Vanuit het nationalistische oogpunt van de Koreaanse broers Yang Jung-hwan en Yang Il-hwan behoort een land z'n eigen Napster-kloon te hebben; vandaar dat ze het programma Soribada (geluidszee) ontwikkelden. Aangezien de muziek-uitwisseldienst ondertussen zo populair is geworden dat tien procent van de Zuid-Koreaanse bevolking het op zijn PC heeft geïnstalleerd, was het te verwachten dat dit de nodige problemen zou gaan opleveren.
Bij Napster mondde het nog uit in een rechtszaak die sluiting van de diensten probeerde te bereiken, maar de makers van Soribada wacht een nog veel slechter lot. Beide personen worden hoofdelijk aansprakelijk gehouden voor wat het programma aanricht: een toename van illegale muziekhandel. Op dit strafbare feit staat een boete van maximaal 38.500 dollar (ruim 93.000 gulden) en een gevangenisstraf van maar liefst maximaal vijf jaar.
De twee broers vinden uiteraard zelf dat ze onschuldig zijn, aangezien zij niks kunnen doen aan wat er via hun peer-to-peer netwerk verstuurd wordt. "Als iemand geheime informatie over de telefoon doorsluist, maakt dat de telefoonmaatschappij dan medeplichtig?", aldus Il-hwan tegen Associated Press. De Koreaanse Recording Industry Association denkt hier echter heel anders over. Zij claimt dat de lokale platenindustrie een bedrag van niet minder dan 154 miljoen dollar (ruim 370 miljoen gulden) is misgelopen, wat allemaal te wijten is aan Soribada. De beslissing is nu aan de rechter.