Inleiding
Je moet het Sony nageven. Terwijl de meeste bedrijven nog niet echt door leken te hebben dat wearables 'een ding' zouden worden, kwamen zij al met een smartwatch op de proppen. Inmiddels zijn alle grote spelers uit de mobiele markt op wearables gedoken.
Daar zijn verschillende redenen voor. Ten eerste is de technologie nu daar. Met de komst van bluetooth 4.0, waardoor het openhouden van een bluetooth-verbinding veel minder energie kost dan voorheen voor smartphones, trekken wearables geen enorm zware wissel meer op de accu. Bovendien zijn sensoren en andere hardwarecomponenten nu goedkoop en krachtig genoeg geworden.

Aan de andere kant is er een financiële reden. De markt voor high-end smartphones lijkt niet zo hard te groeien als voorheen en tablets blijken ook niet de heilige graal om de groei in omzet vast te houden. Fabrikanten zijn dus op zoek naar manieren om meer te verdienen aan mobiele producten. Een accessoire van 200, 300 of soms zelfs 400 euro of meer is dan een snelle manier om veel geld te verdienen aan een apparaatje met relatief goedkope onderdelen.
Met de technologische mogelijkheden en de financiële prikkel is er nog maar één gapend gat te vullen; wat is eigenlijk het nut van dergelijke wearables? Waarom zou iedereen er een moeten hebben? Fabrikanten zijn naarstig op zoek naar de killer feature, maar niemand lijkt hem nog te hebben gevonden.
De functies: gezond doen en notificaties
Sporten met een wearable
Wat zijn dan de killer features waar fabrikanten mee aankomen? Velen zoeken het in sport en gezondheid; er zijn heel veel wearables die zich richten op sport. Microsoft heeft dat expliciet gedaan met de Band, een soort kruising tussen een smartwatch en een fitnesstracker, met een lading sensors en een bijbehorende app die Microsoft Health heet. Als klap op de vuurpijl kun je oefeningen laden op de Band, waarna de wearable bijhoudt hoe je het doet.
/i/2000557608.png?f=imagenormal)
Microsoft was niet de enige die het veel over sport had bij de aankondiging van zijn eerste wearable. Apple raakte ook niet uitgepraat over sport en gezondheid bij de presentatie van zijn Watch. Samsung had zijn wearable zelfs Gear Fit genoemd om de focus op sport te benadrukken. Google richtte Android Wear niet specifiek op sport, maar gebruikers kunnen wel hun stappen tellen en daar doelen aan verbinden.

Het is logisch dat fabrikanten dat doen. Het verzamelen van de benodigde data is immers simpel met een wearable. Er zijn genoeg sensors die kunnen bijhouden wat je doet, zoals een hartslagsensor, een gyroscoop, gps en in sommige gevallen ook huidsensors die transpiratie meten.
Dat het technisch kan en makkelijk te implementeren is, lijkt een van de belangrijkste redenen te zijn. Bovendien kan een wearable echt helpen; mensen zijn heel gevoelig voor stimulansen om een bepaald doel te halen, zodat ze inderdaad hun best gaan doen. De vraag is of veel mensen hem om blijven houden als de nieuwigheid eraf is en het als een plicht gaat voelen om de doelen van beweging te halen.
Bovendien vernauwen fabrikanten hun doelgroep door een wearable te richten op sport. De kracht van smartphones is dat iedereen er nut voor kan vinden, of dat nu is om te kunnen facebooken op een telefoon, onderweg filmpjes te bekijken, nieuws bij te houden, te chatten of om te kijken waar een file staat en of het regent. Wearables hebben dat voordeel niet; het zijn heel gerichte apparaten, vooralsnog niet voor generiek gebruik. Veel mensen sporten niet of hebben niet de behoefte om iets om te hebben om de resultaten te kwantificeren.
/i/2000550833.jpeg?f=imagenormal)
Notificaties doorgeven
Een andere reden om een smartwatch te hebben is het doorgeven van notificaties, zodat je niet de telefoon uit je zak hoeft te halen om te kijken wat er aan de hand is. Het is daadwerkelijk een vernuftige toepassing die veel mensen handig zullen vinden, zeker als je ziet wat de notificatie ongeveer inhoudt. Voor een mail met een nieuwsbrief hoef je je telefoon niet te pakken, terwijl een chatberichtje van een vriend of vriendin juist wel een reden is om de telefoon te pakken en te antwoorden.
Het grote probleem van notificaties is nog dat er weinig manieren zijn om te antwoorden. Fabrikanten en softwaremakers proberen eromheen te werken, zoals met spraakinvoer en standaardantwoorden, maar een echte oplossing is dat natuurlijk niet. Samsung heeft op zijn Gear S bijvoorbeeld een heel toetsenbord gezet.
/i/2000542405.jpeg?f=imagenormal)
Het lezen van notificaties om de pols is voor veel mensen misschien de meest overtuigende reden tot nu toe om een smartwatch of andere wearable te gaan dragen. Of het een reden is om honderden euro's uit te geven, zal moeten blijken uit de verkoopcijfers, maar als we een voorschot moeten nemen: nee. Het is teveel geld voor te weinig functionaliteit voor veel mensen, vrezen we.
De vorm: horloge of armband?
Zoals altijd als een markt net in zijn groeifase zit, spelen fabrikanten veel met de vorm. Het meest schrijnende voorbeeld daarvan was de Gear Fit, die bij de aankondiging een futuristisch ogend gebogen schermpje had dat vanwege de oriëntatie fysiek bijna niet af te lezen was. Bij de release was dat opgelost via een update, maar het voorbeeld maakt duidelijk dat fabrikanten nog erg spelen met hoe de vorm zou moeten zijn en hun producten snel presenteren.
Dat is ook te zien bij Android Wear. LG bracht in juli de G Watch uit, met een vierkant scherm en een enigszins saai ontwerp. Twee maanden later kwam daar een tweede horloge bij, met een rond scherm en klassieker ontwerp. Een heel ander horloge binnen enkele maanden is nog iets dat erop wijst dat de markt nog volop in ontwikkeling is.
De meeste fabrikanten hebben de vorm van een horloge in gedachten, zo blijkt. Daarbij zijn verschillende stromingen zichtbaar. Sommige smartwatches, zoals de G Watch, Samsung Gear-serie, Asus Zenwatch en Apple Watch, hebben een vierkante vorm en een modern uiterlijk. Daarbij gebruikt Apple nog wel een klassiek draaiwieltje aan de zijkant, zij het met nieuwe functies. Apple is ook de enige die zich met zijn horloge op mode richt: uit alle marketinguitingen blijkt dat Apple het wil verkopen als mode-object en minder als gadget.
/i/2000542263.jpeg?f=imagenormal)
LG Watch R en een klassiek horloge
Daarnaast zijn er smartwatches met een klassiekere look, zoals de G Watch R van LG. Tot slot zijn er futuristisch uitziende gadgets, zoals de Samsung Gear S.
Toch zijn er ook fabrikanten die experimenteren met kruisingen tussen fitnessarmband en smartwatch: Samsung was de eerste met de Gear Fit, maar Microsoft kwam daar in oktober overheen met de Microsoft Band.

Het is duidelijk dat fabrikanten, in tegenstelling tot bijvoorbeeld bij smartphones en tablets, bij wearables nog erg aan het experimenteren zijn hoe ze eruit moeten zien en hoe ze moeten werken. Daarbij zijn er nog veel keuzes en opties voor iedereen, maar daarbij zitten ook producten die minder goed werken of minder goed uitgedacht lijken te zijn.
Accuduur en prijsniveau
Hardware en accuduur
De hardware van een smartwatch is belangrijk. Het is immers een kleine ruimte waarin een fabrikant zoveel mogelijk probeert te stoppen en dan is design ook nog eens belangrijk, omdat het iets is wat je draagt.
Gek genoeg kiezen veel fabrikanten voor schermen die niet specifiek zuinig zijn. Veel smartwatches hebben een lcd met rond de 90.000 pixels; resoluties zijn vaak 320x320 pixels of nog iets lager. De Pebble is daarop een uitzondering; die gebruikt een monochroom display dat lijkt op e-ink.
Bovendien kiezen sommige fabrikanten voor een slurpende soc. De Moto 360 bijvoorbeeld heeft een oude Cortex A9-processor, terwijl er inmiddels veel betere alternatieven voorhanden zijn. LG opteert voor Qualcomms Snapdragon 400, bekend uit veel midrange-telefoons, zoals Samsungs Galaxy S4 Mini en de diverse Moto G-varianten. Samsung kiest voor gestripte varianten van zijn eigen Exynos-socs, terwijl Apple zelf iets heeft ontworpen.
Pebble heeft een echte low-power-processor: een soc van STMicroeletronics op basis van ARM's Cortex M3-microarchitectuur. Microsoft heeft voor de Band gekozen voor een Cortex M4 met een kloksnelheid rond 150MHz.

Dat alles leidt ertoe dat vrijwel alle smartwatches - behalve de Pebble, die makkelijk een dag of vier, vijf meegaat - elke dag of elke paar dagen aan de lader moeten. Daarmee is het naast de smartphone een ander gadget dat bij veel gebruikers elke nacht aan de lader moet hangen.
Dat is voor veel mensen geen probleem, maar voor een horloge wel uitzonderlijk. Bovendien vereist het een zekere discipline. Een straf in de vorm van verminderde bereikbaarheid is er niet; als de smartphone-accu op is, ben je niet bereikbaar voor telefoontjes, WhatsApp-berichten of andere zaken die je louter per telefoon doet. Voor een smartwatch geldt dat niet; alleen trilt je pols niet meer zo als de smartwatch leeg is.
Prijsniveau
Hoeveel heb je over voor een leuk, futuristisch gadget? Exacte verkoopcijfers zijn er niet, maar vermoedelijk is de Gear Fit van Samsung de meest verkochte wearable van het afgelopen jaar, want dat is de enige die je gratis kreeg bij een populaire telefoon met abonnement.
Als je een smartwatch los wil kopen, is de Pebble de goedkoopste optie. Android Wear-horloges beginnen bij 149 euro, terwijl Samsungs Gear-serie met Tizen begint bij 181 euro, met de Gear 2 Neo. De Microsoft Band kost 199 euro, de Apple Watch gaat vanaf 349 dollar kosten, omgerekend en inclusief btw ongeveer 335 euro.
Het is dus geen accessoire dat je er zomaar even bij op de toonbank legt als je een telefoon afrekent, zoals een hoesje van maximaal een paar tientjes of een power bank van ongeveer dezelfde prijs. Dat belemmert de grote doorbraak van smartwatches nog wel.
Het laatste stukje van de puzzel
Hoewel de technologie er is en vrijwel alle grote fabrikanten erop zijn gesprongen, is de smartwatch nog lang niet waar hij wezen moet. De prijzen liggen aan de hoge kant, dus alleen met lagere prijzen of hogere kortingen bij abonnementen, zoals bij de Samsung Gear Fit, zullen veel mensen nu al een dergelijk horloge overwegen.
Maar zelfs als het struikelblok van de hoge aanschafprijs is overwonnen, ligt er nog een uitdaging: aantonen waarom iemand een dergelijk gadget wil dragen en wil blijven dragen, ook als dat vereist dat je het elke dag of elke paar dagen oplaadt. Alle fabrikanten zijn op zoek naar die killer feature, maar veel verder dan het doorgeven van notificaties of het bijhouden van sportprestaties komen ze vooralsnog niet.
Daarmee blijven het gadgets voor gadgetliefhebbers. Smartwatches zijn technisch goed mogelijk en financieel aantrekkelijk voor fabrikanten, maar het laatste stukje van de puzzel, die aantrekkingskracht voor grote groepen mensen, ontbreekt vooralsnog. Het is spannend om te zien hoe fabrikanten zullen proberen om van dit gadget voor liefhebbers een aansprekend apparaat voor iedereen te maken; dat is iets wat we vanaf 2015 vermoedelijk gaan zien.