Het aantal overgebleven ipv4-adressen voor Latijns-Amerika en de Caraïben is geslonken tot vier miljoen. Daarmee is de voorraad voor dit gebied officieel uitgeput en treden er strengere regels voor het uitgeven van de resterende ipv4-adresblokken in werking.
Dat maakte de Lacnic, de organisatie die onder andere verantwoordelijk is voor het toewijzen van ipv4-adresblokken, dinsdag bekend. Als gevolg van de uitgeputte voorraad laat de organisatie striktere regels in werking gaan voor de toewijzing van deze ip-adressen. Ook zal strenger worden gekeken naar de aanvragen voor adresblokken. In de praktijk komt dat er volgens de Lacnic op neer dat ipv4-adressen voor isp's uit Latijns-Amerika en de Caraïben nu daadwerkelijk op zijn.
Raúl Echeberría, ceo van de Lacnic, laat weten dat de ipv4-adressen die nu nog uitgegeven kunnen worden, lang niet toereikend zijn om in de behoefte van de regio te voorzien. Sinds het oprichten van de Lacnic in 2002 gaf de organisatie in totaal meer dan 182 miljoen ipv4-adressen uit. Echeberría benadrukt dat het doorvoeren van ipv6-adressen in de regio nu belangrijker is dan ooit; overheden en isp's zouden de introductie ervan al enige tijd uitstellen.
De helft van de overgebleven 4 miljoen adressen zal weggegeven worden in blokken van 256 tot 1024 ip-adressen. Zodra deze 2 miljoen adressen zijn vergeven, kunnen de huidige leden van de Lacnic geen ipv4-adressen meer aanvragen. De overgebleven adressen zijn gereserveerd voor nieuwe leden van de Lacnic. RIPE, de Europese organisatie die ip-adressen uitdeelt aan internet- en hostingproviders, deelde in september van 2012 de laatste ipv4-adresblokken uit.