Het is een welbekend advies: koop een telefoon nooit bij de release, maar minimaal een paar maanden later, omdat je dan een stuk minder betaalt. Maar klopt dat nog wel? Dit advies hebben we bij Tweakers vaak gegeven, maar daar begonnen we jaren geleden mee, toen telefoonprijzen als bakstenen zakten in de maanden na het uitkomen.
Is dat nog zo? Samen met NU.nl zochten we naar een antwoord. En dat antwoord is: ja, dat klopt, de korting op telefoons is afgenomen, maar er zitten meer nuances in dan je in eerste instantie zou denken.
Hoe snel prijzen dalen
We besloten de prijzen op de smartphonemarkt van de afgelopen jaren onder de loep te nemen. Daarbij hadden we veel veronderstellingen. Zo zouden de kortingen zijn afgenomen na de verscherping van de Wet Financieel Toezicht in 2017, toen het kopen van telefoons op afbetalingen ging gelden als lening. Of zou de verschraling van concurrentie op de Nederlandse markt van telecomretailers een rol hebben gespeeld? Er zijn alleen al in Nederland genoeg factoren die de vraag naar telefoons kan hebben beïnvloed.
Om die invloed in kaart te brengen, besloten we de prijzen van smartphones vanaf 2016 tot nu op een rij te zetten. Met de beschikbare tools is het te veel werk om alle prijzen van alle smartphones te bekijken, maar wat wel haalbaar bleek, was het volgen van telefoonseries. Daarbij kozen we voor dure series als de iPhone 7 tot iPhone 14 en de Galaxy S7 tot S23, maar ook goedkopere series als de Redmi Note 3 tot Note 12 en de Galaxy J5 tot A34. We bekeken de prijs op drie punten: bij de release, na drie maanden en na zes maanden. In totaal gaat het dus om 192 prijzen van 64 telefoons.
In de data vallen een aantal zaken op. Zoals veel tweakers wel zouden verwachten, daalt een iPhone minder snel in prijs dan concurrenten met Android. Het verschil daartussen is best groot. De data van 2023 is incompleet, omdat nog niet alle telefoons in de bekeken series drie maanden of langer verkrijgbaar zijn. Het gemiddelde van de Android-telefoons die er al wel drie maanden zijn, ligt rond de -9,5 procent en dat is tot nu toe lager dan in 2022. Wat verder opvalt, is dat in 2018 de prijzen harder aan het dalen waren dan in andere jaren. In 2021 gebeurde dat juist minder.
Het beeld na zes maanden is op het eerste oog niet ingrijpend anders, maar er zijn wel verschillen. In 2018 en 2021 zijn dezelfde uitschieters te zien en het verschil tussen iPhones en Android-telefoons lijkt ook hetzelfde. In de nuances zitten wel verschillen, want de prijsdaling na zes maanden is ten opzichte van de periode 2016-2017 niet enorm gewijzigd. Kortom: na een half jaar gaat er procentueel bijna hetzelfde van de prijs af als jaren geleden. Voor 2023 is het gemiddelde van de series die al meer dan een half jaar verkrijgbaar zijn -19 procent, dus rond de waarde van 2020.
Dit is dezelfde data, maar dan naast elkaar, zodat duidelijk te zien is wat de verhouding is tussen drie en zes maanden. Daarin is het verloop duidelijk te zien. Waar voorheen de eerste drie maanden alle korting al werd gegeven, is het verloop van de prijs nu lineairder: de prijs daalt bij Android veel geleidelijker dan jaren geleden.
De mogelijke verklaringen
Elke markt, dus ook de smartphonemarkt, is er eentje van vraag en aanbod, en schommelingen in prijzen hebben vaak te maken met een wisseling in het aanbod van producten of de vraag ernaar. Daarom is het nuttig om de leveringen van smartphones naast deze cijfers te leggen.
Het is duidelijk te zien wat er rond 2018 gebeurde: de leveringen liepen niet langer omhoog. De smartphonemarkt was jarenlang een groeiende markt geweest en die rek was er ook een beetje uit. In veel landen kwamen er niet langer smartphonegebruikers bij, mensen vervingen alleen hun huidige model. Sommige mensen gingen ook langer doen met hun telefoons.
Kortom: de vraag naar smartphones steeg niet langer of daalde zelfs. En wat gebeurt er dan bij een gelijk aanbod? Inderdaad, de prijs daalt. In onze dataset zagen we toen ook een opvallende ontwikkeling in 2019, het jaar erop. De prijs bij release daalde toen gemiddeld gesproken bij Android-telefoons. Dat is iets wat we in geen enkel ander jaar hebben gezien. Het is duidelijk dat fabrikanten toen meer aan het vechten waren om de gunst van de consument.
Daarna volgden een paar jaren die de markt voor vraag en aanbod op zijn kop zetten: de coronapandemie en de tijd van chiptekorten. De pandemie zorgde er in eerste instantie voor dat fabrieken stil kwamen te liggen door lockdowns, iets wat duidelijk te zien is in de leveringscijfers. De chiptekorten zijn het duidelijkst te zien in 2021, toen telefoons na release nauwelijks in prijs aan het dalen waren. Bij telefoons die vroeg in het jaar uitkomen, zoals de Samsung Galaxy S en OnePlus, zette dat nog door in 2022. Daarna was het chiptekort duidelijk af.
Dan zou je verwachten dat de prijzen weer even hard dalen als voor corona, maar dat is niet aan het gebeuren. Dat was vorig jaar niet te zien en is dit jaar ook niet het geval. Na corona en de chiptekorten zijn vraag en aanbod kennelijk meer in balans dan daarvoor, want de prijzen dalen niet zo snel meer.
Het zou kunnen dat factoren in Nederland, zoals de regels rondom telefoons en leningen, en concurrentie op de markt voor retailers, ook een rol spelen, maar de wereldwijde omstandigheden lijken de meest voor de hand liggende verklaring voor de schommelingen in de prijsdalingen van de afgelopen jaren.
Tot slot
De vraag is natuurlijk hoe het nu verder gaat. Een verzadigde markt heeft meestal weinig beweging. Dat de markt verzadigd is geraakt, is naast de relatief stabiele leveringen van de afgelopen jaren te zien in de beperkte schommelingen in marktaandelen: Samsung en Apple leiden de markt, Xiaomi en de BBK-merken als OPPO, vivo en OnePlus volgen. HTC en LG zijn verdwenen. Sony is er nog, maar bedient een kleiner publiek dan voorheen.
Daarmee lijkt de kans groot dat we afstevenen op een relatief stabiele periode, waarin de prijzen niet spectaculair meer dalen na release. Maar als het verleden iets heeft laten zien, is het dat de toekomst op de smartphonemarkt relatief onvoorspelbaar is.