kwamen met mensen mee vanuit de VS of Azië.

Juist dit soort kansen en transparantie (marktplaats is het binnenstebuiten keren van een zolder, berging of schuur) zijn die toegevoegde waarde. Vinden in plaats van zoeken. We zijn er nog niet en het doet me pijn dat het na zoveel jaar nog steeds niet een goede plek heeft gekregen.
Onze eerste stap is nog altijd even Googlen naar wat je wilt gaan doen, waar is even lekker tentje om the lunchen/dineren, war is de dichtsbijzijnde supermarkt, wat is er in de buurt te doen, etc.
Nou, voor best een lange tijd is dit voor buitenshuis ergens heengaan (bv. uit eten) en inchecken voor mobiele gebruikers ook in Nederland bv. Foursquare geweest en Yelp specifiek voor uit eten, al was dat misschien ook wel beperkt tot steden. Het kan dus wel, maar dan moet je timing juist zijn en je aanbod ook. Foursquare hield op een gegeven moment op met innoveren, introduceerde verwarring met Swarm, had al concurrentie van Yelp, kregen beide concurrentie van Facebook, website werkte niet goed, raakte in vergetelheid. Google Maps heb je toch al en die verbeterden over de jaren heen hun reviews enigszins, voegden de optie toe om een via-punt aan je route toe te voegen, dan beland je inderdaad weer bij dezelfde gigant als wanneer je naar iets anders zoekt dan een locatie in een stad.

Ik kan me wel nog herinneren dat T-Mobile een AR-campagne lanceerde dat volgens mij met Layar werkte, maar dat is ook wel het laatste van dat ik me herinner van beide partijen en grote consumentenevents in AR in Nederland.
Toch mis ik nog wel eens een app waarmee je bijvoorbeeld vanaf een hoog punt door je telefoonscherm rond kan kijken en dan een soort legenda kan oproepen van wat je ziet. kerktorentje daar, antenne hier.
Dakje aantikken en dan precies weten hoe ver weg dat staat.
Dat alles gecombineerd met je eigen gps locatie en kompas kijkrichting.
Heb vroeger wel wat gespeeld met Layar en vond het veelbelovende techniek alleen waren de verbindingen net niet snel genoeg en de foonhardware vaak net ontoereikend om daar een beetje soepel gebruik van te kunnen maken, de huidige grote schermen trend kwam net te laat voor dat soort toepassingen.
Er staat me iets van bij dat er nog andere AR apps waren die zoiets konden maar vind het jammer dat dit mooie initiatief zo doodgebloed is.
Funda was ook wel leuk om mee rond te kijken en volgens mij werkte die laag best aardig destijds.

[Reactie gewijzigd door PalingDrone op 23 juli 2024 13:32]

De app "Night Sky" doet ongeveer wat jij bedoelt. Maar dan met sterren en planeten. Werkt verrassend goed.
Jup, die ken ik.
Al moet je op Android, met custom rom in mijn geval, er wel even voor zorgen dat je kompas en nog wat andere sensors goed gekalibreerd zijn, daarvoor gebruik ik de app "GPS status". Daarna werkt het idd verrassend goed.
Apps als Flightradar24 zijn daar ook goed in, je richt je telefoon op een vliegtuig wat overvliegt en als het goed is zie je dan de stats inclusief bestemming van dat betreffende toestel.

Nou is precies naar boven richten met je scherm haaks op wat je wil zien nog wel eens lastig maar zou het leuk vinden als je zoiets bijvoorbeeld met AIS data van schepen ook in beeld kan brengen, daar nog niks voor gevonden helaas.
Beetje zelfde idee als Flightradar24, je richt je camera op een schip en de gegevens inclusief bestemming komen dan in beeld.

Een verrekijker met ingebouwde Layer AR zou ook wel een leuke geweest zijn, maar dan zit je al gauw richting professioneel defensie spul, kan me zo voorstellen dat iets dergelijks al wel bestaat in dat vakgebied.
De grap was juist dat je die mooie Layar techniek kon gebruiken op je huis-tuin en keuken telefoon die iedereen al had. Daar een sluitend verdienmodel bij verzinnen is idd nogal een opgaaf.

In ieders blikveld prominente golden arches projecteren van de hamburgerboer maakt zo'n app niet aantrekkelijker, zelfs de Funda Layer werd soms wat cluttered al was het prettig dat je bepaalde lagen kon selecteren en zelf de radius van zichtbaarheid bepalen. Wil je cash tappen zet je de pinautomaten overlay aan, kom je in een leuke plaats vink je de Funda laag aan en de flappentappen weer uit.

Google glass ging destijds ook die richting op in een wat intrusievere vorm,.
Eventjes door je telefoonscherm kijken is wellicht minder handig maar alsnog vele malen socialer dan overal met een draaiende Google glass camera op je hoofd rondlopen maar Google glass heeft het ook niet gered in de publieke ruimte.

[Reactie gewijzigd door PalingDrone op 23 juli 2024 13:32]

Er is ooit een app geweest die dat deed. Dan kreeg je Wikipedia omschrijvingen er bij! Of misschien was dat wel in layar..
Heb hier nog ergens een boek liggen met Layar support. Kon je dan allerlei extra info opvragen over het onderwerp op de pagina.
Wat een drama was dat, 9 van de 10 keer werkte het niet (goed), de app crashte of andere vage zaken,

Was de app al volledig vergeten, interessant om te zien waar het mis ging.
Heb hier nog ergens een boek liggen met Layar support. Kon je dan allerlei extra info opvragen over het onderwerp op de pagina.
Wat een drama was dat, 9 van de 10 keer werkte het niet (goed), de app crashte of andere vage zaken,

Was de app al volledig vergeten, interessant om te zien waar het mis ging.
Het was ook de tijd dat je nog aan je vrienden liet ziet wat voor coole app je nou weer ontdekt. Na het demonstreren, gebruikte je het nooit meer. Layar was daarnaast ook wel zijn tijd ver vooruit. Het draaide zelfs (van geen meter) op mijn Nokia 5800 en N97 mini. Op moderne Android-telefoons draaide het iets beter, maar ook daar waren de laadtijden traag en konden telefoons nog te weinig informatie toevoegen op het scherm.
Ik studeerde toentertijd milieukunde en we hadden vele klassen met de planologen. Vaak werd Layars gemaakt ter promotie. Echt veel voegde het toen niet toe, maar het kwam wel innovatief en hip over.

[Reactie gewijzigd door Bliksem B op 23 juli 2024 13:32]

Wat grappig. Back in the day heb ik met mijn bedrijf (Triangle Studios) héél veel van de ontwikkeling gedaan voor de iOS versie van Layar. Dit was toen het nog helemaal in de kinderschoenen stond, dus nog voor al het marker-based AR gebeuren.

Het was leuk om met de mensen van Layar samen te werken. Ik heb er goede herinneringen aan :-)
Leuke aanpak dit artikel!

Gitlab is een ander bedrijf dat in Nederland is ontstaan en heel succesvol is. Zou mooi zijn daar eens een artikel over te zien, extra bijzonder omdat het al tijden een erg transparent en remote-only bedrijf is dat sterk leunt op open source software.
Ja precies, een succesverhaal is ook welkom, partijen zoals Gitlab zijn ook tof om over te lezen.
Ik had het wel mooi gevonden als er ook nog een toevoeging zou zijn over de stand van telefoons toen: eerste android telefoons, slechts sommigen die GPS hadden, de orientatiesensor was nog splinternieuw en spannend op zich. Dit is namelijk mede bepalend geweest voor zowel het succes als de ondergang.

Tevens is het wel heel leuk te vermelden dat een startup van toen, zoals Layar, ook snel kon doorontwikkelen door de community te bedienen via de toen net ontstane grote publiek makkelijk te gebruiken (gratis?) samenwerkingsplatformen van oa Google. Oa documentatie, discussie en ontwikkelingen/releases stonden toen op een soort van google workspace. Voor die tijd was het voor startende bedrijven veel gewoner om eigen servers in te richten met eigen website en forumsoftware bijv.

Ikzelf heb meerdere layars content gemaakt tbv professionele bedrijven. Dit was succesvol, maar uiteindelijk ongebruikt. Voor professionele doeleinden was het niet precies genoeg (doordat sensoren nog doorontwikkeld moesten worden) en een gps was toen nog stroomvretend (in een uur je batterij leeg als je scherm ook aan had). Het bracht in iedergeval snel het gesprek op gang en had genoeg Wow factor om met beslissers binnen grotere bedrijven te spreken. De meeste layers content zijn echter nooit veel verder gekomen dan Pilots. Gebruikers vonden het gaaf, maar konden uiteindelijk in het veld veel meer met een 2D kaart met dezelfde informatie en informatielinks. Dezelfde reden waarom 3D kaarten/beelden op mobiel ook maar beperkte usecases hebben tot nu toe.
Mooi artikel, goed voorbeeld van Plus. Hier zit net wat meer journalistiek werk in met veel toegevoegde waarde!

Mooi om tussen de regels door te lezen hoe enthousiast we soms zijn over dingen die door de 'm/v/h op straat' eigenlijk niet worden opgepikt. Het idee dat je op de plek zelf extra content kan zien was heel leuk, maar het succes van Google Maps is denk ik dat je juist niet op de plek hoeft te zijn om toch de lokale info op te halen. Alles vanuit de luie stoel dus. Pokemon Go is echt de uitzondering en gericht op buitengewoon actieve mensen met veel vrije tijd: kinderen.

Waar ik smakelijk om heb gelachen was de passage waarin plots vermeld werd dat deze visionairs niet konden programmeren. Op zich geen ramp natuurlijk, maar wel heel tekenend voor het tijdperk waarin een leuk idee meer waard leek dan de feitelijke uitvoering.

Tot slot: Maps heeft intussen die beeldherkenningsfunctionaliteit gekregen. Je kunt nu een plek 'lezen' en dan informatie krijgen. Zo krijgt dit concept dus toch een bescheiden plek in het groter geheel van locatiegebaseerde data.
Waar ik smakelijk om heb gelachen was de passage waarin plots vermeld werd dat deze visionairs niet konden programmeren. Op zich geen ramp natuurlijk, maar wel heel tekenend voor het tijdperk waarin een leuk idee meer waard leek dan de feitelijke uitvoering.
Hier moest ik ook om lachen. Ik denk dat de meeste developers wel een ervaring hebben met 'n "ideeënman" die gouden bergen belooft als de app groot wordt maar nu niets wil betalen voor je tijd.
Wat bedoel je met m/v/h??

Die visionairs lijken me typische consultants. Mooie ideeën dus, weten waar eventuele kansen liggen en strategieën ontwikkelen, maar een van de belangrijkste zaken, het verdienmodel, vergeten. Net als jouw voorbeeld over de programmeurs. Ze hadden iemand er bij moeten hebben die daar meer ervaring mee had, met echt een bedrijf runnen en kort daarna eigen programmeurs.
Layar had al vrij snel goede eigen Android en iOS developers, die zijn ook belangrijk geweest voor de richting en ontwikkeling van het bedrijf. Daarnaast was er een tijd lang een dedicated remote team in Oekraïne, met de lead developers in Nederland. Tweakers heeft denk ik alleen management benaderd voor dit stuk, ik denk dat devs en andere ex-werknemers een aantal interessante ontwikkelingen en nuanceringen hadden kunnen toevoegen.

[Reactie gewijzigd door Blaise op 23 juli 2024 13:32]

Mooi, maar waar is dan de specialist voor het verdienmodel? Dat is een basisbehoefte voor elk bedrijf, anders heeft het bedrijf geen bestaansrecht. Dat hadden ze sowieso (eerder) goed voor elkaar moeten hebben. In feite is dat naar mijn mening het eerste wat je moet hebben, na het idee/concept.
Wat bedoel je met m/v/h??
Ik heb zo het vermoeden dat hier Man/Vrouw/Hen wordt bedoeld
Ik ben geen partij in deze, ik deel enkel mijn vermoeden.
Maar ik ben nu wel nieuwsgierig op welke manier jij dit "provocerend" vindt?
Mooi artikel, goed voorbeeld van Plus. Hier zit net wat meer journalistiek werk in met veel toegevoegde waarde!
Eens. Ware het niet dat dit geen plus-artikel is.
Vanmorgen nog wel. Ook hier is de piek alweer voorbij blijkbaar ;-)
Bij het zien van “Layar” dacht ik vooral, hee daar hoor je tegenwoordig ook nooit meer wat over. In het begin was het erg innovatief, stond je er versteld van wat de techniek kon, maar imho was dat het ook. De toegevoegde waarde heb ik in ieder geval nooit ervaren. Voorlopig wil met name AR, maar in zekere mate ook VR, nog niet dusdanig lekker van de grond komen dat het bij het grote publiek afzet weet te vinden.
Inderdaad, weet nog goed dat ik dit uitprobeerde op mijn T-Mobile G1 / HTC Dream.
Wel de meest interessante app uit die tijd, waar ik echt van onder de indruk was.

[Reactie gewijzigd door w3news op 23 juli 2024 13:32]

Dan was jij dus één van die downloaders die niet meer terug kwam. Net als ik overigens.

Nu ik dit lees herken ik heel goed het feit dat ik geen idee had wat Layar allemaal kon. Het was voor mij, als paltte lander, slechts een app die alleen in de grote stad zinvol was, en dan nog alleen op vakantie aangezien ik lokaal de weg en de winkels wel kende. Ondertussen was het een grote app die veel ruimte innam. Die ruimte gebruikte ik liever voor andere apps die ik vaker gebruikte,
Mooi verhaal zo blijkt timing is cruciaal maar je moet ook een beetje geluk hebben. Voor hetzelfde geld waren ze nu schatrijk en Layer op elke telefoon.
Yup, ik denk dat vooral de visie van "wij zijn een platform" en zelf geen content maken ze genekt heeft.

Je hebt content nodig om je platform aantrekkelijk te maken. Voor hetzelfde geld had Nintendo ze toen benaderd, en waren ze een Niantic geworden.
Nintendo is wel een mooi voorbeeld. Het platform is de console (bijv. de Switch) waarvoor ze ook zelf first party games maken. Mensen kopen de console voor de Mario, Zelda etc., grotere user-base, waardoor het platform voor 3rd parties interessant wordt. Dat niet maken van content kan ze inderdaad goed genekt hebben. Zij weten het beste wat het platform kan en kunnen een voorbeeld functie nemen om die pas op een later moment los te laten.
Klinkt alsof ze een leuke tijd hebben gehad en er in ieder geval niet slechter van zijn geworden.

Ze waren denk ik uiteindelijk net iets te vroeg. Want een reden dat mensen niet terugkwamen was natuurlijk ook dat de AR ervaring best ruk was.

Het ziet er allemaal prachtig uit in een demo, maar als toepassing ken ik maar 1 echt geslaagde AR-app en daar zetten mensen het visuele stuk al snel uit: Pokémon.

En dan is het een GPS-game ipv AR game.

De ideeën van AR zijn geweldig en hebben volgens mij de toekomst (Apple investeert er terecht sterk in), maar de hardware en software zijn nog niet op niveau.

Zie ook het jammerlijk mislukken van Google Glass.

Maar dat komt wel. De QR-code heeft er ook relatief lang over gedaan om door te breken, maar is nu niet meer weg te denken. Dat gaat ook voor AR gelden.
Wist je dat de QR code ouder is als win95?
De reden waarom het succes heeft is dat het gebruikt wordt in de automatiserings industrie.
Of de eind gebruiker er wel of niet gebruik van maakt is irrelevant.
Het heeft een doel wat geld oplevert in tegenstelling tot een AR link naar een betaalautomaat.
Gebruiken ze in de automatisering niet liever Datamatrix dan QR? Ik heb altijd begrepen dat in DMC meer/betere error correction zit. QR zou dan meer voor publieke toepassingen zijn, ook omdat je er qua vormgeving (logo's in het midden, etc.) wat meer mee kunt, wat in de industrie natuurlijk een veel lagere (if any) prioriteit heeft.
QR is in 1994 ontwikkeld door Toyota voor gebruik in hun fabrieken.
Misschien dat er meer bedrijven zijn die nu DMC gebruiken maar dat valt een beetje buiten het argument wat ik maak.
Het gaat erom dat het een functie heeft wat geld oplevert en daarom bestempeld kan worden als "succesvol" en dus niet omdat men het nu 30 jaar later met een smartphone kunnen uitlezen.
Oh, ik bedoelde het ook zeker niet om je argument te ontkrachten, de logica van QR en de reden dat die (meer) aansloeg ben ik totaal met je eens!
...

Zie ook het jammerlijk mislukken van Google Glass.

...
Er zijn nog foto's in omloop van Sergey the spamkoning met zo'n ding op z'n hoofd: https://static.independen....jpg?width=982&height=726. Je zal maar zo de geschiedenis ingaan met je mislukte producten en spam.

Maar het meeste van Google flopt, dus is dat niet echt iets wat je AR kan aanrekenen. Toch is het een techniek die niet echt lijkt aan te slaan, ook bij Apple slaat de technologie, zelfs met Lidar, niet echt in het algemeen aan behalve in een paar niche scenario's. De enige echt succesvolle toepassing is Pokemon geweest.

Op dit item kan niet meer gereageerd worden.