De 3d-printer toont op de meest onverwachte plekken zijn waarde. In de zorg bijvoorbeeld. Op de afdeling radiotherapie van het UMC Utrecht staat sinds kort een dergelijk apparaat. Waarom eigenlijk?
Peter Hulshof en Stefan van der Vegt, radiotherapeutisch laboranten in het UMC Utrecht, werken samen in een project om toepassingen te vinden voor 3d-printing in hun werkveld. Radiotherapie is de behandeling van kanker met straling. Dit gebeurt op verschillende manieren. Röntgenstraling met een LINAC (Linear Accelerator) bijvoorbeeld, maar ook zogeheten brachytherapie. Bij de laatste methode wordt een kleine stralingsbron bij de patiënt ingebracht, of dicht bij de tumor op de huid of in een lichaamsholte geplaatst.
Maatwerk is beter voor patiënt
"De uitdaging bij brachytherapie is om de applicator met de stralingsbron zo dicht mogelijk bij de tumor te fixeren", zegt Van der Vegt. "We willen het gezonde weefsel om de tumor heen zoveel mogelijk ontzien." Omdat elke patiënt anders is en de locatie waar de tumor zich bevindt, sterk kan verschillen, is het maken van de applicator echt maatwerk. "Vroeger gebruikten we daar was of perspex voor, materialen die gemakkelijker te vormen zijn, maar wij vonden dat het nog beter kon."
Van der Vegt was vijf jaar it'er voordat hij koos voor een loopbaan in de zorg. De praktische toepasbaarheid van 3d-printen interesseerde hem al langer en tijdens zijn opleiding tot radiotherapeutisch laborant was dit het onderwerp van zijn afstudeeronderzoek. Met zijn collega Peter Hulshof, van origine elektrotechnicus, werkt hij in een vier mensen team dat zoekt naar een manier om op maat gemaakte applicatoren te maken met behulp van een 3d-printer. "We merken dat een 3d-geprinte applicator veel beter op z'n plek blijft zitten en het comfort voor de patiënt is ook hoger. Zeker als de stralingsbron op een kleine plek moet worden ingebracht, bijvoorbeeld een neusholte."
Volgende stap: gebruiksvriendelijkheid
De werkgroep wist het management van zijn afdeling enthousiast te maken voor het in 2017 begonnen project en inmiddels staat er een printer op de afdeling. Nu is het tijd voor de volgende stap: het gebruiksvriendelijk maken van 3d-printing voor hun collega's. Want niet iedereen op hun afdeling is ook it'er. "Het proces is nu nog vrij technisch. Daarom werken we met een programmeur om een script te maken en het model te automatiseren, zodat straks elke radiotherapeutisch laborant ermee kan werken."
Behalve kleinere en betere applicatoren voor bepaalde behandelingen brengt de nieuwe maakmethode nog een ander voordeel met zich mee. Op basis van 3d-beelden uit een ct- of mri-scan is de applicator al geprint als de patiënt aan zijn behandeling begint, in tegenstelling tot de oude situatie waarbij het model ter plaatse wordt aangemeten. Toch denkt Van der Vegt niet dat 3d-printing al het maatwerk op zijn afdeling gaat vervangen. "Het moet wel meerwaarde hebben. We maken bijvoorbeeld ook maskers van thermoplastisch materiaal, iets wat gemiddeld zo'n acht minuten duurt. Met 3d-printing ben je er een hele dag mee bezig; dat heeft dus geen zin. Het is een prachtige technologie, maar het gaat ons om de functionaliteit."
Meer weten over de toekomst van 3d-printing en andere nieuwe technologieën in de zorg? Tijdens de Tweakers Meet-up Tech in de Zorg, op 19 september, spreken onder andere Van der Vegt en Hulshof over hun project. Reserveer hier alvast je ticket.