Het begint een jaarlijkse traditie te worden dat Samsung op elektronicabeurs IFA in Berlijn, zo aan het einde van de zomer, iets geks doet. Zo presenteerde het Zuid-Koreaanse bedrijf drie jaar geleden tot ieders verrassing de Galaxy Note, een toestel dat volgens Samsung 'tussen smartphone en tablet' inviel.
De verrassing van twee jaar geleden was de Galaxy Camera, een camera met een groot touchscreen aan de achterkant en Android. De bedoeling daarvan was om de functionaliteit van een Android-telefoon met al zijn apps voor het bewerken en delen van foto's te combineren met de kwaliteit van een echte camera.
Vorig jaar kwam Samsung op IFA met de eerste Galaxy Gear, een horloge draaiende op - toen nog - Android. Inmiddels heeft de fabrikant afgelopen jaar nog vier smartwatches aangekondigd, waarvan drie op het eigen platform Tizen en een op Android Wear. Ook de eerste Gear draait inmiddels op Tizen.
Dit jaar was Samsung er nog meer dan vorige jaren op gebrand om veel nieuwigheden te laten zien. Immers: het momentum van Samsungs smartphonetak lijkt ze te ontglippen en terwijl concurrenten als Huawei en LG het goed doen, zou Samsungs smartphonetak niet langer groeien. De Zuid-Koreaanse fabrikant is nog altijd veruit de grootste op de smartphonemarkt. Maar ja, dat was Nokia begin 2010 ook.
Misschien wel daarom bracht de fabrikant zelfs meerdere nieuwigheden mee. De Gear VR die we in een eerdere preview bespraken en de opvallende Galaxy Note Edge. De bijzonderheid van de Note Edge is zijn scherm: die stopt namelijk niet aan de zijkant van de telefoon, maar krult zich voor een deel om de zijkant heen.
In onze eerste ontmoeting met de Note Edge probeerden we erachter te komen hoe Samsung dit gebogen scherm gebruikt en of je er in het dagelijks gebruik echt wat aan zult hebben.